Samenvatting Hoofdstuk 2 Water

Hoofdstuk 2 Water
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2 Water

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
70 % van onze aarde bestaat uit water

60-65 % van ons lichaam bestaat uit water

Water is belangrijk

We kunnen niet zonder

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
  • Je kunt beschrijven wat de functie van water is bij gebruik tijdens wassen, oplossen en het bereiden van voedsel.
  • Je kunt verschillen in samenstelling noemen tussen drinkwater, zeewater, oppervlaktewater, grondwater en gedestilleerd water.
  • Je kunt de concentratie van een stof in een oplossing berekenen.

Slide 3 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
Door de mens gebruikt water:

Hulpmiddel (warmte transport)
Spoelmiddel (schoonmaken)
Drinken
Oplosmiddel voor diverse toepassing (zoutwinning)
Veel daarvan is zoet water


Slide 4 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
Soorten water:
Oppervlakte water: water uit sloten, beken, rivieren, meren, zeeën en oceanen.

Veel daarvan is zout water.
Ongeveer 1 % van het oppervlakte water is zoet te noemen.


Slide 5 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
Soorten water:
Zoet water is niet water dat zoet smaakt. Het is water wat minder zout smaakt.
Zoet water bevat ongeveer 1 % aan zouten, zout water gemiddelde 3,5 % aan zouten.
Zoet water smaakt daarom veel minder zout.


Slide 6 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
Soorten water:
Grondwater: Water dat in de grond, in de bodem en in gesteentes aanwezig is.

Grondwater is vaak schoner dan oppervlakte water omdat het door diverse rondlagen gefilterd wordt

Slide 7 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
Soorten water:
Drinkwater: In nederland is kraan water direct voor consumptie geschikt = drinkwater. Huier wordt het via bepaalde zorgvuldig gecontroleerde proces gezuiverd.

Dat is niet overal zo. Sommige landen (vaak warme landen) kan je het water beter een keertje koken voor gebruik.

Slide 8 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
Soorten water:
Zuiver water,  water dat alleen water deeltjes bevat. Geen andere stoffen zoals kalk of andere zouten.

Zuiver water is niet echt voor consumptie geschikt
Zuiver water wordt voornamelijk gebruikt wanneer andere stoffen uit het water verstorend kunnen werken (kalk!)

Slide 9 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
Toepassing van water: oplosmiddel
In water zijn sommige stoffen oplosbaar 

Daarbij moet je soms de concentratie berekenen

Concentratie wordt meestal weergegeven in gram/L 

Slide 10 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
Berekening:

Concentratie =           aantal gram van de stof 
                           Volume waar het is opgelost (in Liter)

Je mag ook g/mL doen, deel dan door het volume uitgedrukt in mL.

Slide 11 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
Berekening: massa %

massa%   =  100 %  *    massa van wat je wilt weten
                                     Totale massa

Let op de massa  en de totale massa in dezelfde eenheid uitdrukken. dus beide in g of beide in kg o.i.d.

Slide 12 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Water
Berekening: Volume %

Volume%   =  100 %  *    volume van wat je wilt weten
                                     Totale volume

Let op het volume  en het totale volumne in dezelfde eenheid uitdrukken. dus beide in mL of beide in L o.i.d.

Slide 13 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Schoonmaken
Je kunt uitleggen hoe schoonmaken met water werkt.
Je kunt de werking van zeep beschrijven.
Je kunt uitleggen wat ontsmetten is.
Je kunt aangeven wat het verschil is tussen hard en zacht water.
Je kunt uitleggen wanneer kalkzeep ontstaat en wat de nadelen van kalkzeep zijn.

Slide 14 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Schoonmaken
Water als oplosmiddel:

Suiker in thee lost op:  Thee (grotendeel water) is een oplosmiddel
Suiker is dan de opgeloste stof
Samen is het een oplossing (van suiker in theewater)



Slide 15 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Schoonmaken
Water als  spoelmiddel

Zand en grond lossen niet op
Om zand e.d. van je handen te krijgen spoel je je handen af onder een kraan of in een teiltje water. door de kracht van de straal, of de beweging van je handen door het water spoelt het zand e.d van je handen

Afspoelen:  de stof lost niet op!

Slide 16 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Schoonmaken
Water als  spoelmiddel (?)

Mayonaise kan je niet oplossen en ook niet afspoelen. Daar heb je zeep voor nodig. Die zeep moleculen lijken wel op een lucifer, maar dan piepklein. De rode kop is dan een hydrofiel gedeelte (dat houdt van water), het stokje is dan een hydrofoob gedeelte (heeft hekel aan water, houdt meer van vet)


Slide 17 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Schoonmaken
Water als  spoelmiddel (?)

Die staart wil lekker in vet
De kop met water
Zo kan je een klont vet
wegspoelen


Slide 18 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Schoonmaken
Dat zeepmolecuul werkt als een emulgator
Ook mayonaise zelf bestaat uit een water 
en een olie deel. Door lecithine (uit eigeel) 
is het mogelijk dat die 2 niet mengbare 
stoffen toch een mengsle vormen dat niet 
uit elkaar valt.

Slide 19 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Schoonmaken
Zeep en leidingwater
Kalk in leiding water reageert met natuurlijke zepen, 
daarbij ontstaat kalkzeep. Kalkzeep maakt 
niet schoon en daardoor is de werking van 
de natuurlijke zeep minder goed je hebt dan
meer zeep nodig en kan je op een 
verwarmingselement sneller kalkaanslag 
krijgen

Slide 20 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Schoonmaken
Hard water komt in verschillende
gebieden voor
In dit plaatje: hoe donker hoe harder
het water.

Hard water betekend meet kalk in het
water. Wordt uitgedrukt 
in DH (Duitse Hardheid)

Slide 21 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Schoonmaken
Ontsmetten:
Handen goed wassen. Ook Noro en Covid gaan kapot door zeep
Eventueel alcohol of jodium gebruiken
Metalen e.d. kan je ontsmetten door ze te verhitten. Doodbranden van bacterien en virussen

Let op:  In je huid zitten ook 'goede' bacteriën. Deze zijn nodig voor een gezonde huid.

Slide 22 - Tekstslide