Persoonsvormspelling verleden tijd

Persoonsvorm verleden tijd 
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Persoonsvorm verleden tijd 

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
- Ik kan de persoonsvorm verleden tijd (pvvt) van zwakke werkwoorden correct schrijven.
- Ik kan de persoonsvorm verleden tijd (pvvt) van sterke werkwoorden correct schrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Persoonsvorm verleden tijd 
- De klank van zwakke werkwoorden blijft in de verleden tijd hetzelfde. 
>> bakken > bakte, bestellen > bestelde
- De klank van sterke werkwoorden verandert in de verleden tijd.
>> schrijven > schreef, denken > dacht

Slide 3 - Tekstslide

Welk werkwoord is zwak?
A
zwemmen
B
luchten
C
lopen
D
vertrekken

Slide 4 - Quizvraag

Welk werkwoord is sterk?
A
winnen
B
sprinten
C
mixen
D
blozen

Slide 5 - Quizvraag

Persoonsvorm verleden tijd - zwak
- Schrijf eerst de ik-vorm (tt)
- Enkelvoud? Voeg -de of -te toe
- Meervoud? Voeg -den of -ten toe

>> Maken > ik maak > ik maakte, wij maakten
>> Tekenen > ik teken > ik tekende, wij tekenden
>> Wachten > ik wacht > ik wachtte, wij wachtten

Slide 6 - Tekstslide

Persoonsvorm verleden tijd - zwak
- Twijfel je of je -de(n) of -te(n) moet toevoegen?
- Gebruik 't ex-kofschip of 't sexy fokschaap.
- Zit de laatste letter van de stam er wél in? >> -te(n)
- Zit de laatste letter van de stam er níét in? >> -de(n)

Verhuizen > verhuiz > ik verhuis > ik verhuisde

Slide 7 - Tekstslide

Persoonsvorm verleden tijd - zwak
Vul op de volgende pagina's de juiste vorm van de persoonsvorm in de verleden tijd in. 
Alle werkwoorden zijn zwak.

Slide 8 - Tekstslide

De bruidsjurk van Florien (slepen) over de grond.

Slide 9 - Open vraag

De brandweermannen (blussen) de brand.

Slide 10 - Open vraag

De mannen (proberen) met een vals briefje van €50 te betalen.

Slide 11 - Open vraag

Thomas (spellen) alle woorden correct.

Slide 12 - Open vraag

Suzan (spelden) ons een vreemd verhaal op de mouw.

Slide 13 - Open vraag

Met één klik (vergroten) Chiel de foto op zijn beeldscherm.

Slide 14 - Open vraag

(proeven) jij stiekem van de taart?

Slide 15 - Open vraag

Het elftal (spelen) een fantastische wedstrijd.

Slide 16 - Open vraag

Het huis (branden) tot de grond toe af.

Slide 17 - Open vraag

Vivian (melden) zich af voor het feest.

Slide 18 - Open vraag

Persoonsvorm verleden tijd - sterk
- Sterke werkwoorden veranderen in de verleden tijd van klank.
- Je schrijft ze zo kort mogelijk op.
- Gebruik in de verleden tijd nóóit -dt!

Slide 19 - Tekstslide

Persoonsvorm verleden tijd - sterk
Vul op de volgende pagina's de juiste vorm van de persoonsvorm in de verleden tijd in. 
Alle werkwoorden zijn sterk.

Slide 20 - Tekstslide

Silvan (ontbijten) met yoghurt en cruesli.

Slide 21 - Open vraag

De sporten (geven) commentaar op de wedstrijd.

Slide 22 - Open vraag

Sterre (worden) uitgenodigd voor het galafeest.

Slide 23 - Open vraag

De journalist (houden) zich niet aan de afspraak.

Slide 24 - Open vraag

Alle leerlingen (vertrekken) voor de bel was gegaan.

Slide 25 - Open vraag

Hailey (hebben) overal naar haar knuffel gezocht.

Slide 26 - Open vraag

(vinden) jullie de toets van Duits ook zo moeilijk?

Slide 27 - Open vraag

Deze vragen (lijken) best veel op die uit de vorige opdracht.

Slide 28 - Open vraag

Jinthe (vertrekken) voor onbepaalde tijd naar het buitenland.

Slide 29 - Open vraag

De trein naar Harderwijk (rijden) gisteren niet.

Slide 30 - Open vraag

Terugblik op de doelen

Slide 31 - Tekstslide

- Ik kan de persoonsvorm verleden tijd (pvvt) van zwakke werkwoorden correct schrijven.
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll

- Ik kan de persoonsvorm verleden tijd (pvvt) van sterke werkwoorden correct schrijven.
😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Poll

Verder oefenen?
Pak je boek of de online methode erbij!

Slide 34 - Tekstslide