poëzie les 3 (30 min.)

Les 3 (30 min)
Rijm en rijmschema's
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nederlands

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 3 (30 min)
Rijm en rijmschema's

Slide 1 - Tekstslide

Voor een dag van morgen
Wanneer ik morgen doodga,
vertel dan aan de bomen
hoeveel ik van je hield.
Vertel het aan de wind,
die in de bomen klimt
of uit de takken valt,
hoeveel ik van je hield.
Vertel het aan een kind
dat jong genoeg is om het te begrijpen.
Vertel het aan een dier,
misschien alleen door het aan te kijken.
Vertel het aan de huizen van steen,
vertel het aan de stad
hoe lief ik je had.

Slide 2 - Tekstslide

Voor de dag van morgen -2
Maar zeg het aan geen mens, 
ze zouden je niet geloven. 
Ze zouden niet willen geloven dat
alleen maar een man 
alleen maar een vrouw 
dat een mens een mens zo liefhad 
als ik jou.

Uit: Hans Andreus - Al ben ik een reiziger (1959)

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen vorige lessen
  • Je kunt het verschil benoemen tussen proza en poëzie
  • Je kunt het verschil benoemen tussen een traditioneel gedicht en een vrij vers
  • Je kunt de verschillende soorten strofen benoemen
  • Je (her)kent de belangrijkste versvormen
  • Je kunt de vormeisen en inhoudelijke eisen van een sonnet benoemen

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen deze les

  • Je kunt de verschillende soorten rijm benoemen
    naar klank
    naar plaats 
  • Je kunt de verschillende rijmschema’s benoemen

Slide 5 - Tekstslide

Huiswerk les 2 bespreken
  • Opdracht les 2 gedichten schrijven
  • Gedichten: vorm groepen en lees de gedichten aan elkaar voor. Kies per groep het leukste gedicht. Deze worden klassikaal voorgedragen. 

Slide 6 - Tekstslide

Rijm
Rijm is overeenkomst in klank in beklemtoonde lettergrepen bij niet te ver uiteen staande woorden.

Rijm kun je indelen naar plaats en naar soorten rijmklank.

Slide 7 - Tekstslide

Rijmindeling naar plaats
  • Eindrijm > De woorden aan het einde van een versregel rijmen op andere woorden die ook aan het einde van een versregel staan 

Slide 8 - Tekstslide

Rijmindeling naar plaats
2. Binnenrijm > binnen één en dezelfde versregel rijmen woorden op elkaar . 

Siet hoe hij slaeft, graeft en draeft met geweld!
(Adriaen Valerius)

Slide 9 - Tekstslide

Rijmindeling naar plaats
3. Middenrijm > woorden midden in de versregel rijmen op overeenkomstig geplaatste woorden in de volgende regel .
T’en syn de Joden niet, Heer Jesu, die u cruysten, 
Noch die verraderlijck u togen voort gericht 
Noch die versmadelyck u spogen int gezicht
Noch die u knevelden en stieten u vol puysten. 

(Jacob Revius)

Slide 10 - Tekstslide

Rijmindeling naar klank
1. Volrijm: zowel klinkers als medeklinkers rijmen op elkaar.
mannelijk rijm > gaan - staan
vrouwelijk rijm >  waaien - draaien 
slepend rijm > kinderen - hinderen 
2. Klinkerrijm/assonantie: de door klinkers aangeduide klanken in niet ver uit elkaar staande beklemtoonde lettergrepen komen overeen. Alleen de klinkers van de woorden rijmen: lief-diep

Slide 11 - Tekstslide

Rijmindeling naar klank
3. Medeklinkerrijm/alliteratie: Er is een overeenkomst in klank tussen de beginmedeklinkers van niet te ver uit elkaar staande beklemtoonde lettergrepen.  
  ...vaatwerk, bros van bruine breuken (J.C. Bloem) 
4. Acconsonerend rijm: er is alleen een overeenkomst tussen de medeklinkers: mist- kust 

Slide 12 - Tekstslide

Rijmschema's (eindrijm)
1. Gepaard rijm: aabb

Waarde vriend het is hier prachtig
de koeien zijn ontroerend drachtig
de spoorlijn loopt dwars door het dal
een vrouw beheert de waterval
(
Bergman)

Slide 13 - Tekstslide

2. omarmend rijm: a b b a               

Ik droeg nog kleine kleren, en ik lag
Languit met moeder in de warme hei,
De wolken schoven boven ons voorbij
en moeder vroeg wat 'k in de wolken zag.
 (Martinus Nijhoff)

Slide 14 - Tekstslide

3. gekruist rijm: a b a b

't Was bladstil, en een lauwe loomheid lag                                
En woog op beemd en dorre wei, die dorstten;                         
Zwaar zeeg en zonder licht een vale dag                                                   Uit wolken, die gezwollen onweer torsten    
(Jaques Perk)

Slide 15 - Tekstslide

3. slagrijm: a a a a etc.

Een zekere Achmat
Een zekere Achmat in Bagdad
Lag plat met z'n gat op z'n badmat.
Zo las hij z'n dagblad
En iedereen zag dat,
't Is raar, maar in Bagdad daar mag dat! (Alex van der Heide)

Slide 16 - Tekstslide

4. gebroken rijm: a b c b of a b a c

Zo'n jongen nou als Piet,
een intellectueel,
hij had niet zoveel eisen,
hij wou niet eens zoveel,
gewoon een beetje trekken,
de Balkan door of zo,
of een keer met een vrachtschip
naar de Golf van Mexico.
Maar Ansje z'n verloofde,
die zei: Da's niks gedaan.
Je moet solliciteren.
Hier staat een goeie baan. (Annie MG Shmidt)

Slide 17 - Tekstslide

Enjambement
De ene versregel loopt zonder pauze in de volgende over. Enjambementen zijn het meest opvallend als de spanning tussen versregel en zinsbouw het grootst is; dat is het geval wanneer het laatste woord (of zinsdeel) van de ene regel grammaticaal nauw aansluit bij het eerste woord (of zinsdeel) van de volgende regel.

Slide 18 - Tekstslide

Voorbeeld enjambement
De dwangarbeiders
De koelies kermen op de zwarte kaden
Onder de Zuidchinese zomerzon,
Met plompe zak of zware ton beladen
Eenzelfde zang van Sjanghai tot Kanton.

Zij zijn maatvast en doen de laadstok deinen,
Het ritme van hun draftred doet 't gewicht
Half zweven door de lucht, de schouderpijnen
Zijn minder onverdraaglijk, bijna licht...                           (J.J. Slauerhoff)

Slide 19 - Tekstslide

Leerdoelencontrole
  • Je kunt de verschillende soorten rijm benoemen
    naar klank
    naar plaats 
  • Je kunt de verschillende rijmschema’s benoemen

  • We doen een quiz!

Slide 20 - Tekstslide

Welke soorten rijm kun je noemen als je kijkt naar de klank?

Slide 21 - Open vraag

Welke soorten rijm kun je noemen als je kijkt naar de plaats?

Slide 22 - Open vraag

Rijmschema's

Slide 23 - Woordweb

Huiswerk
Maak opdr. A (rijm en versvormen) online in Classroom

Slide 24 - Tekstslide