klas 3TL - bij Hfd. 1 - uitleg bezittelijke vnw.

bezittelijk voornaamwoord
het bezittelijk voornaamwoord
in het Frans (klas 3)
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

bezittelijk voornaamwoord
het bezittelijk voornaamwoord
in het Frans (klas 3)

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

mijn =
A
ton - ta - tes
B
son - sa - ses
C
mon - ma - mes
D
leur - leur - leurs

Slide 3 - Quizvraag

jouw = .......
A
ton - ta - tes
B
son - sa - ses
C
mon - ma - mes
D
notre - notre - nos

Slide 4 - Quizvraag

zijn = ................
A
son - sa - ses
B
ton - ta - tes
C
mon - ma - mes
D
votre - votre - vos

Slide 5 - Quizvraag

haar = .............
A
mon - ma - mes
B
son - sa - ses
C
ton - ta - tes
D
votre - votre - vos

Slide 6 - Quizvraag

ons / onze =
A
notre - notre - nos
B
votre - votre - vos
C
son - sa - ses
D
leur - leur - leurs

Slide 7 - Quizvraag

jullie / uw = .......
A
notre - notre -nos
B
leur - leur - leurs
C
votre - votre - vos
D
son - sa - ses

Slide 8 - Quizvraag

hun = ................
A
votre - votre - vos
B
leur - leur - leurs
C
son - sa - ses
D
notre - notre - nos

Slide 9 - Quizvraag

mon = .............
A
mijn
B
jouw
C
haar
D
zijn

Slide 10 - Quizvraag

ma = .............
A
mijn
B
jouw
C
haar
D
zijn

Slide 11 - Quizvraag

mes = .............
A
mijn
B
jouw
C
haar
D
zijn

Slide 12 - Quizvraag

ton, ta, tes = ............
A
mijn
B
jouw
C
zijn
D
haar

Slide 13 - Quizvraag

son = ...............
A
zijn - haar
B
mijn
C
onze
D
jouw

Slide 14 - Quizvraag

sa = ..........
A
zijn - haar
B
jouw
C
jullie - uw
D
mijn

Slide 15 - Quizvraag

ses = ..............
A
zijn - haar
B
hun
C
jullie - uw
D
ons - onze

Slide 16 - Quizvraag

notre, nos = .............
A
ons - onze
B
jullie - uw
C
zijn - haar
D
hun

Slide 17 - Quizvraag

votre, vos = ............
A
ons - onze
B
zijn - haar
C
mijn
D
jullie - uw

Slide 18 - Quizvraag

leur, leurs = ...............
A
hun
B
zijn - haar
C
onze
D
jullie - uw

Slide 19 - Quizvraag

ZIJN
HAAR
MIJN
JOUW
mon
ma
mes
tes
ta
ton
son
sa
ses

Slide 20 - Sleepvraag

HUN

ONS / ONZE
JULLIE / UW
notre
vos
leurs
leur
votre
nos

Slide 21 - Sleepvraag

mijn moeder
mijn vader
mijn ouders
mon père
ma père
mes père
mon mère
ma mère
mes mère
mon parents
ma parents
mes parents

Slide 22 - Sleepvraag

jouw nichtje
jouw neef
jouw broers
ton cousin
ta cousin
tes cousin
ton cousine
ta cousine
tes cousine
ton frères
ta frères
tes frères

Slide 23 - Sleepvraag

zijn zus
zijn broer
zijn zussen
son frère
sa frère
ses frère
son soeur
sa soeur
ses soeur
son soeurs
sa soeurs
ses soeurs

Slide 24 - Sleepvraag

haar zus
haar broer
haar broers
son frère
sa frère
ses frère
son soeur
sa soeur
ses soeur
son frères
sa frères
ses frères

Slide 25 - Sleepvraag

haar vriendin
zijn vriendin
haar vriend
zijn vriend
son copine
sa copine  
ses copine
son copine
sa copine
ses copine
sa copain
son copain
ses copain
ses copain
son copain
sa copain

Slide 26 - Sleepvraag

haar vriend
zijn vriend
son ami
sa ami
ses ami
son ami
sa ami
ses ami

Slide 27 - Sleepvraag

haar vriendin
zijn vriendin
son amie
sa amie
ses amie
son amie
sa amie
ses amie

Slide 28 - Sleepvraag

onze moeder
onze vader
onze  ouders
notre père
nos père
notre mère
nos mère
notre parents
nos parents

Slide 29 - Sleepvraag

jullie nichtje
jullie neef
jullie broers
  votre   cousin
    vos   cousin
    votre   cousine
      vos
 cousine
  votre   frères
     vos
   frères

Slide 30 - Sleepvraag

hun zus
hun broer
hun zussen
leu frère
leurs frère
leur soeur
leurs soeur
      leur 
    soeurs
    leurs           soeurs

Slide 31 - Sleepvraag

ZIJN
HAAR
MIJN
JOUW
ONS / ONZE
UW / JULLIE
HUN
mon
ma
mes
tes
ta
ton
son
sa
ses
nos
notre
votre
 vos
leur
leurs

Slide 32 - Sleepvraag