Macht en gezag

Macht en gezag
Paragraaf 2.2
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Macht en gezag
Paragraaf 2.2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Je kan uitleggen wat het macht inhoudt, de twee elementen van macht onderscheiden en herkennen in een bron.  

Je kunt de vier machtsbronnen beschrijven en herkennen in een bron

Je begrijpt dat dwang een oplossing is voor het dilemma van de collectieve actie, kunt dit toelichten en kan deze oplossing herkennen in een bron

Je kent het verschil tussen informele en formele macht en kunt deze herkennen in een bron


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groepsopdracht
Jullie gaan met de hele groep een presentatie geven van max. 7 minuten over de Tweede Kamerverkiezingen van 2025. Bepaal in ieder geval:
  • Welke mensen maken de PowerPoint?
  • Welke mensen presenteren?
  • Welke mensen zoeken de informatie op?

Is de presentatie goed genoeg? Dan krijgen jullie de volgende les wat lekkers!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe hebben jullie de taken verdeeld?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe groot was jouw bijdrage aan het maken van de opdracht?
-110

Slide 5 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Dilemma van collectieve actie
Collectieve identiteit = het beeld van een groep
Collectieve actie = als groep of samenleving samenwerken om collectieve goederen of diensten te produceren.

De grote vraag is nu... wel of niet meedoen? Dilemmaaaaa

De actoren die wel profiteren van het collectieve goed maar er niet aan bijdragen noemen we free riders

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe herken je in deze video het dilemma van collectieve actie?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Nederland de free rider
"De NAVO heeft tot doel de vrijheid en veiligheid 
van haar lidstaten te garanderen met 
politieke en militaire middelen."

Is het voor Nederland van belang om te voldoen 
aan deze tweeprocentsnorm die de VS en Trump
zo belangrijk vinden?

Waarom?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nederland de free rider
Onderzoek op basis van deze twee artikelen of hier sprake is van het dilemma van collectieve actie en zo ja, hoe dit probleem wordt opgelost?

https://nos.nl/artikel/2542616-rechter-elke-dag-50-000-euro-boete-bij-te-veel-asielzoekers-in-ter-apel

https://nos.nl/artikel/2535118-minister-laat-coa-deel-asielzoekers-ter-apel-verspreiden

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De oplossing? macht!
Je hebt macht wanneer...
  1. je de mogelijkheid hebt om hulpbronnen in te zetten om jouw doel te bereiken.
  2. je een andere actor kan beperken in zijn mogelijkheden of die ander juist meer mogelijkheden kan geven. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben deze personen met elkaar gemeen?

Slide 12 - Tekstslide

Thijs Römer: 

Een van hen zou hij een figurantenrol hebben beloofd in ruil voor naaktfoto's. Alle slachtoffers waren tussen de 14 en 16 jaar oud toen het misbruik plaatsvond.
Macht!
4 soorten machtsbronnen
  1. Affectieve: invloed op grond van gevoel en emoties (ouders)
  2. Cognitieve: invloed op basis van kennis (virologen)
  3. Economische: invloed op basis van geld of het bezit van schaarse goederen 
  4. Politieke: invloed van de overheid of politieke machtsdragers

Bij macht is sprake van een asymmetrische relatie tussen personen. 
Daarnaast kan macht zowel formeel als informeel zijn. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Macht!
Maak opdracht 2, 3 en 5 van paragraaf 2.3

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan wie denk jij als jij denkt aan iemand met macht?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je nog van macht?

Slide 16 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Macht
Formele macht
  • Macht die iemand heeft op grond van zijn positie én welke is vastgelegd in regels.

Informele macht
  • Macht die iemand heeft op basis van uitstraling, kennis of charisma en welke niet is vastgelegd. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Macht
Formele of informele macht?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een docent heeft...
A
Formele macht
B
Informele macht

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer iemand je kan dwingen om iets te doen omdat hun macht is vastgelegd in een reglement, spreken we van...
A
Formele macht
B
Informele macht

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat klopt niet?
A
Macht kun je op formele en informele basis hebben
B
Macht gaat niet altijd gepaard met geweld
C
Vrienden hebben ook een vorm van macht
D
Macht is altijd vastgelegd in de wet

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Macht, en gezag!
Macht: het vermogen om hulpbronnen in te zetten om bepaalde doelstellingen te bereiken en de handelingsmogelijkheden van anderen te beperken of te vergroten. 

Gezag: macht die als legitiem wordt beschouwd. Macht wordt als rechtvaardig en passend  gezien voor de actor met macht. Anderen accepteren vrijwillig de macht van de actor. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De overheid heeft veel macht op basis van:
A
Affectieve machtsbronnen
B
Cognitieve machtsbronnen
C
Economische machtsbronnen
D
Politieke machtsbronnen

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In hoeverre heeft de Nederlandse overheid gezag volgens jou? Noem een voorbeeld

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Maak opdracht 5 van paragraaf 2.2!

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies