thema 2 B3 hoeveel is gezond

B3  hoeveel is gezond
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

B3  hoeveel is gezond

Slide 1 - Tekstslide

  • Wat leer je allemaal 



  • Je weet wat de energiebehoefte is en waarvan dit afhankelijk is. 
  • Je kunt de oorzaken en de gevolgen van overgewicht en ondergewicht noemen. Ook weet je goede manieren van afvallen.
  • Je kunt aangeven wat kenmerken zijn van mensen met een eetstoornis en voorbeelden noemen. 

Slide 2 - Tekstslide

0

Slide 3 - Video

Ontbijten geeft je energie 

         

Een auto rijdt niet zonder benzine en een mobiel werkt niet met een lege batterij. Dat vinden we heel gewoon. Maar zelf haasten we ons soms zonder ontbijt de deur uit. Terwijl je lichaam echt een ontbijtje nodig heeft om met energie aan de dag te beginnen. Zeker omdat je lijf het 's nachts zonder eten heeft moeten doen. Jouw ontbijt geeft je in de ochtend meteen de energie die je nodig hebt om te leren, te werken, te sporten en te spelen!

Slide 4 - Tekstslide

Gezond ontbijten
Ontbijten geeft je ook belangrijke voedingsstoffen. Een ontbijtje levert de vezels, vitamines en mineralen waar je lijf om vraagt. Die haal je uit volkorenbrood, muesli, groente en fruit. 
Als je de dag niet begint met een ontbijt, krijg je al snel de verleiding om naar tussendoortjes zoals snoep en snacks te grijpen. Meestal zijn dat tussendoortjes vol vet en suiker, 
maar met weinig vezels, vitamines en mineralen.

Slide 5 - Tekstslide

Hoeveel heb je per dag nodig van een voedingsmiddel?
ADH = de Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Tekstslide

30 jaar

Slide 9 - Tekstslide



Onderzoek voor jezelf op welk BMI 
je uitkomt.

Trek een lijn van jouw lengte naar jouw gewicht.









Heb je vragen, 
kom even langs....

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Gezond gewicht

Met een gezond gewicht kun je goed functioneren. Je voelt je er prettig bij en het gewicht past bij je lengte.
De hoeveelheid energie die binnenkomt, is in balans met de hoeveelheid energie die je verbruikt.

Slide 12 - Tekstslide

Gezond gewicht
Steeds meer mensen hebben overgewicht, dat wil zeggen dat ze te zwaar of te dik zijn. Andere mensen zijn juist te licht of te dun, zij hebben ondergewicht. Als dit over- of ondergewicht ernstig is kan er sprake zijn van een eetstoornis. Voorbeelden van eetstoornissen zij obesitas en anorexia. De meeste mensen houden een goed gewicht wanneer eten en bewegen in balans zijn. Dit betekent: Voedingsstoffen die je binnen krijgt moet je ook verbruiken. Eet je meer dan dat je verbruikt dan word je zwaarder. Eet je minder dan je nodig hebt dan val je af
Hoeveel je moet eten hangt af van een aantal factoren: 
Mannen hebben meer nodig dan vrouwen, grote mensen meer dan kleine. Als je heel actief bent omdat je bijv. veel sport of lichamelijk zwaar werk doet heb je ook meer voeding nodig. In de winter verbruik je meer energie dan in de zomer.
Over- of ondergewicht kan ook door medicatie of iets anders komen. 

Slide 13 - Tekstslide

Eetstoornissen
Een eetstoornis is een psychische stoornis die wordt gekenmerkt door verstoord eetgedrag.

anorexia

boulimia

Slide 14 - Tekstslide

Wat is een eetstoornis
Iemand die opvalt door afwijkend eetgedrag kan een eetstoornis hebben. 
Anorexia nervosa: Mensen vinden zichzelf dik en proberen zo weinig mogelijk te eten.
Boulimia nervosa: Mensen hebben last van vreetbuien, krijgen daarna spijt en proberen vervolgens over te geven.
Bij zowel jongens/mannen als meisjes/vrouwen komt het voor.

