7.3 Zuren en zure oplossingen

• Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 4

7.3 Zuren en zure oplossingen

Nodig: Laptop en Boek (blz 60)

Wat is het belangrijkste deeltje in een zure oplossing

1. Waterstofgas
2. Waterstof-ion
3. Nitraat-ion
4. Zoutzuur

Je hebt een neutrale stof (pH=7) met een pH-indicator erin. Je voegt een basische oplossing toe. Je pH-indicator kleurt van geel naar blauw.
Welke indicator zit in je oplossing?

1. fenolftaleïne
2. methylrood
3. thymolblauw
4. lakmoes

Je leert deze les:

Wat een zuur is en welke deeltjes in een zure oplossing zitten.

Uitleggen waarom een zure stof stroom geleidt.

Wat er gebeurt tijdens een reactie tussen zuur en metaal.

Een aantal formules van zuren kennen.

Oplossen van zuren.

Als je een zuur oplost, valt deze uit elkaar tot ionen.
Net als bij zouten eigenlijk!

Het negatieve ion (hier chloride-ion) wat overblijft noemen we het zuurrest-ion. (=wat overblijft als je een zuur oplost)

Fosforzuur wordt opgelost. Aan welk deeltje zie je dat de oplossing zuur is?

1. H3PO4
2. H+
3. PO4 3-
4. (s)

Fosforzuur wordt opgelost. Welk deeltje is het zuurrest-ion?

1. H3PO4
2. H+
3. PO4 3-
4. (s)

Zuur vs. Zure oplossing

Een zure oplossing is een mengsel van een zuur in water. Het zuur geeft daarbij H+ ionen af. Omdat er H+ ionen zijn, kun je wel de pH meten.

Een zuur is een stof die je kan oplossen om een zure oplossing te krijgen. Een zuur bestaat nog niet uit ionen, en heeft dus ook geen pH.

HNO3 (Salpeterzuur) kun je oplossen om salpeterzuuroplossing te krijgen. HNO3 is een...

1. Zuur
2. Zure oplossing

Welke zure oplossingen moet je kennen?

De tabel op Blz. 63 moet je kennen.

Dit zijn 6 bekende zuren, en je moet weten welke ionen in de oplossing ervan voorkomen.

Gelukkig is dit veel herhaling van H6 :)

Geleidbaarheid van zure oplossingen

Zure oplossingen bevatten dus altijd waterstof-ionen (geladen deeltjes), en geleiden daardoor stroom.


(Stroomgeleiding = verplaatsing van geladen deeltjes)

Reacties tussen zuren en metalen

De meeste metalen kunnen reageren met zuurdeeltjes (H+)

Hierbij ontstaat waterstofgas (H2)
Het metaal wordt 'afgebroken' en omgezet in ionen.

Opgaven van dit paragraaf

3 t/m 15 (Blz 62 tot 66)