Collectieve Goederen en Quasi-collectieve goederen

Collectieve Goederen en Quasi-collectieve goederen
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Collectieve Goederen en Quasi-collectieve goederen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je de kenmerken van collectieve goederen beschrijven, uitleggen waarom de markt deze niet voortbrengt en het verschil uitleggen tussen collectieve goederen en quasi-collectieve goederen.

Slide 2 - Tekstslide

Benadruk het belang van deze leerdoelen en dat studenten deze moeten beheersen aan het einde van de les.
Wat weet je al over collectieve goederen en quasi-collectieve goederen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn collectieve goederen?
Collectieve goederen zijn goederen die niet aan individuen kunnen worden toegewezen en waarvan niemand kan worden uitgesloten van het gebruik ervan.

Slide 4 - Tekstslide

Vraag studenten om voorbeelden te geven van collectieve goederen en hoe deze anders zijn dan private goederen.
Kenmerken van collectieve goederen
Collectieve goederen hebben twee belangrijke kenmerken: non-rivaliteit en non-exclusiviteit.

Slide 5 - Tekstslide

Leg de kenmerken uit en vraag om voorbeelden van elk kenmerk.
Non-rivaliteit
Non-rivaliteit betekent dat het gebruik van het goed door de ene persoon het gebruik door anderen niet beperkt.

Slide 6 - Tekstslide

Vraag studenten om voorbeelden te geven van non-rivaliteit en hoe dit verschilt van rivaliteit.
Non-exclusiviteit
Non-exclusiviteit betekent dat niemand kan worden uitgesloten van het gebruik van het goed, zelfs als hij of zij niet betaalt voor het gebruik ervan.

Slide 7 - Tekstslide

Vraag studenten om voorbeelden te geven van non-exclusiviteit en hoe dit verschilt van exclusiviteit.
Waarom levert de markt geen collectieve goederen?
De markt levert geen collectieve goederen omdat er geen individuele prikkels zijn om deze goederen te produceren en te verkopen.

Slide 8 - Tekstslide

Leg uit waarom de markt collectieve goederen niet kan leveren en vraag studenten om voorbeelden te geven van waarom de markt faalt bij het voortbrengen van collectieve goederen.
Quasi-collectieve goederen
Quasi-collectieve goederen zijn goederen die aan individuen kunnen worden toegewezen, maar waarvan het gebruik niet kan worden uitgesloten.

Slide 9 - Tekstslide

Leg uit wat quasi-collectieve goederen zijn en vraag studenten om voorbeelden te geven van deze goederen.
Verschil tussen collectieve goederen en quasi-collectieve goederen
Het belangrijkste verschil tussen collectieve goederen en quasi-collectieve goederen is dat quasi-collectieve goederen wel aan individuen kunnen worden toegewezen, maar het gebruik ervan niet kan worden uitgesloten.

Slide 10 - Tekstslide

Vraag studenten om voorbeelden te geven van hoe collectieve goederen en quasi-collectieve goederen verschillen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.