Thema 5 (Waarneming, regeling en gedrag) BS 1 tm 4

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Wanneer ben je je pas van iets bewust?
A
Als een impuls richting de hersenen gaat.
B
Als een prikkel bij de hersenen arriveert.
C
Als je denkt dat je weet dat het zo is.
D
Als een impuls de hersenen heeft bereikt.

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Tekst
smaakzintuig
gezichtzintuig
licht
smaak
gehoorzintuig
geluid
zwaartekracht
reukzintuig
geur
warmtezintuig
warmte
koudezintuig
kou
drukzintuig
druk
tastzintuig
lichte aanraking

Slide 7 - Sleepvraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Welke smaken kun je allemaal op de tong proeven?
A
Zout, zoet, wrang, stoffig en bitter.
B
Zoet, zout, bitter, umami en zuur.
C
Zacht, zoet, hartig en bitter.
D
Geen van allen.

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Bij je gehoor zit een ander belangrijk orgaan nl; ... (1)
Deze gebruik je voor je ... (2)
A
1. Je evenwichtszintuig 2. Voor je evenwicht
B
1. Je slakkenhuis 2. Voor je zwaartekracht
C
1. Je evenwichtszintuig 2. Om zwaartekracht aan te passen
D
1. De buis van Eustachius 2. Om te kunnen waarnemen

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Wanneer fel zonlicht op de ogen valt...
A
Knijp je de ogen samen en wordt pupil groter
B
Knijp je de ogen samen en wordt de iris groter
C
Knijp je de ogen dicht en blijft de pupil gelijk
D
Worden je ogen groter en kun je beter zien.

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Bij het centrale zenuwstelsel horen de volgende onderdelen
A
- wervelkolom - hersenen
B
- hersenen - zenuwen
C
- hersenen - ruggenmerg
D
alle zenuwen

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Een zenuwcel is opgebouwd uit...
Als een impuls verwerkt is in de hersenen brengt een zenuw de informatie naar...
Bij een reflex (boog) gaan de impulsen via ... en niet via ...
In het centrale zenuwstelsel liggen de .... en deze geleiden de ... van de gevoelszenuwcellen via de hersenen naar de spier- of kliercellen.
een cellichaam en uitlopers
de spier- en/of kliercellen
het ruggenmerg...
... de hersenen 
schakelcellen
impulsen

Slide 25 - Sleepvraag

Slide 26 - Tekstslide