WFT Basis hoofdstuk 22 Schadeverzekeringen

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Praktische economieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Welke schadeverzekering is geen bezitsverzekering?
A
Opstalverzekering
B
Inboedelverzekering
C
Kostbaarheden verzekering
D
Reisverzekering

Slide 3 - Quizvraag

Wat valt er niet onder de opstalverzekering?
A
De fundering van je huis
B
Zonwering en antennes
C
Je huis zelf
D
De carport

Slide 4 - Quizvraag

Wat valt er niet onder de inboedelverzekering?
A
Zonwering en antennes
B
Bromfietsen
C
Een getaxeerd sieraad
D
TV-meubel

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de herbouwwaarde?
A
Het bedrag dat nodig is om een gebouw opnieuw te bouwen
B
Het bedrag dat een gebouw nu waard is
C
Het bedrag dat een gebouw waard was bij aanvang
D
Het bedrag dat een gebouw waard is na het opnieuw bouwen

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Hoe kan de waarde van een kostbaar goed vooraf worden vastgesteld?
A
Op basis van inschatting, achteraf stellen experts het pas echt vast.
B
Enkel op basis van taxateurs.
C
Op basis van taxatie óf in overleg tussen verzekerde en verzekeraar.
D
Door verzekeraar vastgesteld. Niet eens? Dan taxateur inschakelen.

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Er zijn een aantal schade dekkingsvormen. Welke is er níét één van?
A
Kale brandverzekering
B
Aansprakelijkheidsverzekering
C
Uitgebreide gevarenverzekering + (UGV+)
D
Uitgebreide gevarenverzekering (UGV)

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Er zijn nog een aantal bezitsverzekeringen. Welke is er níét één van?
A
Glasverzekering
B
Motorrijtuigen verzekering
C
Rechtsbijstand verzekering
D
Computer/electronica verzekering

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Wat is een onrechtmatige daad?
A
Het niet tekenen van een mondelinge overeenkomst
B
Het niet meewerken met de vragen van een verzekeraar
C
Een inbreuk op het recht van een ander
D
Iets doen waarvan je op voorhand niet kon weten dat het niet mocht

Slide 15 - Quizvraag

Stel dat een dakpan van jouw huis op het hoofd van een voorbijganger valt en letselschade oplevert. Wat dan?
A
Dan ben jij schuldig en dus aansprakelijk
B
Daar kun je niets aan doen, dus niet aansprakelijk
C
Dat valt onder jouw risico, dus je bent aansprakelijk
D
Zolang niet bewezen is dat je nalatig bent, ben je niet aansprakelijk

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

De Aansprakelijkheidsverzekering voor Particulieren (AVP) biedt dekking voor...
A
Alleen zaakschade
B
Alleen personen (letsel)schade
C
Alleen gevolgschade
D
Zaak-, personen- en gevolgschade

Slide 18 - Quizvraag

Welke schade valt onder een reisverzekering?
A
Als je in Nederland op reis bent en je hebt schade aan je kleding
B
Als je in het buitenland op reis bent en je hebt schade aan je woning
C
Als je je vakantie moet annuleren door ziekte
D
Als je een nieuwe televisie naar huis vervoert

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Twee stellingen over de motorrijtuigenverzekering. Wat is waar?
1. Deze is wettelijk verplicht.
2. Dit is een bezitsverzekering en dus nooit een aansprakelijkheidsverzekering.
A
Alleen stelling 1 is juist
B
Alleen stelling 2 is juist
C
Beide stellingen zijn juist
D
Beide stellingen zijn onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Stel dat een fietser door het rood fietst en wordt aangereden door een auto. Wie is dan aansprakelijk voor de schade?
A
De fietser, want die fietst door rood
B
De fietser, omdat de auto kan aantonen dat de fietser schuldig is
C
De auto, omdat niet kan worden bewezen dat de fietser schuldig is
D
De auto is per definitie als sterker verkeer aansprakelijk

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Wat is er gedekt onder de WA-verzekering bij motorrijtuigen?
A
Autobrand
B
Autodiefstal
C
Schade aan derden
D
Ruitbreuk

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Wat is er nog extra verzekerd bij volledige cascodekking tov beperkt cascodekking?
A
Diefstal
B
Gestolen airbags
C
Loslopende dieren
D
Alle schades van buitenaf en door botsing/slippen/etc.

Slide 27 - Quizvraag

Wat is de bonus-malus regeling?
A
Een regeling dat je kunt kiezen wat je wel/niet gedekt wilt hebben
B
Een regeling dat je korting krijgt als je schadevrije jaren opbouwt
C
Een regeling dat je korting krijgt als je nog meer verzekeringen afsluit
D
Een regeling dat je zelf mag kiezen hoeveel eigen risico je loopt

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide

Wat is het Waarborgfonds Motorverkeer?
A
Daar kun je op terugvallen als je te weinig geld hebt om je eigen risico te betalen
B
Daar kun je op terugvallen als de verzekeraars van beide partijen geen oplossing vinden
C
Daar kun je op terugvallen als je niet weet wie jouw schade heeft veroorzaakt
D
Daar kun je op terugvallen als je verzekeraar failliet is

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Tekstslide