HH imparfait + uitleg futur proche (5 juin)

BONJOUR ET BIENVENUE

Bonjour

bienvenue!!

1 / 44

Slide 1: Tekstslide

FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Lesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

BONJOUR ET BIENVENUE

Bonjour

bienvenue!!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menu du jour

HH Imparfait
Uitleg futur proche
Travailler
Verder met 'Intouchables'

Slide 2 - Tekstslide

tijd over: BINGO op pagina 15 grammaticaboekje

IMPARFAIT

(onvoltooid verleden tijd)

1. nous-vorm van het werkwoord

2. "ons" eraf

3. juiste uitgang erachter (^jeais/^tuais/^il/elle/onait/^nousions/^vousiez/^ils/ellesaient)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Combineer de personen met de juiste uitgangen van de imparfait

-ais

- ait

- ions

- iez

-aient

il/elle/on

Nous

Vous

Ils / elles

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aller
Imparfait

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Nous (imparfait) ___

avons

avions

aivons

avoins

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

vous (avoir, imparfait)

avions

avez

aviez

avons

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Imparfait
Welke vorm is GEEN imparfait?

C'était

Nous chantons

Il y avait

Je voulais

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van deze les...

... weet je wanneer je de futur proche gebruikt.
... weet je hoe je een futur proche maakt.
... kun je een futur proche invullen in een zin.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

futur proche

Wanneer gebruik je futur proche?

-> futur = future (in het Engels)

-> proche= dichtbij, nabij.

Je gebruikt 'Futur proche' wanneer je iets in de toekomstige tijd weer wilt geven, een toekomst die dichtbij, nabij is, iets dat gaat gebeuren.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

futur proche

Hoe maak je futur proche?

-> vorm van aller + hele werkwoord

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

futur proche

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

futur proche

We gaan oefenen.

1- herkennen in een tekstje.

2- toepassen, oefenen, gebruiken

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cherche le futur proche

Kijk naar het plaatje en zoek de futur proche - Er zijn er 2!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Typ nu de 2 persoonsvormen in futur proche uit de tekst in.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul in:
Je ... (manger/futur proche)

vais

vais manger

vas manger

va mangez

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul in:
Je ... (aller/futur proche)

vais

vais aller

vas aller

va allez

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

futur proche - je - parler

je vais parler

j'ai parlé

je parle

je parlerai

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

choisir, futur proche:
vous ...

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

parler, futur proche:
il ...

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

ils - avoir (futur proche)

ils font avoir

ils avoirent

ils vont avoir

ils sommes avoir

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(avoir, futur proche) nous

irons

allons avoir

avons aller

aurons

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Boire
nous .....
futur proche

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik snap de futur proche.

😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Maken :

Schema's futur proche in werkboekje = huiswerk voor 12 juni

Slide 25 - Tekstslide

tijd over: BINGO op pagina 15 grammaticaboekje

Futur PROCHE
Vous ............. (être)

allez être

serez

allez serez

êtes

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak nu zelf een zin met de futur proche

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Futur proche

Aller

vais

vas

Il / Elle / On

Nous

allons

Vous

allez

Ils

vont

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

futur proche
arriver: tu

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

attendre, futur proche:
nous ...

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

avoir,
je, futur proche

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

(prendre, futur proche)nous........

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

je - regarder (futur proche)

je vais regarder

je vas regarder

je regardera

je regarderai

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De futur proche betekent de nabije toekomst in het Nederlands.
Hoe vorm je de 'futur proche'?

een vorm van gaan (aller) + hele werkwoord

Hele werkwoord + uitgangen (ai,as,a,ons,ez,ont)

hulpwerkwoord AVOIR met een voltooid deelwoord

Hulpwerkwoord ÊTRE met een voltooid deelwoord

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de futur proche?

Tegenwoordige tijd

Nabije toekomst

Verleden tijd

Voltooid tegenwoordige tijd

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe maak je de futur proche?

avoir + hele werkwoord

aller + hele werkwoord

être + hele werkwoord

vouloir + hele werkwoord

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

futur proche
arriver: tu

Slide 37 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een futur proche?

Je donnerai

Je donnerais

Je vais donner

J’ai donné

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Boire
je .....
futur proche

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Futur proche in NL =

gaan + heel werkwoord

hebben + heel werkwoord

zijn + heel werkwoord

gaan

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

(avoir, futur proche) nous

irons

allons avoir

avons aller

aurons

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Le futur proche

Wat was ook alweer de futur proche?

Hoe vervoeg je de futur proche?

timer

1:00

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Futur proche

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

futur proche - je - parler

je vais parler

j'ai parlé

je parle

je parlerai

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

HH imparfait + uitleg futur proche (5 juin)

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Sleepvraag

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Poll

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Open vraag

Slide 30 - Open vraag

Slide 31 - Open vraag

Slide 32 - Open vraag

Slide 33 - Quizvraag

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Quizvraag

Slide 36 - Quizvraag

Slide 37 - Open vraag

Slide 38 - Quizvraag

Slide 39 - Open vraag

Slide 40 - Quizvraag

Slide 41 - Quizvraag

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Quizvraag

Meer lessen zoals deze

Le futur proche

V5 - verbes réguliers en ER (5 temps) + bijzondere spellingswijze

Le futur proche

H4 - verbes réguliers en ER (5 temps)

H3G: l'imparfait

Le futur proche

Herhalen avoir, être, faire, aller in alle tijden

Onreg ww: 6 tijden avoir, être, faire, aller, pouvoir, vouloir