Herhalen H5
1 / 25
Lesduur is: 35 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welke intervalnotatie hoort bij het volgende interval
A
[-1,4]
B
[-1,4>
C
<-1,4]
D
<-1,4>
Slide 2 - Quizvraag
Schrijf in de intervalnotatie
A
x < -1 of x > 6
B
x < -1
C
x ≤ -1 of x ≥ 6
D
x ≥ 6
Slide 3 - Quizvraag
Slide 4 - Tekstslide
Op welk interval is de grafiek van f stijgend?
A
[-2,0]
B
[-1,0]
C
[-1,1]
D
[1,3]
Slide 5 - Quizvraag
Op welk interval
is de grafiek afnemend dalend?
is de grafiek afnemend dalend?
A
< 1, 3 >
B
< 2, 3 >
C
< 5, 7 >
D
< 1, 2 >
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Wat is het maximum van het lijndiagram?
A
27
B
28
C
30
D
36
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Kies de juiste soort stijgen of
dalen die bij dit toenamediagram hoort
dalen die bij dit toenamediagram hoort
A
toenemend stijgend
B
afnemend stijgend
C
toenemend dalend
D
afnemend dalend
Slide 10 - Quizvraag
De globale grafiek past bij dit toenamediagram
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Sleep het toenamediagram naar het bijbehorende type stijging/daling.
Slide 12 - Sleepvraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Het differentiequotiënt
is gelijk aan
is gelijk aan
A
rc van l
B
gemiddelde verandering
C
xB−xAyB−yA
D
A, B en C zijn juist
Slide 23 - Quizvraag
Het differentiequotiënt van y op [1,6] is:
A
3
B
5
C
0,6
D
1,67
