Les 4: de kracht van een stem

• Arts
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2

Les 4: de kracht van een stem

Thema: De kracht van jouw stem – tekst, ritme, lichaam

Focus: expressie, creatief schrijven, performen

Doel: Verdiepen van performance door ritme, beweging en inleving

Startklaar

       

      Jas uit en tas bij kapstop

      Telefoon in het zakkie in de tas

      Zitten in halve kring

      

Welkom bij ARTS

Unit 3: Poetry of the people

Learner Profile: Denker, Onderzoeker

ATL: Media literacy skills

Related concepts: Narrative

Key concept: Culture, Systems

People can change through stories

Global context: Personal and cultural expression

Summative assessment: poetry of the people

Maak een performance waarin jij – met poëzie, tekst en/of theaterspel – de stem laat horen van iemand (of jezelf) die zelden gehoord wordt.

Programma

1. Warming up

2. Terugblik en leerdoelen

3. Inquiry questions

4. Kunstbronnen

5. Praktische schrijfopdracht - jouw stem in 10 regels

6. Performance in duo's of kleine groepen

7. Reflectie op Toddle

Leerdoelen

• Je onderzoekt hoe je woorden sterker maakt met ritme en beweging.
  
• Je leert hoe je vanuit jouw perspectief een krachtige tekst schrijft én voordraagt.

1. Terugblik en leerdoelen

⦁ Wat is je bijgebleven uit de presentaties van vorige les?

⦁ Wat maakt een optreden écht?

⦁ Wat voelde je in je lijf tijdens de presentatie?

2. Warming up

• Kom in een cirkel staan en pak je geschreven gedicht erbij
  
  Eén voor één stappen jullie naar voren met:
• “Ik ben…” (zelfgekozen woord, bijv. “storm” / “stilte” / “boosheid”) uit jouw geschreven gedicht

• Daarna maken ze één beweging die daarbij past.
  
• De groep herhaalt dit woord + beweging in koor.
  

Variatie: laat daarna leerlingen in duo's een korte ritmische “dialogue” maken met woorden + beweging (als mini-rap zonder muziek).

Doel:

⦁ Ritme, lichaam en emotie verbinden

⦁ Opwarmen zonder prestatiedruk

⦁ Woordgebruik fysiek maken

3. Inquiry questions

⦁ Hoe geef je woorden aan wat moeilijk te zeggen is?

⦁ Wanneer wordt kunst een stem voor mensen die niet gehoord worden?

⦁ Wat maakt een performance krachtig – de tekst, de vorm of de spreker?

4. Kunstbronnen

Beantwoord onderstaande vragen over 1 van de 2 fragmenten:

• Wat weet deze persoon? - Wat weet hij/zij dat anderen misschien niet weten?
• Wat voelt deze persoon? - Welke emoties voel je onder de woorden?
• Wat wil deze persoon laten horen of veranderen? - Wat is zijn/haar drijfveer?
• Wat zouden anderen moeten begrijpen na het horen van deze tekst? - Waarom is dit belangrijk?

Tag unit 3.3: @poetry of people

Toepassing in de les:

Laat de klas eerst het fragment zien of horen.

Geef 3-5 minuten voor deze reflectie (individueel of tweetallen).

Laat daarna enkele leerlingen delen wat zij ‘ervaren’ hebben van binnenuit.

Koppel terug naar de inquiry question: Wanneer wordt kunst een stem voor mensen die niet gehoord worden?

4. Kunstbronnen

Beantwoord onderstaande vragen over 1 van de 2 fragmenten:

• Wat weet deze persoon? - Wat weet hij/zij dat anderen misschien niet weten?
• Wat voelt deze persoon? - Welke emoties voel je onder de woorden?
• Wat wil deze persoon laten horen of veranderen? - Wat is zijn/haar drijfveer?
• Wat zouden anderen moeten begrijpen na het horen van deze tekst? - Waarom is dit belangrijk?

Tag unit 3.3: @poetry of people

Toepassing in de les:

Laat de klas eerst het fragment zien of horen.

Geef 3-5 minuten voor deze reflectie (individueel of tweetallen).

Laat daarna enkele leerlingen delen wat zij ‘ervaren’ hebben van binnenuit.

Koppel terug naar de inquiry question: Wanneer wordt kunst een stem voor mensen die niet gehoord worden?

5. Maakopdracht: Vertel een verhaal dat niemand anders dan jij kan vertellen

Schrijf een persoonlijke tekst in over een moment dat je:

⦁ Je onzichtbaar voelde

OF ⦁ Niet werd gehoord

OF ⦁ Juist opstond en je stem vond

Bouw de tekst op met:

⦁ Een terugkerende regel (bijv. “Ik wil dat je me ziet” / “Zeg het nog een keer”)

⦁ Beeldspraak: gebruik metaforen (“ik ben een muur zonder verf”)

⦁ Ritme: kort, lang, pauze, herhaling

⦁ Eindig met een regel die klinkt als een stelling of een schreeuw

Uitbreiding voor snelle schrijvers:

⦁ Voeg een beweging of herhaalde handeling toe aan je tekst die je straks gaat uitvoeren

Presentatie 

⦁ Lees of draag je tekst voor in een duo of trio

⦁ Gebruik stemvolume, stilte, handgebaar of een beweging om je woorden te versterken

Reflectie & portfolio (in Toddle)

⦁ Welke woorden uit jouw tekst waren het meest waar voor jou?

⦁ Wat maakte het spannend of fijn om dit te delen?

⦁ Hoe zou je jezelf als performer willen ontwikkelen?