G2 Spelling tussenletter in samenstellingen

H4 Spelling
tussenletters in samenstellingen
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H4 Spelling
tussenletters in samenstellingen

Slide 1 - Tekstslide

Noem zoveel mogelijk samenstellingen

Slide 2 - Woordweb

Wat is juist?
A
berensterk
B
beresterk

Slide 3 - Quizvraag

Wat is juist?
A
secondewijzer
B
secondenwijzer

Slide 4 - Quizvraag

Wat is juist?
A
pannekoek
B
pannenkoek

Slide 5 - Quizvraag

Waarom schrijf je in een samenstelling 
soms een -n- of een -s-?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

In het kort
  • -s-: als je in een samenstelling een -s- hoort, dan schrijf je die ook: machtsvertoon, passagierslijst
  • -(e)n-: als het eerste deel van een samenstelling een zelfstandig naamwoord is dat alleen een meervoud op -en heeft, schrijf je -en- tussen de woorden: berenkuil, vriendendienst
  • geen -(e)n- (maar soms wel -e-) in deze gevallen:
- Het eerste deel heeft geen meervoud: roggebrood, benzinelucht.
- Het eerste deel verwijst naar iets waar er maar één van is: zonnestraal.
- Het eerste deel heeft (ook) een meervoud op -s: (asperge – asperges) aspergesoep, (ziekte – ziekten/ziektes) ziektekiem.
- Het eerste deel is geen zelfstandig naamwoord: blindedarm, huilebalk.
- Het eerste deel versterkt een bijvoeglijk naamwoord: boordevol.









Slide 8 - Tekstslide

Maak een samenstelling van:
aarde + werk

Slide 9 - Open vraag

Maak een samenstelling van:
eik + boom

Slide 10 - Open vraag

Maak een samenstelling van:
aap + rots

Slide 11 - Open vraag

Maak een samenstelling van:
aap + trots

Slide 12 - Open vraag

Maak een samenstelling van:
spin + web

Slide 13 - Open vraag

Maak een samenstelling van:
spin + wiel

Slide 14 - Open vraag

Huiswerk
H4 Spelling (p. 125):
m. opd. 1 t/m 4

Slide 15 - Tekstslide