Bestellen, ontvangen en opslaan van goederen

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
KokMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Ik kan zelfstandig alle stappen van het bewaken van de vooraad benoemen?
A
Ja
B
Nee

Slide 2 - Quizvraag

Wat gaan wij doen vandaag?
Aan het einde van de les kunnen wij;
  • vertellen hoe wij tekorten in de voorraad vaststellen
  • waar wij alert op zijn bij het controleren van de voorraad
  • Belangrijke termen/vakjargon uitleggen 

Slide 3 - Tekstslide

Waarom?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Vastellen van tekorten
Bestellen van producten doe je aan de hand van een controlelijst/bestellijst

  • Controleren van de voorraad aan de hand van een lijst;
  • Rekening houden met THT en kwaliteit van producten;
  • Producten die opgemaakt moeten worden (bedenk een dag special);
  • Rekening houden met verwachte drukte/reserveringen.

Je plaats de bestelling pas na dat je alles hebt gecontroleerd. 

Slide 6 - Tekstslide

Waarom zou je de voorraad regelmatig controleren?
A
In verband met muizen en andere knaagdieren
B
Om de kwaliteit van de voorraad te bepalen
C
Om de kwaliteit en tekorten van de voorraad te bepalen
D
Omdat het moet van de chef

Slide 7 - Quizvraag

Waar let je op bij het
controleren van
de voorraad?

Slide 8 - Woordweb

Het belang van FIFO, First in First out!

Slide 9 - Tekstslide

Type verpakking
Er zijn verschillende soorten verpakkingen, waaronder papier, karton, plastic en folie. 
De soort verpakking verschilt per product. 

Elk product hoort een product etiket te hebben. Op dit etiket staat veel informatie 

Is het etiket in een ander taal, dan moet er een Nederlandse vertaling bijgeplakt worden. 

Het ontbreken van een etiket kan reden zijn om een product te weigeren.


Slide 10 - Tekstslide

Geen houdbaarheidsdatum
  • Er zijn ook producten waarbij een houdbaarheidsdatum niet verplicht is. 

  • Markt vs. Groothandel




Slide 11 - Tekstslide

Bewaar advies
Verder zijn er nog andere levensmiddelen waarbij je zelf de kwaliteit in de gaten moet houden omdat er geen houdbaarheidsdatum op hoeft te staan volgens de wetgeving. Voorbeelden hiervan zijn:
  • Verse groente, aardappelen en vers fruit, niet geschild of gesneden
  • Wijn en dranken met een alcoholgehalte van 10% of meer
  • Vers brood en banket wat op dezelfde dag gegeten wordt
  • Azijn
  • Keukenzout
  • Suiker
  • Suikerwerk, zoals snoep
  • Kauwgom

Slide 12 - Tekstslide

Houdbaarheidsdatum (THT/TGT)
Op verpakkingen kunnen 2 soorten houdbaarheidsdatums staan: 
een Ten minste Houdbaar Tot-datum (THT) of een Te Gebruiken Tot-datum (TGT).



Slide 13 - Tekstslide

TGT
Een TGT-datum staat op 
zeer bederfelijke producten. 
De TGT-datum is de laatste 
dag waarop het nog veilig is 
om het product te eten.

Slide 14 - Tekstslide

THT
Een THT-datum staat op 
producten die niet snel bederven. 

Na de THT-datum kan de 
kwaliteit van het product achteruit 
gaan, maar smaakt het meestal 
nog goed. Je kunt het dan nog wel veilig eten.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Wat is het belang van FIFO?

Slide 17 - Open vraag

Wat is het
verschil tussen
THT en TGT?

Slide 18 - Woordweb

Hygiënecode voor de horeca
Elk bedrijf dat met voedsel en dranken werkt, moet voldoen aan de wetten van voedselveiligheid. Iedere horecaondernemer die eten en drinken bereidt om ter plaatse te nuttigen, is verplicht om volgens de laatste Hygiënecode te werken. In de Hygiënecode wordt eenvoudig omschreven hoe je de voedselveiligheid en hygiëne kunt bewaken.

Als je werkt volgens de Hygiënecode voldoe je daarmee aan de HACCP-eisen, de wettelijke voorschriften van voedselveiligheid. 

Slide 19 - Tekstslide

In de Hygiënecode wordt eenvoudig omschreven 
hoe je de voedselveiligheid en hygiëne kunt bewaken.
Als je werkt volgens de Hygiënecode voldoe 
je daarmee aan de HACCP-eisen, 
de wettelijke voorschriften van voedselveiligheid. 

Slide 20 - Tekstslide

Volgens de hygiëne code
Check beoordeling goederen: 
  • Meet de temperatuur van enkele producten uit de levering met een thermometer, zodat je weet of het op de juiste temperatuur is aangeleverd. 
  • Controleer de kwaliteit van het product (versheid, kleur en geur) door middel van zien, ruiken en/of proeven.
  • Beoordeel of de verpakking schoon en heel is (ook kratten).
  • Beoordeel of het etiket aanwezig en leesbaar is.
  • Beoordeel of de houdbaarheidsdatum (THT of TGT) aanwezig is en of deze voldoende lang is. 


Slide 21 - Tekstslide

Volgens de hygiëne code
  • Accepteer geen vers producten (waaronder zuivel, fruit of bijvoorbeeld munt) met een temperatuur warmer dan 7 graden Celsius. 
  • Diepvriesproducten: accepteer geen producten van -15 graden Celsius of warmer. Producten tussen -15 en -18 graden Celsius direct invriezen tot -18 graden Celsius of kouder. 
  • Producten warmer dan -15 graden Celsius, maar kouder dan 7 graden Celsius, mogen als werkvoorraad worden gebruikt.
  • Voor onbewerkte groenten of fruit gelden geen temperatuur eisen.



Slide 22 - Tekstslide

Zijn alle Horecabedrijven verplicht om te werken volgens de Hygiënecode?
A
Ja, alle horecabedrijven zijn verplicht hiermee te werken
B
Alleen bedrijven waar gasten eten in het restaurant
C
Alleen afhaal en bezorg restuarants
D
Nee, ze zijn nergens toe verplicht

Slide 23 - Quizvraag

Waar staat de afkorting HACCP voor?
A
Hazard control of the critical check points
B
Hazard Analysis and Critical Control Points
C
Gevarenanalyse en kritische controlepunten in het productieproces.
D
Have attitude and cheeky check points

Slide 24 - Quizvraag

Soms THT wel, maar op de markt niet 
THT niet verplicht
TGT verplicht

Slide 25 - Sleepvraag

Slide 26 - Tekstslide