Via vervolg Thema 6 H.4 les 1 van 4

Boek: Nederlands Deel B
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Boek: Nederlands Deel B

Slide 1 - Tekstslide

Thema 6 - Toekomst

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk 4 - schrijven - opdr. 1 en 2

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik vorige les
  • In hoofdstuk 3 hebben we het gehad over: mening, argument, leesdoelen en leesstrategieën 
  • We hebben ook besproken dat een schrijver een hoofdgedachte heeft bij het schrijven van een tekst. 



                                              Je gaat nu zelf een tekst schrijven

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht
Je gaat een werkstuk maken. 
Een werkstuk is een uitgebreid verslag met een vaste opbouw. 

Het onderwerp van het werkstuk is "Toekomst".


Slide 5 - Tekstslide

Wat vind je van een werkstuk maken?

Slide 6 - Open vraag

Wat heb je nodig om een werkstuk maken?

Slide 7 - Open vraag

Een stappenplan en tips!
  1. Titelblad
  2. Inhoudsopgave 
  3. Inleiding
  4. De hoofdstukken
  5. Nawoord
  6. Bronvermelding
Denk aan de lay out (ziet mijn werkstuk er mooi uit)?
Maak gebruik van plaatjes en foto's (van jezelf)?

Slide 8 - Tekstslide

Teken zelf een emoticon met een mondmasker en laat hem zien!

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Video

En wat is het resultaat nu!

Slide 11 - Open vraag

Leerdoelen Les 1
  • Je weet dat een werkstuk een uitgebreid verslag is met een vaste opbouw
  • Je weet wat een titelblad is. 
  • je kunt een titelblad maken voor jouw werkstuk
  • Je weet wat een inhoudsopgave is
  • Je kunt een inhoudsopgave maken voor jouw werkstuk

Slide 12 - Tekstslide

Wat is een werkstuk?
Een werkstuk is een uitgebreid verslag is met een vaste opbouw. Een dun boekje. 
Er staat tekst in over een bepaald onderwerp, bijvoorbeeld corona , een sport of in dit geval je toekomst.

Slide 13 - Tekstslide

Vaste opbouw
  1. Titelblad
  2. Inhoudsopgave 
  3. Inleiding of voorwoord
  4. De hoofdstukken
  5. Nawoord
  6. Bronvermelding


Slide 14 - Tekstslide

De inhoudsopgave
De inhoudsopgave is bedoeld om heel snel te kunnen zien wat op welke plek in het werkstuk staat.

Slide 15 - Tekstslide

Het titelblad
Net als de voorkant van een boek, laat de voorkant van een werkstuk zien waar de tekst over gaat. Door een goed titelblad willen anderen je werkstuk gaan lezen.

Slide 16 - Tekstslide

De inleiding
In de inleiding schrijf je kort iets over de keuze voor het onderwerp en iets over de inhoud van het werkstuk. Je schrijft dit meteen na de inhoudsopgave.

Slide 17 - Tekstslide

De hoofdstukken
Na de inleiding komen de hoofdstukken. Hierin staat alle informatie die je hebt gevonden.

Slide 18 - Tekstslide

Nawoord
In het nawoord schrijf je hoe je het werkstuk hebt aangepakt. Je vertelt wat er goed ging en wat beter kon.

Slide 19 - Tekstslide

De bronvermelding
Het is belangrijk om je bronnen te noemen. Dan weet de docent dat je alle informatie hebt opgezocht en waar je hebt gezocht en dat je het niet zelf hebt bedacht.

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak gebruik van de stappenplannen  en tips!

Opdracht 1 en 2-  blz 271 t/m 274

  1. Maak een titelblad voor jouw werkstuk
  2.  Maak een inhoudsopgave voor jouw werkstuk. 

Slide 21 - Tekstslide

Maak een titelblad

Weet je nog?

Net als de voorkant van een boek, laat de voorkant van een werkstuk zien waar de tekst over gaat. Door een goed titelblad willen anderen je werkstuk gaan lezen.

Slide 22 - Tekstslide

Op je titelblad zet je: 
  1. het onderwerp van je werkstuk
  2. een passende afbeelding bij het onderwerp
  3. je naam
  4. je klas
  5. de naam van je docent
  6. de datum waarop je het werkstuk inlevert. 

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Maak de inhoudsopgave

Weet je nog?


De inhoudsopgave is bedoeld om heel snel te kunnen zien wat op welke plek in het werkstuk staat.

Slide 25 - Tekstslide

De Hoofdstukken (Toekomst)
De volgende 9 hoofdstukken moeten in je werkstuk verwerkt worden:
  1. Voorwoord 
  2. Wie ben ik ( wie ben ik, hoe zie ik eruit, waar woon ik, met wie ga ik om) ?
  3. Wat zijn mijn talenten?
  4. Wat wil ik later worden?
  5.  Wat is mijn droombaan?
  6. Wat zijn mijn toekomstdromen?
  7. Hoe ziet mijn leven eruit als ik 30 ben?
  8.  Nawoord
  9.  Bronvermelding

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Hoe kijk je er nu tegenaan om een werkstuk te gaan maken?

Slide 28 - Open vraag

Zelfstandige verwerking titelblad 
Maak het titelblad van jouw werkstuk op de computer. 
Gebruik één of meerdere afbeeldingen om het titelblad mooier te maken. 
Sla het document op de computer op. 

Slide 29 - Tekstslide

Zelfstandige verwerking inhoudsopgave 
Maak de inhoudsopgave van jouw werkstuk op de computer. 
Laat de bladzijdenummers nog even weg
Sla het document op de computer op. 


Slide 30 - Tekstslide

Inleveren
Je levert je titelblad en je inhoudsopgave in. 

Je maakt de opdrachten in Word
Verstuur per  mail:
n.hilgerink@het-erasmus.nl

Dit is je eerste opzet, fouten maken mag nog!

Slide 31 - Tekstslide

Toekomst

Slide 32 - Woordweb