start leerjaar 1 wereldgodsdiensten

Wereldgodsdiensten
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstLevensbeschouwingMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 9 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Wereldgodsdiensten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel

Aan het einde van deze les weet je welke wereldgodsdiensten er bestaan en hoe ze zijn ontstaan.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke godsdiensten ken je al?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:45
wat weet je over het Christendom?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:45
wat weet je over de Islam?

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:45
wat weet je over het Boeddhisme?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:30
wat weet je over het Hindoeïsme?

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

In godsdienstige verhalen kun je veel verschillende dingen tegenkomen:
  • Verhalen bedoeld als letterlijk verslag van gebeurtenissen.
  • Wijze lessen voor het leven (met antwoorden op levensvragen).

  • Leefregels.
  • Het eren van de God of goden.
  • Verhalen die laten zien hoe belangrijk of bijzonder het eigen geloof is, de eigen God of de eigen profeet.
  • Uitleg van wie of wat God is.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Christendom en de Bijbel
Het heilige boek van de christenen is de Bijbel. Het is het  meest verspreide boek ooit en het eerste boek dat werd vervaardigd met de boekdrukkunst.  De bijbel is een verzameling van 66 verschillende boeken bij elkaar. Het Oude Testament begint met de schepping van de aarde en de mens door God.  In het Nieuwe Testament staat de komst van Jezus centraal.

Hoe je de verhalen in de Bijbel moet begrijpen daar zijn veel meningen over. 
De twee belangrijkste:
1. Het gaat niet om of het waar is of niet, maar om de boodschap van het verhaal.
2.Alle verhalen zijn letterlijk zo gebeurd.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat mag je volgens het nieuwe testament niet eten
A
Plantaardig voedsel
B
Varkens en Hazen
C
Vlees waar nog bloed in zit
D
Zeedieren

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Jezus was ontevreden over hoe de joodse leiders omgingen met het geloof en met niet-joden. Hij vond vooral naastenliefde belangrijk. Dat je de mensen om je heen accepteert en goed behandelt, ongeacht wie ze zijn.
Het belangrijkste geloof in het land was het jodendom. In de tijd van Jezus werd Israël geregeerd door de Romeinen, die hun eigen geloof hadden. 
Het christendom begon in het Midden-Oosten in het land Israël met het leven van de joodse Jezus van Nazareth. Later werd hij ook wel Jezus Christus genoemd, daarom noemen we zijn volgelingen ‘christenen’. 
In de eerste eeuw na Jezus’ dood schreven een aantal van zijn volgelingen verhalen over zijn leven. Hiermee wilden ze anderen overtuigen om het voorbeeld van Jezus te volgen en wilden ze hun nieuwe geloof (het christendom) verspreiden.
Christenen geloven dat er maar één god is (monotheïsme).
Jezus werd veroordeeld door de Romeinse overheid en gekruisigd. Volgens de verhalen is hij daarna weer uit de dood opgestaan. Latere volgelingen van Jezus waren vooral onder de indruk van zijn dood en opstanding. Paulus legde dit uit als dat Jezus was gestorven voor de zonden van alle mensen. 
De eerste christenen waren vaak kleine groepjes in verschillende landen rond de Middellandse Zee. Zij vonden het soms moeilijk om trouw te blijven aan hun geloof. In de Bijbel vind je veel brieven en verhalen voor deze eerste christenen, om ze te steunen in hun geloof.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Christendom
  • Geloven in de leer van Jezus Christus en hem aanbidden als Zoon van God
  • Het geloof is 2021 jaar oud
  • Katholiek, protestant, orthodox
  • Heilige boek is de Bijbel
  • Gebedshuis is de kerk
  • God is een Drie-eenheid: God de vader, God de zoon, Heilige Geest
  • Jezus stond op uit dood, verlossing van zonden
  • Feesten: Pasen, Kerstmis (lichtfeest)
  • Belangrijke man in het Katholieke geloof, Paus 
  • zondag heilige dag - eredienst
  •  Mogen vanaf het nieuwe testament alles eten (behalve vlees met bloed)
  • aartsvader: Abraham

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

jodendom & christendom
Het joden- en christendom zijn net als de islam monotheïstische godsdiensten. Dit houdt in dat deze godsdiensten in één god geloven. Het grootste verschil tussen het jodendom en het christendom is dat het jodendom God ziet als één, ook wel 'de eeuwige'. Het Christendom deelt God daarentegen op in drie: Vader, Zoon en Heilige Geest.

Slide 18 - Tekstslide

Zojuist zijn er verschillende religies genoemd. Het museumprogramma focust zich op deze drie religies. Er zijn daarentegen nog twee grote geloven in de wereld: het jodendom en christendom. Deze worden niet in het museumprogramma genoemd. De museumcollectie biedt hier namelijk meer toegang toe.

Het joden- en christendom zijn net als de islam monotheïstische godsdiensten. Dit houdt in dat deze godsdiensten in één god geloven. Het grootste verschil tussen het jodendom en het christendom is dat het jodendom God ziet als één, ook wel 'de eeuwige'. Het Christendom deelt God daarentegen op in drie: Vader, Zoon en Heilige Geest.

De islam - اسلام
  • islam betekent: 'onderwerping' aan Allah
  • Allah is het Arabisch woord voor God
  • Het belangrijkste boek is de Koran of Qoer'ān (القرآن)
  • Volgens moslims zijn de woorden in de Arabische taal door Allah via de engel Djibriel aan Mohammed geopenbaard. Zo vertelde de engel dat de mensen in Mekka niet meer in verschillende goden moesten geloven maar alleen in Allah.
  • Daarnaast moet een moslim zich (zoveel mogelijk) houden aan de vijf zuilen, dit zijn godsdienstige verplichtingen.
  • Het vrijdaggebed in een moskee is voor mannen verplicht

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Koran en de 5 zuilen
Het heilige boek van de islam is de Koran, volgens moslims staan hierin de woorden van God zelf.
De engel Gabriël heeft boodschappen van God doorgegeven aan Mohammed. Mohammed heeft al deze boodschappen onthouden. De volgelingen van Mohammed hebben de boodschappen opgeschreven.
De Hadith vertelt over het leven van Mohammed, de speciale boodschapper van God. Deze gebruiken veel moslims als voorbeeld voor hoe ze moeten leven. 

De Vijf zuilen
1. Opzeggen van wat je gelooft : Er is geen god dan Allah en Mohammed is zijn profeet.
2. Vijf keer per dag bidden richting Mekka.
3. Vasten tijdens de Ramadan.
4. Geld geven aan de armen.
5. Als je kunt, 1 keer in je leven op bedevaart naar Mekka.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ramadan en het Offerfeest

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De islam begin in de stad Mekka in het land wat we nu kennen als Saoedi-Arabië, in het gebied dat we het Midden-Oosten noemen. Het begon in de 6e/7e eeuw na Christus met de profeet Mohammed.
In die tijd waren er al veel godsdiensten in het Midden-Oosten. Het jodendom en het christendom bestonden al lange tijd en veel van de mensen in Arabië vereerden allemaal verschillende goden.
Mekka werd in die tijd bestuurd door een aantal machtige families die verschillende goden vereerden (=polytheïsme). Vaak vereerden ze deze goden in de vorm van beelden. Dit grote zwarte gebouw (de Ka'aba) stond vroeger vol met godenbeelden.
Toen Mohammed steeds meer volgelingen kreeg, werden deze eerste moslims veel lastiggevallen door de inwoners en machtige families van Mekka. Die waren niet blij met Mohammed, die zei dat je maar in één onzichtbare God moest geloven (=monotheïsme).
Volgens Mohammed was Mekka een gevaarlijke plek van dieven en bedriegers. Er was veel geweld en oneerlijkheid om hem heen.
Veel verhalen maken duidelijk dat Mohammed speciaal door God werd uitgekozen om mensen te vertellen over het geloof.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Islam
  • Geloven in Allah, de profeet heet Mohammed
  • Jaartelling begint in 622, het haar dat Mohammed naar Mekka vlucht
  • Gebedshuis noem je een moskee 
  • God = Allah
  • Heilig boek is de Koran (Arabisch)
  •  houden aan de 5 zuilen, dit zijn godsdienstige verplichtingen.
  • Feesten: Offerfeest, Slachtfeest
  • Moslims mogen geen bloed, geen alcohol, geen varkensvlees.
  • Het vrijdaggebed in een moskee is voor mannen verplicht
  • Belangrijke man was natuurlijk Mohammed. 
  • Aartsvader: Abraham

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Later, toen Groot-Britannië India veroverde werd ‘hindoe’ de naam voor iedereen in India die niet christen, jood of moslim was. ‘Hindoeïsme’ werd dus een verzameling van allemaal tradities en geloven in India, met veel verschillende ideeën over de goden (of God).
In het hindoeïsme worden veel verschillende goden vereerd (polytheïsme)
In de tijd dat het boeddhisme begon was er veel strijd tussen de krijgers en priesters over wie nu het beste/hoogste was. De Boeddha zei: ‘je geboorte bepaalt niet hoe hoog je bent, maar wat je doet in je leven’.
India kende in de tijd van de Boeddha (en ook nu nog) veel rondreizende wijze mannen of ‘heilige mannen’ die mensen leerden over het geloof, vertelden over de goden en hoe je moet leven.
Het boeddhisme begon in een gebied dat nu op de grens ligt van Nepal en India, in ± 500 voor Christus.
Het hindoeïsme begon lang geleden (± 3500-1500 v.Chr.) rond de rivier de Indus in India. ‘Hindoe’ betekende eerst ook gewoon ‘iemand die rond de Indus woont’.
In het vroege hindoeïsme was het heel belangrijk om de juiste rituelen voor de goden uit te voeren. Je moest alles precies goed doen en zeggen voor de goden. Het hindoeïsme is dan ook een geloof waarin het belangrijk is wat je doet.
Het vroegste geloof in India begon met natuurgoden (god van het vuur, god van de wilde dieren, zonnegod, god van de lucht enz.).

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hindoeïsme 
Hindoes kennen twee soorten belangrijke teksten.
  1. De heiligste boeken met de woorden van de goden.
  2. Uitleg over hoe je de heilige boeken moet begrijpen en hoe te leven.
De boeddhistische teksten bestaan uit leefregels, de woorden van de Boeddha en uitleg over de wereld & over het geloof.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hindoeïsme
  • Veel vrijheid in hoe je gelooft. 
  • Geloven in reincarnatie
  • Gebedshuis noem je een tempel of mandir
  • polytheïsme
  • Brahman is de geest die allerlei vormen kent: Brahma, Vishnu, Shiva
  • Het geloof is duizenden jaren oud
  • Heilig boeken zijn de 4 Veda's
  • Feesten: Divali (lichtfeest)
  • Heilige koe
  • Hindoestanen zijn vegetariër
  • Belangrijke man was Gandhi omdat hij tegen discriminatie was.


Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Boeddhisme
Het boeddhisme heeft Siddharta Gautama (Boeddha)
Het was een prins, die op zoek was naar het antwoord op verdriet. 

Boeddhisten geloven in reïncarnatie, dat betekent  je na je dood opnieuw wordt geboren als een mens of dier. Hoe je volgende leven eruit ziet, hangt af van je daden in je leven. 

Goede dingen geven je in je volgende leven veel geluk. Slechte dingen geven je in je volgende leven veel ongeluk. Boeddhisten noemen dit Karma. Als je verlichting bereikt, word je na je dood niet meer opnieuw geboren maar kom je in het nirvana, een toestand zonder lijden en dood. (Een soort hemel, dus). 



Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

  God = Boeddha?
Siddharta Gautama (Boeddha) wilde weten waarom er verdriet in de wereld bestond. Hij was een prins, nam ontslag en werd een monnik.  Onder een vijgenboom mediteerde hij 49 dagen. 
Toen wist hij het antwoord op verdriet en het lijden van de mens.  Vanaf dat moment noemde hij zichzelf Boeddha (Ontwaakte). Het boeddhisme is dus eigenlijk geen godsdienstwant Boeddha is gèèn God. Boeddha was gewoon een mens zoals wij. Boeddha leerde ons om geen waarde te hechten aan spullen en emoties, zodat je niet treurig hoeft te zijn als het voorbij is.

Eetgewoontes boeddhisme
De meeste boeddhisten zijn vegetarisch omdat ze tegen het doden van dieren zijn. 
Ze geloven immers in reincarnatie!  Een levend wezen mag je geen kwaad doen. 
Sommige boeddhisten geloven dat Boeddha, toen hij nog leefde, ook de vorm aan kon nemen van dieren.  Het eten van vlees wordt als oneervol beschouwd. 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel van een boeddhist?
Het leven is niet altijd makkelijk en zit vol lijden. Maar volgens boeddhisten kun je toch vredig en gelukkig leven als je bijvoorbeeld stopt met dingen te willen. Zij gaan ervan uit dat wensen en verlangens de belangrijkste redenen zijn voor lijden. Als je niets meer wilt, dan bereik je een gevoel dat ze ‘verlichting’ noemen. Als je verlichting bereikt, word je na je dood niet meer opnieuw geboren maar kom je in het nirvana, een toestand zonder lijden en dood

Wat is meditatie?
In het boeddhisme draait het om zelfinzicht. Een manier om je daarin te trainen, is meditatie. Zo oefen je je geest bijvoorbeeld in kalm en vredig zijn. Boeddhisten geloven dat je gelukkig bent als je jezelf dwingt om niet jaloers of hebberig te zijn en als je probeert iedereen aardig te vinden. Dat geluksgevoel heet nirvana. Het nirvana bereiken lukt niet altijd, maar volgens boeddhisten moet je het wel proberen. Dat doen ze door te mediteren. Je zit met gesloten ogen in kleermakerszit op de vloer, concentreert je op je ademhaling en proberen aan niets te denken. Sommige mensen concentreren zich op een voorwerp, een bloem of kaars. Anderen zingen als hulp bij meditatie. 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Boeddhisme
  • Geloven in de leer van Siddharta Gautama (Boeddha) om tevreden te zijn.
  • Gebedshuis noem je een tempel/stoepa

  • Boeddhisme is ouder dan het Christendom 

  • Heilig boek is er niet echt (Pali Canon)
  • Ze geloven in reincarnatie (wedergeboorte)
  • Als je verlichting bereikt, word je na je dood niet meer opnieuw geboren maar kom je in het nirvana, een toestand zonder lijden en dood.
  • Karma 
  • Mediteren
  • Feesten: Loi Kratong (lichtjesfeest), Wesak
  • Boeddhisten zijn vegetarier. 
  • Belangrijke man was natuurlijk (Siddharta Gautama) Boeddha, maar nu is de Dalai Lama erg bekend


Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hindoeïsme
Islam
Christendom
Jodendom
Boeddhisme
Belangrijk onderwerp: kruisiging en opstaan uit de dood.
1e eeuw n.Chr.
± 500 v.Chr.
± 1500 v.Chr.
± 3500-1500 v.Chr.
622 n.Chr.
Belangrijke onderwerpen: angst en hoop op een betere toekomst.
Belangrijk onderwerp: naastenliefde.
Veel verschillende tradities en geloven.
Situatie: verschillende rondreizende heilige mannen die allemaal vertellen hoe je moet leven.
Situatie: strijd om wie het beste is.
Mohammed als speciale boodschapper van God.
Belangrijk onderwerp: speciale belofte van God.
Mensen overtuigen van het nieuwe geloof.
Strijd tussen geloven in godenbeelden en geloven in één God.
Belangrijker wat je doet, dan wat je gelooft.

Slide 35 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen uit deze les

  • monotheïsme
  • polytheïsme
  • naastenliefde

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Personen uit deze les

  • Jezus van Nazareth
  • Mohammed
  • Prins Siddhartha (Boeddha)

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jaartallen uit deze les

  • ± 3500-1500 v. Chr.: begin hindoeïsme
  • ± 1500 v.Chr.: begin jodendom
  • ± 500 v.Chr.: begin boeddhisme
  • 1e eeuw n.Chr.: begin christendom
  • 622 n.Chr.: begin islam

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 40 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies