Creatief schrijven oefenen met het schrijven van een verhaal

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Creatief schrijven


Oefenen met schrijven van fragmenten


Slide 2 - Tekstslide

Wat ga je doen:


  • Je gaat oefenen met het schrijven van een deel van een verhaal.
  • De opdrachten die je krijgt om dit te oefenen duren niet lang. Je moet snel beslissingen nemen.
  • Je kiest een hoofdpersoon en beschrijft zijn innerlijk, uiterlijk, favoriete bezigheden en angsten.
  • Je schrijft twee fragmenten van een verhaal.

Slide 3 - Tekstslide

oefenen met schrijven van een verhaal.


  • Bekijk de foto's in de volgende dia en kies een personage dat je interessant lijkt.
  • Dit wordt de hoofdpersoon van je fragmenten.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

 

  • Je werkt niet op je laptop, maar je schrijft.

  • Je werkt op een (proefwerk)blaadje, doe dat netjes en duidelijk!

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 1 (5 minuten)

  • Verzin een naam voor je gekozen personage.
  • Beschrijf de uiterlijke kenmerken van de persoon die je hebt gekozen. Hoe ziet de persoon eruit?
  • Je mag meer uiterlijkheden bedenken.

- Kleding (gymschoenen, broek, jas, pet, hoody enz.)
- Ogen (kleur, brildragend, loensend)
- Leeftijd
- Lengte
- Haar (kleur, steil haar, krullen, kaal enz.)
- Postuur (breed, normaal, mager, tenger enz.)
- Gezicht (wipneus, oren, mond, tanden, litteken)
- Tatoeages

timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 2   (5 minuten)

  • Beschrijf de karaktereigenschappen van deze persoon.
     Hoe is deze persoon? Noteer minstens 5 eigenschappen.
  • Je mag ook andere karaktereigenschappen kiezen.
 





aardig
gemeen
bescheiden
brutaal
zelfverzekerd
onzeker
verlegen
vrij
eigenwijs
gehoorzaam
piekert veel
zorgeloos
agressief
gevoelig
open, spontaan
gesloten, geremd
eerlijk
oneerlijk
snel in paniek
kalm
angstig
dapper
sportief
onsportief
opvliegend
beheerst zichzelf
afhankelijk
onafhankelijk
timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 3   (5 minuten)

  • Noteer drie dingen die jouw personage leuk vindt om te doen (hobby, sport, met vrienden op pad gaan, gitaarspelen enz.)

  • Noteer drie dingen die je personage vreselijk vindt of die het personage eng vindt.


timer
5:00

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 4   (5 minuten)



  • Verzin een korte situatie waarbij je hoofdpersoon op zijn gemak is. Hij is bijvoorbeeld thuis, in de tuin, op zijn kamer en is bezig met zijn hobby enz. 
  • Schrijf vanuit de ik-figuur (dus geen hij/zij).

 





timer
5:00

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 5   (10 minuten)


  • Verzin nu een situatie die spannend of moeilijk is voor je personage. Bijvoorbeeld: opeens gaat de deurbel en daar staat er een politieagent voor de deur.
     Wat is er gebeurd? Wat voelt de hoofdpersoon en hoe reageert hij 
     op de komst van deze spannende situatie?

  • Schrijf vanuit de ik-figuur (dus geen hij/zij).
 
  • Houd rekening met de gekozen karaktereigenschappen.
 





timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide

  • Je hebt nu twee fragmenten van een verhaal geschreven.

   1. Jouw ik-figuur is ontspannen bezig met iets leuks.
   2. Daarna gebeurt er iets spannends of moeilijks. Wat veroorzaakt dat?
 
  • Check of je alle elementen hebt verwerkt aan de hand van de checklist (laatste dia).

  • Je herschrijft je tekst en levert die met alle opdrachten hiervoor in.
  • De docent beoordeelt je tekst en je krijgt een cijfer.

                                                     Succes!

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide