2C 1e + 2e 10-05

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Unit 5 South Africa

Today

- How was your holiday?

- Toekomst met will

- Werken in het boek

- Woordspelletje

PAK JE AGENDA

24 mei: Unit 5 woorden, grammatica: bijwoorden/bijvoegelijk nw. & toekomst met will

2 juni: Luistertoets

will / won't / shall 

will / won't / shall 

+ Onderwerp + Will + hele werkwoord 
    I will go home

-  Onderwerp + Won't/will + not  + hele werkwoord
     I will not go home.

?  Will + Onderwerp + hele werkwoord ?

    Will you go home?

*   Shall:  alleen bij vragen (voorstel of aanbieding)  met I of we

(+) I ... call you later

1. will
2. shall
3. will not
4. shall not

(+) She ..... walk to school.

1. will
2. shall
3. will not
4. shall not

(-) They .......... buy that house.

1. will
2. will not/won't
3. shall
4. shall not

(?) ....... you be there?

1. Will
2. Shall

(?) ... we go there?

1. will
2. shall

She .. (not give) me a present.

... (you help) me with my homework?

TO DO

5.2 p. 167 ex. 4, 5, 6 (15 minuten) + nakijken

5.3 p. 170 ex. 2, 3, 6 (15 minuten)

PLAN

1. Bijvoegelijke naamwoorden & bijwoorden

2. Werken in het werkboek

3. Spelletje

Bijvoegelijk nw or bijwoord?

He looked at me ......

1. angry
2. angrily

Bijvoegelijk nw or bijwoord?

It is ...... hot today!

1. real
2. really

Bijvoegelijk nw or bijwoord?

He is an ...... person

1. kind
2. kindly

Bijvoegelijk nw or bijwoord?

She is a ...... girl.

1. clever
2. cleverly

Bijvoegelijk nw or bijwoord?

A snail moves very ___________

1. slow
2. slowly

TO DO

Unit 5 Lesson 4: ex. 5, 6, & 7 p. 179 --> Af in de klas

Unit 5 Lesson 4: 1, 2, 3 & 9 --> Huiswerk