11. Hoofdstuk 2.4 - Zure en basische oplossingen

Plan van de les
Herhaling van cosmetica
Uitleg over 2.4
Toepassen van 2.4

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Plan van de les
Herhaling van cosmetica
Uitleg over 2.4
Toepassen van 2.4

Slide 1 - Tekstslide

Vorige paragraaf ging over cosmetica. Weet je nog wat een emulgator doet?

Slide 2 - Open vraag

1. Een vaste stof met een vloeistof die niet mengen
2. Een vaste stof met een vloeistof die wel mengen
3. Een vloeistof met een vloeistof die niet mengen
4. Een vloeistof die wel oplost in water
5. Een vloeistof die niet oplost in water
6. Een hulpstof die er  voor zorgt dat een emulsie mengt.
Emulsie
Oplossing
Emulgator
Suspensie
Hydrofoob
Hydrofiel

Slide 3 - Sleepvraag

Slide 4 - Tekstslide

Zuur

Slide 5 - Woordweb

Zuur, basisch en neutraal
  • Een zure oplossing smaakt zuur (let op!)

  • Voorbeelden: azijn, maagsap, vruchtensap, koolzuurhoudend prikwater

  • Zuur lost kalk op. 





Slide 6 - Tekstslide

Zuur, basisch en neutraal
  • Basische oplossingen smaken zeepachtig

  • Voorbeelden zijn: ammoniak, soda, zeep, shampoo, gootsteenontstopper

  • Basisch lost vet op. 

  • Neutraal: niet zuur en niet basich! 



Slide 7 - Tekstslide

Schoonmaakmiddelen
  • Schoonmaakmiddelen kunnen agressief zijn. Dat komt omdat ze bv heel zuur of heel basisch (tegenovergestelde van zuur) zijn. Dat kan brandwonden veroorzaken. 
  • Schoonmaakmiddelen moet je nooit mengen!! Er kunnen giftige gassen ontstaan


Slide 8 - Tekstslide

Concentratie en pH
  • Hoe zuur of basisch iets is, hangt af van de concentratie.

  • De pH schaal geeft aan hoe zuur of basisch iets is. 

  • Zure oplossingen hebben een pH < 7
  • Neutrale oplossingen hebben een pH van 7
  • Basische oplossingen hebben een pH > 7 (max 14)



Slide 9 - Tekstslide

Toepassen
1. Lees paragraaf 2.4

2. Maak de volgende vragen: 1, 2, 3, 5, 7

3. Lees nogmaals het stuk in de paragraaf over Indicatoren
timer
10:00

Slide 10 - Tekstslide

Indicatoren
Aangeven of iets zuur of basisch is:
Indicatoren
Aangeven of iets zuur of basisch is:
- Lakmoespapier
- Rodekoolsap
- Fenolftaleïne
Aangeven hoe zuur iets precies is:
- Indicatorpapier

Slide 11 - Tekstslide

Indicatoren
  • Universeel indicatorpapier geeft de pH van een oplossing

  • Het doosje geeft de kleur van elke pH aan.

Slide 12 - Tekstslide

Wat zal er gebeuren als je een zure stof en een basische stof bij elkaar gooit?

Slide 13 - Open vraag

Huiswerk
Opgaven 1 t/m 9 uit §2.4 
Ben je klaar: dan maak je de Test Jezelf van 2.4
Je werkt rustig, je mag fluisteren. Je mag oortjes in.


Slide 14 - Tekstslide