Week 23: Donald Duck

Nieuwsbegrip week 23
70 jaar weekblad Donald Duck
AA
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NieuwsbegripPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Nieuwsbegrip week 23
70 jaar weekblad Donald Duck
AA

Slide 1 - Tekstslide

Donald Duck

Slide 2 - Woordweb

Doel van de les
lesdoel: Aan het einde van de les kun je benoemen waarom Donald Duck al 70 jaar een succes is.

werkcompetenties:
  • persoonlijk: Ik voel me verantwoordelijk voor wat ik doe.
  • werkhouding: Ik ben gemotiveerd en toon een goede inzet.

Slide 3 - Tekstslide

Nieuws
We kijken nu naar het nieuws

Slide 4 - Tekstslide


Wanneer werd de eerste Nederlandse Donald Duck uitgebracht?
A
zeventig jaar geleden, in 1953
B
zeventig jaar geleden, in 1952
C
zestig jaar geleden, in 1952
D
zestig jaar geleden, in 1953

Slide 5 - Quizvraag


Wie heeft Donald Duck bedacht?
A
Walt Disney
B
Malt Disney
C
Walt Bisney
D
Walt Gisney

Slide 6 - Quizvraag


Eerst was Donald Duck vooral in
filmpjes te zien. Welke kleren draagt hij in de filmpjes?
A
zijn rode schoenen
B
zijn pilotenpakje
C
zijn matrozenpakje
D
zijn blauwe strikje

Slide 7 - Quizvraag


Hoe heten de neefjes van Donald
Duck?
A
Kwik, Kwek en Kwak
B
Kwik, Kwek en Kwuk
C
Kwok, Kwek en Kwak
D
Kwik, Kwuk en Kwak

Slide 8 - Quizvraag


Hoe heet de baas waarvoor Donald
Duck werkt?
A
Oom Dagoburt
B
Oom Dagobirt
C
Oom Dagobart
D
Oom Dagobert

Slide 9 - Quizvraag


Wie is de grote liefde van Donald
Duck?
A
Mickey Mouse
B
Goofy
C
Katrien
D
Pluto

Slide 10 - Quizvraag

Tekst lezen
We lezen nu de tekst
Daarna maken we de opdrachten op papier
Succes!

Slide 11 - Tekstslide

UITLEG VERBANDEN
Een tekst bestaat niet uit losse zinnen. 

De zinnen hebben iets met elkaar te maken. 
Er bestaan verbanden tussen de zinnen. 

Aan signaalwoorden kun je vaak al zien om welk verband het gaat. (en, maar, ook, zoals, ...)

Slide 12 - Tekstslide

UITLEG VERBANDEN
           Verbanden helpen je om de tekst beter te begrijpen
voorbeeld. Iets in de tekst wordt uitgelegd met voorbeelden.
Signaalwoorden die daarbij horen: bijvoorbeeld, zoals, zo.

opsomming. Bij een opsomming worden meerdere dingen genoemd.
Signaalwoorden die daarbij horen: en, ook, verder, allereerst.

Slide 13 - Tekstslide

UITLEG VERBANDEN
tegenstelling. Bij een tegenstelling zijn twee dingen heel verschillend.
Signaalwoorden die daarbij horen: maar, toch.

• oorzaak of reden. Er wordt uitgelegd waarom iets zo is of waardoor het komt.
Signaalwoorden die daarbij horen: want, omdat, daarom.

Slide 14 - Tekstslide

Lees regel 8-10:
Daar woont … voorkomen.
Welk verband staat er in deze zin?
A
een oorzaak
B
een tegenstelling
C
een voorbeeld

Slide 15 - Quizvraag

Kijk in regel 17.
Wat betekent: het tijdschrift is bij jong en oud geliefd?
A
Kinderen én volwassenen vinden het een leuk blad.
B
Kinderen lezen het blad graag, maar volwassenen niet.
C
Volwassenen begrijpen het blad beter dan kinderen.

Slide 16 - Quizvraag

In regel 22 staat het woord jubileum. Wat is geen voorbeeld van een jubileum?
A
een feest voor een museum dat 100 jaar bestaat
B
een feest voor mensen die 50 jaar getrouwd zijn
C
Een verjaardagsfeest

Slide 17 - Quizvraag

In regel 27-28 staat: Ook kun je er ontdekken hoe de schrijvers de verhalen van
Donald Duck schrijven. Waarnaar verwijst er?
A
op deze expositie (regel 24)
B
in tekstballonnetjes (regel 29)
C
(in) een app (regel 35)

Slide 18 - Quizvraag

Lees het stukje Tentoonstelling nog eens. Welk kopje past ook goed bij dit stukje?
A
Donald Duck veel gelezen
B
Donald in het museum
C
Strips tekenen

Slide 19 - Quizvraag

Welke zinnen vatten het stukje 'Veranderd' het beste samen?
A
Donald Duck bestaat al lang. En in de app kun je elke week weer nieuwe avonturen van de beroemde eend lezen.
B
Donald Duck is in de tijd veranderd en hij is moderner geworden. Van het tijdschrift is nu ook een app.
C
Vroeger was Donald Duck driftig en altijd aan het mopperen. Lezers kunnen niet wachten tot ze weer een nieuwe Donald Duck kunnen lezen.

Slide 20 - Quizvraag

Lees het stukje Veranderd nog eens. Met welke zin kan dit stukje het beste
verdergaan?
A
Dat gebeurt voor hen gelukkig 52 keer per jaar.
B
Maar de app vinden ze toch leuker om te gebruiken.
C
Want het tijdschrift verschijnt niet zo vaak.

Slide 21 - Quizvraag

Op welke vraag geeft deze tekst geen antwoord?
A
Hoe oud is de stripfiguur Donald Duck?
B
Hoeveel mensen lezen het tijdschrift Donald Duck?
C
Wanneer verscheen het tijdschrift Donald Duck voor het eerst in Nederland?

Slide 22 - Quizvraag

Doel van de les
lesdoel: Aan het einde van de les kun je benoemen waarom Donald Duck al 70 jaar een succes is.

werkcompetenties:
  • persoonlijk: Ik voel me verantwoordelijk voor wat ik doe.
  • werkhouding: Ik ben gemotiveerd en toon een goede inzet.

Slide 23 - Tekstslide