3 MAVO Herhaling hoofstuk 1 21 juni

Zuivere stoffen en mengsels
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Zuivere stoffen en mengsels

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stofeigenschappen
De eigenschappen waaraan je een stof kan herkennen noemen we stofeigenschappen.
Voorbeelden van stofeigenschappen zijn:
  • Geur
  • Kleur
  • Smaak 
  • Brandbaarheid

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stofeigenschappen:
  • Brandbaarheid
  • Geur
  • Kleur
  • Smaak
  • Fase (bij kamertemp.)
  • Kookpunt
  • Smeltpunt
  • Oplosbaarheid in water

Geen stofeigenschappen:
  • Temperatuur
  • Vorm
  • Massa
  • Volume
  • Gewicht
  • Lengte

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat is geen stofeigenschap?
A
smaak
B
kleur
C
massa
D
dichtheid

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Groepjes van twee
Zet in het juiste vak
wel een stofeigenschap
geen stofeigenschap
kleur
geur
smeltpunt
kookpunt
massa
volume
Lengte
gewicht
oplosbaarheid in water
oplosbaarheid in olie

Slide 5 - Sleepvraag

3 punten wanneer ze de drie NIET stofeigenschappen goed hebben
Het molecuul (deeltjes) model

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het molecuulmodel

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken deeltjes model
Elke stof is opgebouwd uit heel kleine deeltjes, moleculen genoemd.
• Elke stof bestaat uit zijn eigen soort moleculen. 
• Moleculen bewegen voortdurend.
• Als de temperatuur stijgt, gaan de moleculen sneller (heftiger) bewegen.
• Moleculen trekken elkaar aan.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geef de meest correcte beschrijving op microniveau van dit molecuulmodel van een vloeistof.
A
De moleculen hebben geen vaste plaats, maar bewegen vrij langs elkaar heen. Tussen de vloeistofmoleculen is wat meer ruimte dan tussen de moleculen van een vaste stof.
B
De moleculen hebben geen vaste plaats, bewegen vrij langs elkaar heen maar trillen nog niet. Tussen de moleculen is wat meer ruimte dan tussen de moleculen van een vaste stof.
C
De moleculen hebben een vaste plaats, maar bewegen vrij langs elkaar heen. Tussen de vloeistofmoleculen is wat meer ruimte dan tussen de moleculen van een vaste stof.
D
De moleculen hebben een vaste plaats, bewegen vrij langs elkaar heen maar trillen nog niet. Tussen de moleculen is wat meer ruimte dan tussen de moleculen van een vaste stof.

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke uitspraak klopt niet? Volgens het molecuulmodel ...
A
bestaan stoffen uit moleculen
B
zijn moleculen altijd aan het bewegen
C
heeft elke stof dezelfde soort moleculen
D
trekken moleculen elkaar aan

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit is een molecuulmodel
van een:
A
Vaste stof
B
Vloeistof
C
Water
D
Gas

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Fase bij kamertemperatuur een stofeigenschap 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fasen en fasenovergang

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

fasenovergangen van water
water(s)                water(l)                 smelten
water(l)                 water(g)                verdampen
water(g)                water(l)                 condenseren
water(s)                 water(g)               sublimeren
water(g)                 water(s)               rijpen

De woorden ijs en waterdamp gebruik je dus niet in dit schema!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke faseaanduiding hoort er bij welke fase?
Vast
Vloeibaar
Gas
Opgelost in water
(l)
(aq)
(s)
(g)

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de fase en faseovergang naar de juiste plek.
Ik kan benoemen in welke drie fasen een stof kan voorkomen.
1
Smelten
Stollen
Condenseren
Vervluchtigen
Rijpen
Verdampen
gas
vloeistof
vaste stof

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zuivere stof          mengsel
Een zuivere stof bestaat uit 1 soort moleculen
Zuivere stof of mengsel

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zuivere stof
Mengsel

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk plaatje geeft een mengsel aan en welke een zuivere stof
Mengsel
Zuivere stof

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Suspensie
Emulsie
Oplossing
Omschrijving
Voorbeeld
Rook
Nevel
Vaste stof die niet oplost in vloeistof
Vloeistof die niet oplost in vloeistof
Vaste stof of vloeistof die wel oplost in vloeistof
Krijt in water
Zout in water
Mayonaise
Vloeistofdruppels fijn verdeeld in een gas
Vaste deeltjes fijn verdeeld in een gas
Deodorant spray
Roetwolk uit een uitlaat van een auto

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Modderwater is een
A
suspensie.
B
oplossing.
C
emulsie.

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

dit mengsel is:
het is dus een:
dit mengsel is:
het is dus een:
helder
troebel
oplossing
suspensie

Slide 22 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies