Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Quiz
Quiz
1 / 20
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
In deze les zitten
20 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslide
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Quiz
Slide 1 - Tekstslide
Wat zoek je als eerste op in een zin?
A
onderwerp
B
persoonsvorm
C
zinsdelen
D
lijdend voorwerp
Slide 2 - Quizvraag
Wat is het onderwerp in deze zin?
Het bekende Nederlandse televisieprogramma bestaat al meer dan vijf jaar.
A
Nederlandse televisieprogramma
B
meer dan vijf jaar
C
televisieprogramma
D
Het bekende Nederlandse televisieprogramma
Slide 3 - Quizvraag
onderwerp
gezegde
persoonsvorm
zinsdelen verdelen
lijdend voorwerp
Slide 4 - Sleepvraag
Hoeveel zinsdelen heeft deze zin?
Janna schrijft elke dag een brief voor Marco.
A
3
B
4
C
5
D
6
Slide 5 - Quizvraag
Ik
heb
een boek
gekocht
lijdend voorwerp
persoonsvorm
onderwerp
werkwoordelijk gezegde
Slide 6 - Sleepvraag
In onze school controleert de conciërge alle kluisjes.
conciërge =
A
lijdend voorwerp
B
onderwerp
C
werkwoordelijk gezegde
D
persoonsvorm
Slide 7 - Quizvraag
Hij heeft zijn groente gisteren niet gegeten.
Werkwoordelijk gezegde=
A
heeft gegeten
B
zijn groente gegeten
C
gegeten
D
heeft
Slide 8 - Quizvraag
Ik heb jou de hele dag lopen zoeken.
werkwoordelijk gezegde=
A
heb
B
heb zoeken
C
heb lopen zoeken
D
ik heb
Slide 9 - Quizvraag
Wat is het lijdend voorwerp in deze zin?
Op maandagmiddag zit zij met al haar vrienden te chillen.
A
zij
B
al haar vrienden
C
zij met al haar vrienden
D
geen lijdend voorwerp
Slide 10 - Quizvraag
Welke uitspraak over het lijdend voorwerp is juist?
A
het lijdend voorwerp begint nooit met een voorzetsel
B
het lijdend voorwerp is altijd een mens of een dier
C
je kunt het lijdend voorwerp vinden door: wat/wie +onderwerp?
D
in elke zin staat een lijdend voorwerp
Slide 11 - Quizvraag
Wie heeft mijn scooter gerepareerd?
Wat is het lijdend voorwerp in deze zin?
Slide 12 - Open vraag
Jan gaf de toets aan de leraar.
Wat is het lijdend voorwerp?
Slide 13 - Open vraag
Wat is het onderwerp in deze zin?
Morgen ga ik naar mijn oma.
A
mijn oma
B
ik
C
Morgen
D
ga ik
Slide 14 - Quizvraag
Opa
geeft
zijn laatste gebakje
aan hem.
onderwerp
meewerkend voorwerp
persoonsvorm
lijdend voorwerp
werkwoordelijk gezegde
Slide 15 - Sleepvraag
Vandaag hebben we patat gegeten.
we =
A
lijdend voorwerp
B
onderwerp
C
persoonsvorm
Slide 16 - Quizvraag
Vandaag hebben we patat gegeten.
patat =
A
lijdend voorwerp
B
onderwerp
C
persoonsvorm
D
werkwoordelijk gezegde
Slide 17 - Quizvraag
Ik hou van bloemen en planten.
hou =
A
werkwoordelijk gezegde
B
onderwerp
C
meewerkend voorwerp
D
persoonsvorm
Slide 18 - Quizvraag
Ik geef hem bloemen.
hem =
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
meewerkend voorwerp
D
werkwoordelijk gezegde
Slide 19 - Quizvraag
Waarom wil mijn oma altijd een zoen hebben?
Wat is het lijdend voorwerp?
Slide 20 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
Lijdend voorwerp
Februari 2019
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Thema 6: hoofdvormen werkwoorden en meewerkend voorwerp.
Mei 2022
- Les met
44 slides
Taal
Primary Education
Zinsdelen en zinsopbouw
Januari 2022
- Les met
25 slides
door
Kidsweek in de Klas
Taal
Basisschool
Groep 7,8
Kidsweek in de Klas
1B5 Oefenopdrachten Grammatica Lijdend voorwerp
Maart 2021
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Les 4: lijdend en meewerkend voorwerp
Februari 2024
- Les met
30 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Woordvolgorde
Juni 2022
- Les met
24 slides
English
Tertiary Education
SMS klas 5; het lijdend voorwerp thema 3.
Maart 2022
- Les met
49 slides
Taalles
Primary Education
Age 10,11
Zinsontleding
November 2022
- Les met
14 slides