Slide 15 - Tekstslide

Mensen met een eetstoornis
- proberen dit te verbergen
- zullen dit zo lang mogelijk ontkennen
- zullen niet (snel) om hulp vragen
- voelen zich vaak schuldig
- stellen vaak hoge eisen aan zichzelf
Tip: Oordeel niet, luister naar iemand en vraag of deze hulp wil.

Slide 16 - Tekstslide

                     Anorexia nervosa

Anorexia nervosa is een eetstoornis waarbij iemand een vervormd beeld van het eigen lichaam heeft.


Iemand heeft een grote angst om dik te worden. Daardoor probeert zo iemand geen normaal lichaamsgewicht na te streven.


Anorexia nervosa  kan ernstige lichamelijke gevolgen hebben en zelfs tot de dood leiden.



                       Boulimia nervosa


Boulimia nervosa is een eetstoornis waarbij herhaaldelijk in korte tijd zeer veel voedsel
wordt gegeten.

Het eten wordt vervolgens weer uitgebraakt of wordt met behulp van laxeermiddelen uit het lichaam verwijderd.

Boulimia nervosa kan ernstige lichamelijke gevolgen hebben.

Slide 17 - Tekstslide

Kan iemand die overgewicht heeft ook ondervoed zijn?
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quizvraag

Wat kan een oorzaak zijn van overgewicht bij kinderen die veel bezig zijn met gamen?
A
Te veel eten
B
Te weinig beweging
C
Te weinig slaap

Slide 19 - Quizvraag

Wat kan je doen aan overgewicht?
A
Maaltijden overslaan
B
Ongezond eten
C
Meer bewegen/sporten
D
Meer bewegen en je eetpatroon aanpassen

Slide 20 - Quizvraag

Hoeveel calorieën mag een man en een vrouw per dag hebben.
A
Man: 2000 cal Vrouw: 2000 cal
B
Man: 2000 cal Vrouw: 2500 cal
C
Man: 2500 cal Vrouw: 2000 cal
D
Man: 3000 cal Vrouw: 2500 cal

Slide 21 - Quizvraag

BMI staat voor
A
Je gewicht in verhouding tot je lengte
B
Je gewicht in verhouding tot je leeftijd
C
Je leeftijd in verhouding tot je lengte
D
Je lengte in verhouding tot je massa

Slide 22 - Quizvraag

Welk voedingsmiddel zal je voor een persoon met 'obstipatie' adviseren?
Volgende slide kies je het juiste antwoord

Slide 23 - Tekstslide

Welk voedingsmiddel zal je adviseren aan een mager en zeer actief persoon?
A
Emmentaler
B
Groentespread
C
Pindakaas
D
Geitenkaas

Slide 24 - Quizvraag

Welk voedingsmiddel adviseer je aan een mager en zeer actief persoon? 
Volgende slide kies je het juiste antwoord

Slide 25 - Tekstslide

Welk voedingsmiddel zal je voor een persoon met 'obstipatie' adviseren?
A
Pindakaas met stukjes noot
B
Gruyere
C
Groentespread
D
Sesampasta

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Video

Slide 28 - Video

Slide 29 - Video

Eet koolhydraten, maar welke wel en welke minder?
Koolhydraten zijn voor een gezonde voeding belangrijk: 

Veel 'snelle' koolhydraten zitten in snoep en bijv. de suikerhoudende frisdranken.
Af en toe is geen probleem, let er op dat je daarvan niet teveel binnenkrijgt.

Misschien kun je wat meer volkoren producten eten dan je nu eet?
In volkoren producten zitten vezels en ze verbranden langzamer.
Je hebt eerder het gevoel 'dat je genoeg hebt'. Het zijn 'langzame koolhydraten'.
Daardoor heb je minder snel weer een hongergevoel.
Wist je dat er ook in groente koolhydraten zitten?


Slide 30 - Tekstslide

  • Wat heb je geleerd  



  • Je weet wat de energiebehoefte is en waarvan dit afhankelijk is. 
  • Je kunt de oorzaken en de gevolgen van overgewicht en ondergewicht noemen. Ook weet je goede manieren van afvallen.
  • Je kunt aangeven wat kenmerken zijn van mensen met een eetstoornis en voorbeelden noemen. 

Slide 31 - Tekstslide