1.3 Gesteente wordt verplaatst

Paragraaf 1.3: 
Gesteente wordt verplaatst


Pak je boeken erbij
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Paragraaf 1.3: 
Gesteente wordt verplaatst


Pak je boeken erbij

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Welkom
Paragraaf 1.2 Verwering (vorige les)
Bespreken opdrachten 1.2
Start 1.3 

Slide 2 - Tekstslide

Aan de slag:
1.2 opdracht 4  en 5.
1.3 opdracht 1 en 2.
timer
1:00

Slide 3 - Tekstslide

Herhalen
timer
1:00

Slide 4 - Tekstslide

Bij Mechanische verwering
A
valt het gesteente uit elkaar (samenstelling verandert)
B
valt het gesteente uit elkaar (samenstelling verandert niet)
C
lost het gesteente op

Slide 5 - Quizvraag

Sleep het juiste begrip naar de juiste afbeelding
Chemische verwering
Vorstverwering
Verwering door temp. verschillen
Biologische verwering

Slide 6 - Sleepvraag

Bekijk eerst de afbeelding.

In het kalksteen zijn grote gaten ontstaan.

De afbeelding is een voorbeeld van:
A
chemische verwering
B
erosie
C
vorstverwering
D
geen van de genoemde antwoorden is juist.

Slide 7 - Quizvraag

Nakijken 1.2
Opdracht 2.

Slide 8 - Tekstslide

Nakijken 1.2

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

massabeweging
Gesteente dat langs een helling naar beneden komt onder invloed van de zwaartekracht.

Slide 12 - Tekstslide



Steile helling

Gesteente gaat rollen of vallen.


Flauwe helling

Gesteente schuift langzaam naar beneden.

Slide 13 - Tekstslide

1.3 Gesteente wordt verplaatst
Leerdoelen:
- Je weet wat massabewegingen zijn.

- Je begrijpt welke rol erosie speelt in de verandering van het landschap in gebergten en herkent rivier- en gletsjeerdalen.

- Je kunt de verschillen tussen grind, zand en klei verklaren.

Slide 14 - Tekstslide

Massabewegingen
Massabewegingen zorgen ervoor dat verweerd
materiaal langs de helling naar beneden beweegt.

  • Hoe steiler de helling, hoe harder het gesteente 
naar beneden valt.
  • Bij een flauwe helling rolt of schuift het 
langzaam naar beneden.
  • De grootte van de steen heeft ook invloed.


Slide 15 - Tekstslide

 
Een Puinhelling is een helling die bestaat uit verbrokkeld gesteente.

Slide 16 - Tekstslide

Net verweerd gesteente is hoekig en scherp.
Doordat stenen met elkaar botsen  en langs elkaar schuren in de rivier, worden de stenen steeds meer afgerond.

Hierdoor onstaat in de bovenloop van de rivier grind.


Slide 17 - Tekstslide

Erosie
"De uitschurende werking van stromend water, wind of ijs."

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Rivier
  • In de bovenloop van de rivier:
Verweringsmateriaal (stukken steen) > komen in de rivier terecht > in het snelstromende water botsen die stenen > stenen breken en schuren langs elkaar > ontstaat grind.

  • In de bovenloop van de rivier schuurt dit grind over de bodem waardoor de rivier steeds dieper wordt. Hierdoor ontstaat er een V-dal.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Gletsjer
Dikken pakketten ijs van soms wel honderden meters dik die langzaam naar beneden beweegt. 

Schuurt over de bodem waardoor deze langzaam een dal maakt. Hierdoor ontstaat er een U-dal





Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

rivier maakt: V-dal
gletsjer maakt: U-dal

Slide 25 - Tekstslide

Erosie door wind
Komt vooral voor in woestijngebieden. 

Slide 26 - Tekstslide

Verwering

Verbrokkelen/oplossen
Niet in beweging, dus
gebeurt op dezelfde plek.

Erosie

Uitschuren,
is in beweging
Water, wind, ijs.

Slide 27 - Tekstslide

Zand 
Klei
Verwering & erosie
Deze twee begrippen zorgen er samen voor dat al het gesteente uiteindelijk in hele kleine korreltjes uiteenvalt. De korreltjes die je nog net met het blote oog kunt zien, heten zand en grind. De hele kleine korreltjes die alleen met en microscoop te zien zijn, heten klei.

Slide 28 - Tekstslide

Grind: te zien met het 
blote oog.
Zand: te zien met het 
blote oog
Klei: alleen te zien met een microscoop.
Verwering en erosie zorgen ervoor dat gesteente in kleine korreltjes uiteenvalt.

Slide 29 - Tekstslide

To do:
1.3 opdracht 1 t/m 8.

Slide 30 - Tekstslide


A
U-dal
B
V-dal

Slide 31 - Quizvraag

Wat heeft de grootste korrels?
A
zand
B
klei
C
grind

Slide 32 - Quizvraag

U-dal
Gletsjer
V-dal
Rivier

Slide 33 - Sleepvraag

Wat is het verschil tussen verwering en erosie?

Slide 34 - Open vraag

Welke van de volgende begrippen passen bij het begrip massabeweging? Er kunnen meerdere antwoorden goed zijn.
Massabeweging
Zwaartekracht
Erosie
Puinhelling
Grind

Slide 35 - Sleepvraag

Heb je nog vragen over deze les?

Slide 36 - Open vraag

Wat vond je van de uitleg?
😒🙁😐🙂😃

Slide 37 - Poll

Heb je nog tips voor de docent? Zo ja, welke?

Slide 38 - Open vraag

Aan de slag
Maak de opdrachten van 1.3

Slide 39 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je weet wat massabewegingen zijn.

- Je begrijpt dat door verwering en erosie gebergten worden aangetast en grind, zand en klei ontstaan.

- Je kunt een rivierdal en een gletsjerdal herkennen aan de hand van kenmerken op een foto.

Slide 40 - Tekstslide

Bovenloop
Middenloop
Benedenloop
Delta

Slide 41 - Tekstslide

Maken:
1.3 1 t/m 8.

Slide 42 - Tekstslide

Maken:
Vaardighedenboekje t/m blz 7.

Slide 43 - Tekstslide