organen en organenstelsels

Organen/organenstelsels
Organen zijn onderdelen van het lichaam. Ze hebben in het lichaam allemaal één of zelfs meerdere taken. 

Organen doen hun taak/taken, maar doen dit nooit alleen.
Organen werken met andere organen samen. 
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurGroen+2PraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Organen/organenstelsels
Organen zijn onderdelen van het lichaam. Ze hebben in het lichaam allemaal één of zelfs meerdere taken. 

Organen doen hun taak/taken, maar doen dit nooit alleen.
Organen werken met andere organen samen. 

Slide 1 - Tekstslide

Organen
Een organisme bestaat uit vele onderdelen (organen)
Die organen moeten wel met elkaar kunnen samenwerken om het organisme in leven te houden. 
De organen moeten ook in orde zijn en niet kapot, dan wordt het ook lastiger. 
Bijvoorbeeld : Als het hart niet klopt, wordt het bloed niet rondgepompt en gaat het niet goed met jou.

Slide 2 - Tekstslide

Het is net als met jouw fiets: als de ketting kapot is, wordt het lastig om vooruit te komen, maar als de band lek is ook.

 

Alles aan de fiets moet kloppen om er mee te kunnen werken, alle onderdelen moeten werken en aanwezig zijn.


Zo is het met het lichaam ook: alles moet het doen.

Slide 3 - Tekstslide

Zonder je longen krijg je de zuurstof niet binnen, maar zonder de spieren van het middenrif kun je de lucht niet in je longen krijgen, maar zonder voedsel werken die spieren, dus je hebt je maag en alle anderen organen nodig om dit voedsel te verkleinen (verteren), maar zonder bloed komen die voedingsstoffen niet in die spieren terecht, dat bloed kan niet stromen zonder je hart, en je hart kan niet werken zonder zuurstof.

Dus je ziet, je hebt alles nodig anders gaat het mis. 

of niet??? (daarover later meer)

Slide 4 - Tekstslide


Welk orgaan is dit?
A
Het hart
B
De lever
C
De buik
D
De maag

Slide 5 - Quizvraag


Wat doet dit orgaan?
A
Het bewaart voedsel een tijdje
B
Het houdt voedsel goed
C
Het geeft voedsel smaak
D
Het maakt het bloed schoon

Slide 6 - Quizvraag


Dit orgaan heeft meerdere functies. Wat doet dit orgaan nog meer?
A
Het maakt voedsel
B
Het verteert voedsel
C
Het vergroot voedsel
D
Het maakt het bloed schoon

Slide 7 - Quizvraag


Welk orgaan is dit?
A
Het hart
B
De lever
C
De buik
D
De maag

Slide 8 - Quizvraag


Wat doet dit orgaan?
A
Het bewaart voedsel een tijdje
B
Het houdt voedsel goed
C
Het geeft voedsel smaak
D
Het maakt het bloed schoon

Slide 9 - Quizvraag

We gebruiken even heel simpel 'het maakt het bloed schoon'. Vooral het onschadelijk maken van gifstoffen (alcohol / drugs).
In het echt dood de lever véééél meer.
het maakt stollingsstoffen (zodat je een korstje krijgt), het maakt gal (waardoor je vet kunt verteren), het slaat vitaminen op, het slaat suiker op, het slaat kostbare mineralen op zoals koper en goud, met alles wat het doet maakt het warmte, enz enz. 
Zo zijn er 13 belangrijke taken voor ons lichaam die de lever doet. De lever is bijna net zo belangrijk als de hersenen (belangrijk voor straks)

Slide 10 - Tekstslide


Welk orgaan is dit?
A
De slokdarm
B
De darm
C
De dunne darm
D
De dikke darm

Slide 11 - Quizvraag


Wat gebeurt hier??
(2 antwoorden)
A
Hier wordt voedsel verteert
B
Hier wordt water uit het voedsel gehaald
C
Hier wordt zuurstof uit het voedsel gehaald
D
Hier worden alle nuttige dingen uit het voedsel gehaald

Slide 12 - Quizvraag


Welk orgaan is dit?
A
De slokdarm
B
De darm
C
De dunne darm
D
De dikke darm

Slide 13 - Quizvraag


Wat doet dit orgaan?
A
Het verteert voedsel
B
Het neemt voedsel op
C
Het haalt zuurstof uit het voedsel
D
Het haalt water uit het voedsel

Slide 14 - Quizvraag

Dat was zomaar even een greep uit alle organen die we hebben.

Wel een greep aan organen die ook samenwerken aan één doel, de vertering

Slide 15 - Tekstslide

Je ziet hier het complete organenstelsel van de voedselvertering: het verteringsstelsel


de maag: 03
de lever: 11
de dunnen darm : 04
de dikke darm: 06,


samen met nog veel andere organen zorgen ze voor de vertering van voedsel

Slide 16 - Tekstslide

Hier zie je 6 (andere) organenstelsel, welke?
maak de sleepvraag.

Slide 17 - Tekstslide

Spijsverteringsstelsel
Zenuwstelsel
Bloedvatenstelsel
Ademhalingsstelsel
Botten / Beenderenstelsel
Spierstelsel

Slide 18 - Sleepvraag

6 organenstelsels
1= verteringsstelsel
2=bottenstelsel (skelet of beenderenstelsel)
3=spierstelsel
4=bloedvatenstelsel
5=ademhalingsstelsel
6=zenuwstelsel

Slide 19 - Tekstslide