Les 2 la famille

Bonjour !
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bonjour !

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag starten we met Unité 5
Unite 5 gaat over relaties


La famille

Slide 2 - Tekstslide

Mercredi 31 mai
Les objectifs pour aujourd'hui :

- Jij kunt familie leden benoemen;
- Jij kunt het bezittelijk voornaamwoord aanpassen;
- Jij kunt de ontkenning in een zin aanpassen.

Slide 3 - Tekstslide

Objectif numéro 1
Jij kunt familie leden benoemen.

Slide 4 - Tekstslide

La famille:
le frère
de broer
de familie
de moeder
de zus
la soeur
la famille
la mère

Slide 5 - Sleepvraag

le grand-père
la mère

la grand-mère

le père
la soeur
le frère

Slide 6 - Sleepvraag

vertaal:
la tante

Slide 7 - Open vraag

Vertaal:
le frère

Slide 8 - Open vraag

La famille
Hierna volgt een nieuwe filmpje.

Probeer zoveel mogelijk woorden te herkennen!

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

la mère
la tante
la grand-mère
la soeur

Slide 11 - Sleepvraag

le père
la tante
la mère
l'oncle
le petit-frère
le grand-père
la grand-mère
la soeur

Slide 12 - Sleepvraag

le père
la tante
la mère
l'oncle
le petit-frère
le grand-père
la grand-mère
la soeur

Slide 13 - Sleepvraag

Ce n'est pas un membre (lid) de la famille :
A
le frère
B
le grand-père
C
la fille
D
la tante

Slide 14 - Quizvraag

C'est la soeur de mon (mijn) père :
A
ma tante
B
ma grand-mère
C
ma soeur
D
ma mère

Slide 15 - Quizvraag

La classe parle en duo !
Regarde le modèle :

J'ai un frère. Il s'appelle Vincent. J'ai aussi une soeur. Elle s'appelle Hélène.

Et toi ?? 

Slide 16 - Tekstslide

Objectif numéro 2
Jij kunt het bezittelijk voornaamwoord aanpassen.

Slide 17 - Tekstslide

MA tante. MON père. "Ma" en "mon" betekenen allebei "mijn". Waarom zo'n verschil, denk jij...?

Slide 18 - Open vraag

Het bezittelijk voornaamwoord

mijn    =    mon / ma / mes

Slide 19 - Tekstslide

Het bezittelijk voornaamwoord
mon       /        ma       /       mes
mannelijk / vrouwelijk / meervoud

mon père (le père) / ma mère (la mère) / mes soeurs (les soeurs)

Slide 20 - Tekstslide

Dit is mijn etui.

C'est ....................trousse.

La trousse (v)


mon     /      ma     /   mes

Slide 21 - Tekstslide

Vertaal "mijn zus":

Slide 22 - Open vraag

(mijn) Chromebook (m)
A
ma
B
mon
C
mes
D
mijn

Slide 23 - Quizvraag

Objectif numéro 3
Jij kunt de ontkenning in een zin aanpassen.

Slide 24 - Tekstslide

Hoe maak jij de ontkenning in het Frans ?

Slide 25 - Open vraag

De ontkenning
Ontkenning in het Nederlands is: Niet of geen. 

In het Frans bestaat de ontkenning uit 2 woorden:
ne ........ pas

Slide 26 - Tekstslide

De ontkenning
Hoe werkt dit in het Frans?
Wat zijn de verschillen t.o.v. het Nederlands?
Maak de volgende zin ontkennend:
Je parle français.

Slide 27 - Tekstslide

Maak de volgende zin ontkennend:
"Je suis dans la classe 8".

Slide 28 - Open vraag

Wat heb jij vandaag geleerd?

Slide 29 - Woordweb

Hoe te leren?
Hou je LessonUp dicht....


Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide