Inleiding/samenvatting goniometrie H5 mavo 3

Rekenen aan rechthoekige driehoeken
Een inleiding in de goniometrie
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Rekenen aan rechthoekige driehoeken
Een inleiding in de goniometrie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAT kan je allemaal
berekenen aan een
driehoek?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke driehoek is een rechthoekige driehoek?
A
ΔABC
B
ΔDEF
C
ΔGHI
D
ΔKLM

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan je NIET berekenen aan/in/van een driehoek?
A
De lengte van een zijde
B
De oppervlakte
C
De inhoud
D
De grootte van een hoek

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De drie hoeken van een driehoek zijn samen
A
90 graden
B
120 graden
C
180 graden
D
360 graden

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

180 graden                                                                              driehoeksom

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stel dat van driehoek ABC
hoek A = 40 en hoek B = 80 graden.
Hoe groot is hoek C?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Van een gelijkbenige driehoek is de tophoek 26*. Hoe groot is één basishoek? 


Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Voor het berekenen van de oppervlakte van een driehoek kan je één formule hieronder NIET gebruiken
A
bijhorende rechthoek opp delen door twee
B
1/2 x basis x hoogte
C
basis x hoogte : 2
D
1/2 x lengte x breedte

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke maat doet NIET mee als je de omtrek moet berekenen?
A
9,95
B
4,78
C
5,93
D
8,02

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Hoe groot is het oppervlak van deze driehoek? (Maten zijn in cm en de punt moet natuurlijk een komma zijn :))
A
33,34
B
23,7793
C
23, 7805
D
23,9

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stelling
van 
Pythagoras

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereken AC

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


  Bereken de lengte van PQ.
  Rond af op twee decimalen.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Je ziet het vooraanzicht van een carport. Het dak bestaat uit latten die aan beide kanten 25 cm uitsteken.
Bereken de lengte van een lat. Rond af op twee decimalen.





Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Denk aan het berekenen van de richtingscoëfficiënt!

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Denk even logisch na ... en zet de woorden op  de juiste plek
helling
hoogte
hellingshoek
afstand
rechte hoek

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Boek 1, H3 blz 159

Slide 20 - Tekstslide

Dit komt uit H3. In de volgende lessen wordt de rc weer belangrijk, daarom halen we het nu even op. Maar kort. Ze moeten het maar lezen. 

Slide 21 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat betekent dit verkeersbord?
A
De hellingshoek is 6 graden
B
De helling is 6 km
C
Elke 100 meter opzij, gaat de helling 6 meter omhoog
D
Elke 6 meter opzij, gaat de helling 100 cm omhoog

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Welk hellingspercentage hoort bij de helling hiernaast?

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


A
B
C
D

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 9 t/m 12 van 5.1 in je schrift
Kijk meteen zichtbaar na!
Ben je klaar en is de tijd om? Lees dan vast de theorie en ga verder met vraag 13 t/m 15

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een foto van je uitwerking (met schets en zichtbaar nagekeken) van opdracht 9

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


A
ja
B
nee
C
NEE
D
NEEEEEE!!!!

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Tik in je rekenmachine:  Tan 7 x 100 = .... 
Wat komt er uit?
Controleer of je rekenmachine goed staat! bij tan 45 moet er 1 uitkomen.

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat bereken je met
tan 7 x 100?
A
De hoogte van een driehoek met een hoek van 7 graden
B
Het hellingspercentage van een driehoek met een hoek van 7 graden
C
Het hellingspercentage van een driehoek met een hoogte van 7 cm
D
De basis van een driehoek met een hoek van 7 graden

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 13 t/m 16 en kijk meteen na.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Laat zien hoe je vraag 15 hebt opgelost.

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kijk vanuit hoek A... en zet de woorden op  de juiste plek
A
schuine zijde
overstaande zijde
aanliggende zijde

Slide 34 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kijk vanuit hoek C... en zet de woorden op  de juiste plek
C
schuine zijde
overstaande zijde
aanliggende zijde

Slide 35 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Snelle route op je rekenmachine:
tan-1 (overstaande zijde : aanliggende)
"Toa"

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke berekening heb je nodig voor het berekenen van de hellingshoek?
A
tan (12:17)
B
tan^-1 (17:12)
C
tan (17:12)
D
tan^-1 (12:17)

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

hoeveel graden is de hellinghoek in deze driehoek?
A
35
B
5
C
70,5
D
7,2

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe groot is hoek A?

Toa !
A
30 graden
B
28 graden
C
58 graden
D
73 graden

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hellings ....
Hellingspercentage  =  50:250 x 100  =    0,2 x 100 = 20%                  
                                                                          
                                                                                                   50:250 = 0,2    

                         verhouding tussen overstaande en aanliggende zijde. 

Hellingshoek  =  tan-1 ( hellingsgetal) =     tan -1 (50:250) = 11 graden
                                    DE HELLINGSHOEK ZOEK JE OP IN JE REKENMACHINE!

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Schrijf de vier namen van de rechthoekige driehoeken op.

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke bewering is juist?
A
Hoek A wordt groter, als de horizontale afstand groter wordt.
B
Hoek A blijft gelijk, als alle zijden in dezelfde verhouding vergroten of verkleinen
C
Hoek A wordt kleiner, als de afstand van de lange zijde groter wordt
D
Je kan niets zeggen over het veranderen van hoek A, zolang je niet weet hoe groot hoek F is.

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke namen kunnen de zijden hebben, gezien uit hoek A?
A
aanliggende zijde
lange zijde
schuine zijde
afstand
hoogte
korte zijden
overstaande zijde

Slide 43 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke namen kunnen de zijden hebben, gezien uit hoek C?
C
komt niet voor
aanliggende zijde
lange zijde
schuine zijde
afstand
hoogte
korte zijden
overstaande zijde

Slide 44 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

zijde berekenen met tangens  5.4
Als je met de twee rechthoekzijden de grootte van de hoek kan vinden, kan je ook met de grootte van de hoek en één rechthoekzijde de ándere
rechthoekzijde 
berekenen.

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

terugrekenen
Bij Goniometrie maak je altijd gebruik van de breuk


gebruik vanaf nu de afkorting
TOA


Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

zijde berekenen met tangens
TOA     Bij een hoek van 22o hoort een verhouding van 63 (overstaande) : aanliggende


gebruik                      ..... 

Wat wordt je berekening?
A

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoek A is 18 graden.
AB is 450 meter.
Hoe lang is CB?
A
7,22 m
B
25 m
C
146 m
D
39,1 m

Slide 49 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

BC is 10 meter
Hoek B is 20 graden
Hoe lang is AC?
A
5 m
B
3,6 m
C
2,7 m
D
1,15 m

Slide 50 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 41 t/m 45 en kijk gelijk na.

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Laat hieronder een foto zien van je (nagekeken) uitwerking van opdracht 44

Slide 52 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Heb je het idee dat je de tangens een beetje gaat begrijpen?
A
Een beetje?! Ik begrijp het helemaal!
B
Meer dan een beetje
C
Een beetje
D
Een beetje te weinig :(

Slide 53 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies