A2 par. 6.2a en 6.3
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Wat zijn de twee verschillen tussen een staafdiagram en een histogram?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Als ik een klassenindeling maak die als volgt er uit ziet:
0-<10, 10-<20, 20-<30
In welke klasse valt dan het getal 20?
0-<10, 10-<20, 20-<30
In welke klasse valt dan het getal 20?
A
0-<10
B
10-<20
C
20-<30
