15.1 Energiestromen 5V 2223

H15: Kwetsbare ecosystemen
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H15: Kwetsbare ecosystemen

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud hoofdstuk
15.1 Energiestromen
15.2 Populaties
15.3 Warmte, water en exoten
15.4 Biobrandstof en recycling
15.5 De stad als ecosysteem

Veel toepassen van wat we al weten.
Belangrijk: komt veel terug in het examen.

Slide 2 - Tekstslide

H15.1 Energiestromen





Hoe kan er leven zijn in de diepzee?

Slide 3 - Tekstslide

Voorkennis
In een ecosysteem zijn de volgende organismen aanwezig:
  • eencellige algen
  • watervlooien
  • vissen
  • driehoeksmosselen
De vissen eten de watervlooien. De watervlooien en driehoeksmossel eten eencellige algen.
Wat zijn de producenten en wat zijn de consumenten?

Slide 4 - Tekstslide

PRODUCENTEN
CONSUMENTEN
Eencellige algen
Vissen
Watervlooien
Driehoeksmosselen

Slide 5 - Sleepvraag

Maak een correcte voedselketen

Slide 6 - Sleepvraag

Een voedselketen loopt altijd volgens een vaste opbouw: 
  Producenten 
Reducenten
Consumenten (herbivoor)
Consumenten (carnivoor)

Slide 7 - Sleepvraag

Doelen 15.1
  • Je leert dat energie aan de basis staat van levensgemeenschappen.
  • Je leert hoe een voedselketen en een voedselweb zijn opgebouwd

Slide 8 - Tekstslide

Voedsel

Slide 9 - Tekstslide

Voedingsstoffen

Slide 10 - Tekstslide

Voedingsstoffen

Slide 11 - Tekstslide

Voedingsstoffen

Slide 12 - Tekstslide

Producenten
Producenten zijn autotroof: maken zelf energierijke stoffen/ hebben geen andere levende organismen nodig voor hun voedsel.
auto = zelf
troof = voeding

Producenten hebben een energiebron nodig om chemische reacties mogelijk te maken. Het kost energie om van eenvoudige moleculen (zoals CO2 en H2O) een ingewikkeld molecuul (zoals glucose) te maken.

Slide 13 - Tekstslide

Foto-autotroof
Een organisme is foto-autotroof als hij zelf energierijke stoffen maakt met behulp van lichtenergie.
Planten en algen.

Fotosynthese.

Slide 14 - Tekstslide

Wat is de reactievergelijking van fotosynthese?

Slide 15 - Open vraag

Foto-autotroof
Een organisme is foto-autotroof als hij zelf energierijke stoffen maakt met behulp van lichtenergie.
Planten en algen.

Fotosynthese.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Chemo-autotroof
Een organisme is chemo-autotroof als hij zelf energierijke stoffen maakt met behulp van chemische energie (energie die vrij komt uit een chemische reactie met anorganische stoffen).

Bacteriën.

Chemosynthese.

Slide 18 - Tekstslide

Chemosynthese - voorbeelden
Nitrietbacterie
ammonium + zuurstof -> nitriet + water + energie
2NH4+ + 3O2 -> 2NO2- + 2H2O + energie

energie + koolstofdioxide + water -> glucose + zuurstof
energie + 6CO2 + 6H2O -> C6H12O6 + 6O2

Slide 19 - Tekstslide

Chemosynthese - voorbeelden
Nitraatbacterie
nitriet + zuurstof -> nitraat + energie
2NO2- + O2 -> 2NO32- + energie

energie + koolstofdioxide + water -> glucose + zuurstof
energie + 6CO2 + 6H2O -> C6H12O6 + 6O2

Slide 20 - Tekstslide

BINAS 69D Chemosynthese

Slide 21 - Tekstslide

Foto-autotrofe organismen voeren fotosynthese uit, welk proces voeren chemo-autotrofe organismen uit?

Slide 22 - Open vraag

In welke kringloop spelen de nitrietbacterie en de nitraatbacterie een belangrijke rol?

Slide 23 - Open vraag

consumenten

Dieren zijn consumenten.

Consumenten zijn heterotroof


  • planteneters zijn de 2e schakel in de keten
  • vleeseters de 3e en volgende schakels.
  • Je noemt dat consumenten van de 1e orde/2e orde/3e/4e enz.


Slide 24 - Tekstslide

Reducenten
Schimmels en bacteriën zijn reducenten.
Zij zijn de laatste stap in de kringloop van stoffen.



Hoe zijn schimmels en bacteriën te herkennen?

Slide 25 - Tekstslide

SCHIMMELS
BACTERIËN
Celwand
Celkern
Geen celwand
Prokaryoot
Eukaryoot
Geen celkern

Slide 26 - Sleepvraag

BINAS 78 De vier rijken

Slide 27 - Tekstslide

Energiestromen

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Energiestroom

Slide 30 - Tekstslide

Energiestromen

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Welke bewering is waar?
1) Organismen van trofisch niveau n kunnen uit alle rijken komen

2) R n+1 geeft het energieverlies door dissimilatie aan bij organismen van trofisch niveau n+1
A
geen van beide beweringen
B
alleen bewering 1
C
alleen bewering 2
D
beide beweringen

Slide 33 - Quizvraag

H15.1 Energiestromen





Hoe kan er leven zijn in de diepzee?

Slide 34 - Tekstslide

Leven in de diepzee
Zwavelbacteriën zijn hier de producenten.
Zetten waterstofsulfide uit zgn 'black
smokers' om in sulfaat.

Zij zijn de start van de voedselketen.

Chemoautotroof en .....

Slide 35 - Tekstslide

De zwavelbacteriën in de diepzee zijn
A
aeroob
B
anaeroob

Slide 36 - Quizvraag

Doelen 15.1
  • Je hebt geleerd dat energie aan de basis staat van levensgemeenschappen.
  • Je hebt geleerd hoe een voedselketen en een voedselweb zijn opgebouwd

Slide 37 - Tekstslide

Begrippen 15.1
ecosysteem, anorganische stoffen, fotosynthese, organische stoffen, producenten, foto-autotrofe organismen, heterotrofe organismen, consumenten, detrivoren, reducenten, chemosynthese, chemo-autotroof, nitrietbacterie, nitraatbacterie

Slide 38 - Tekstslide

Huiswerk
In de online methode.
Maak de opdrachten van 
15.1: Leerroute B 


Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide