H4 Grammatica zinsdelen - congruentie en inversie

Goedemorgen 3Vtb!
Laptop en boeken van tafel;
pen en papier in de aanslag...
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Goedemorgen 3Vtb!
Laptop en boeken van tafel;
pen en papier in de aanslag...

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag:
Zijn er nog vragen over het huiswerk?
Zijn er nog vragen over H5 Leestekens?

Slide 2 - Tekstslide

Aan de slag:
Bedenk een 'vreemde' gebeurtenis.
timer
1:00

Slide 3 - Tekstslide

Aan de slag:
Bedenk een 'vreemde' gebeurtenis.
Voorbeelden nodig?

Slide 4 - Tekstslide

Aan de slag:
Pinguïns dansen op het strand.
Wolken regenen confetti.
Vissen vliegen door de lucht.
Bomen fluisteren geheime verhalen.
Kikkers dragen hoge hoeden.
Beren organiseren thee-feestjes.

Slide 5 - Tekstslide

Aan de slag:
Schrijf een tekstje van 200-250 woorden
over jouw 'vreemde' gebeurtenis, maar...

Gebruik geen leestekens!
timer
5:00

Slide 6 - Tekstslide

Aan de slag:
Werk nu samen met je buur:

Plaats in elkaars tekst
hoofdletters en leestekens!
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Genoeg gespeeld!
Pen en papier van tafel;
laptop in de aanslag...

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Congruentie en inversie
Congruentie:
Het onderwerp klopt met de persoonsvorm
(in persoon en in getal)

Inversie:
De persoonsvorm staat voor het onderwerp

Slide 10 - Tekstslide

Hoe vind je de Persoonsvorm?

Door de zin:
In een andere tijd te zetten
Vragend te maken
Om te zetten van enkelvoud naar meervoud
(of andersom)

Slide 11 - Tekstslide

Hoe vind je het Onderwerp?

Stel de vraag: 'wie/wat + persoonsvorm?'
- of -
Maak de zin vragend
(Het onderwerp komt dan achter
de persoonsvorm te staan)

Slide 12 - Tekstslide

Congruentie
Congruentie:
Het onderwerp klopt met de persoonsvorm
(in persoon en in getal)

Slide 13 - Tekstslide

Enkelvoudige kern
Bij woordgroepen met een enkelvoudige kern en een meervoudige nabepaling richt de persoonsvorm zich naar de kern. 

De groep betogers wandelde van het Malieveld naar het Binnenhof.

Slide 14 - Tekstslide

Verzamelnaam
Als het onderwerp een verzamelnaam is
die uit meerdere personen bestaat, is de persoonsvorm enkelvoudig. 

de jeugd is, de bemanning heeft,
de schoolleiding besloot, het management kon

Slide 15 - Tekstslide

Een van de
In de constructie:
Een van de + meervoudig woord + die
volgt in een bijvoeglijke bijzin
een meervoudige persoonsvorm

Een van de Rotterdammers die naar
Australië emigreerden, was mijn vader. 

Slide 16 - Tekstslide

Boeken en films
Bij meervoudige titels van boeken, films enzovoort volgt een enkelvoudige persoonsvorm

'De Hongerspelen' is een bijzonder
meeslepende jeugdroman.

Slide 17 - Tekstslide

Rekeneenheid
Na een rekeneenheid volgt een
enkelvoudige persoonsvorm.

Twee liter water is veel voor iemand die geen toegang heeft tot stromend water.
Hoeveel procent van de bevolking heeft ADHD?

Slide 18 - Tekstslide

Het gros van de Nederlanders zijn volgens de krant blij met het koningshuis.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Tegenwoordig is op alle dancefeesten allerlei synthetische drugs te koop
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Onder de eerste boeren die naar Canada vertrokken, was ook mijn neef Jos.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Ik vind dat leden van motorclubs de toegang ontzegd moet worden
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Inversie
Vergelijk:

Ik loop elke dag een rondje in het Goudse Hout. 
Elke dag loop ik een rondje in het Goudse Hout.

Wat is hier gebeurd?


Slide 23 - Tekstslide

Inversie
Inversie betekent omkering.

In dit geval een omkering van de volgorde
van onderwerp en persoonsvorm
(APO in plaats van OPA)

Slide 24 - Tekstslide

Foute inversie
Vorige week was hij ziek en zijn we daardoor
niet op tijd klaar met de opdracht.

Hoe verbeter je dit?

Slide 25 - Tekstslide

Dubbelzinnige zinnen
Je beste vriend mag je zo nu en dan
op een foutje wijzen. 

Je beste vriend kan hier
onderwerp zijn, maar je ook!

Zonder context weet je dus niet of er inversie is. 

Slide 26 - Tekstslide

Inversie of niet?
Op zondag maken mijn ouders een rondje in de cabrio.
A
Inversie
B
Geen inversie
C
Niet te bepalen

Slide 27 - Quizvraag

Wie heeft Marnix die mooie verzameling postzegels eigenlijk gegeven?
A
Inversie
B
Geen inversie
C
Niet te bepalen

Slide 28 - Quizvraag

Aan wie heeft Marnix die mooie verzameling postzegels eigenlijk gegeven?
A
Inversie
B
Geen inversie
C
Niet te bepalen

Slide 29 - Quizvraag

De gemeente zegt dat de brandweer vrijwilligers in dienst moet nemen.
A
Juist
B
Onjuist
C
Inversie
D
Niet te bepalen

Slide 30 - Quizvraag

Uw bestelling is vandaag verzonden en kunt u via de track-and-tracecode uw pakket volgen.
A
Inversie
B
Fout
C
Congruentie
D
Goed

Slide 31 - Quizvraag

Volgens mij dateert die zilveren schaal uit de rococoperiode en is hij wel dertigduizend euro waard.
A
Fout
B
Inversie
C
Niet te bepalen
D
Goed

Slide 32 - Quizvraag

In Utrecht bekeken we eerst het Spoorwegmuseum en bezochten we vervolgens Museum Speelklok
A
Goed
B
Fout
C
Niet te bepalen

Slide 33 - Quizvraag

In Amsterdam gingen we 's avonds naar een voorstelling en waren we pas laat weer in Meppel.
A
Goed
B
Fout
C
Niet te bepalen

Slide 34 - Quizvraag

Aan de slag:
Wat:       Maak opdracht 1-5 van H4 op blz. 131
Hoe:       Je mag op fluisterniveau overleggen met
               degene die naast je zit.
Hulp:     Theorie uit je boek of internet
Tijd:       Tot het einde van deze les
Extra:     Je mag een muziekje luisteren als je
               oortjes of een koptelefoon bij je hebt.



Slide 35 - Tekstslide

Huiswerk:
Hoofdstuk 4 Grammatica zinsdelen
(af)maken opdracht 1-5 (pagina 131)

Slide 36 - Tekstslide