7.4 Zuur-base reacties

7.4 Zuur-base reacties
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

7.4 Zuur-base reacties

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
  • Uitleg H7.4 (deel 1)
  • Zelfstandig werken H7.4: 36 t/m 44

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt de vergelijking van een zuur-basereactie opstellen (deel 1) 
  • Je kunt berekeningen uitvoeren bij zuur-basereacties
    (deel 2)

Slide 3 - Tekstslide

Zuur-base reactie
  • een zuur-base reactie is een reactie waarbij het zuur 1 of meer H+ ionen overdraagt aan de base
  • voorbeeld: kalkaanslag verwijderen

Slide 4 - Tekstslide

Zuur-base reactie: het verwijderen van kalkaanslag met azijn
Kalkaanslag = calciumcarbonaat (CaCO3)
Deeltjes aanwezig:
  • CH3COOH kan H+ afstaan           zuur
  • CO3 uit CaCO3 kan 2H+ opnemen            base
(H2CO3 reageert verder tot CO2 + H2O)

Slide 5 - Tekstslide

Zuur-base reactie: het verwijderen van kalkaanslag met azijn
Kalkaanslag = calciumcarbonaat (CaCO3)
2 CH3COOH + CaCO3 → 2 CH3COO- + 2 CO2 +  H2O + Ca2+

Slide 6 - Tekstslide

Zuur-base reactie: het verwijderen van roest met fosforzuur
Roest = Fe2O3
Deeltjes aanwezig:
  • H3PO4 kan 3H+ afstaan           zuur
  • O2- uit Fe2O3 kan 6H+ opnemen            base

Slide 7 - Tekstslide

Zuur-base reactie: het verwijderen van roest met fosforzuur
Roest = Fe2O3
2H3PO4 (aq) + Fe2O3 (s)→
2PO43- (aq)+ 2Fe3+(aq)+ 3H2O(l)

Slide 8 - Tekstslide

6 CH3COOH + Al2O3 → 6 CH3COO- + 2 Al3+ + 3 H2O
  • wat reageert als zuur, en wat reageert als base?


Slide 9 - Tekstslide

6 CH3COOH + Al2O3 → 6 CH3COO- + 2 Al3+ + 3 H2O
  • CH3COOH geeft een H+ af en wordt CH3COO-
                          CH3COOH reageert dus als zuur
  • O2- neemt 2 H+ op en wordt H2O
                          O2- reageert als base
  • het is dus een zuur-base reactie
  • NB: Al2O3 is een zout dat bestaat uit Al3+ en O2- ionen


Slide 10 - Tekstslide

Tabel 45A en zuur-base reactie
  • in tabel 45A staat bij 4 zouten met O2- een r omdat deze zouten reageren met water via een zuur-base reactie
  • bijvoorbeeld CaO
  • CaO + H2O → Ca2+ + 2 OH-


Slide 11 - Tekstslide

Zelf een zuur-base reactie opstellen
Stappenplan : 

1. Geef de formules van de deeltjes
2. Noteer het zuur en de base 
3. Hoeveel H+ionen kan het zuur per deeltje afstaan?    
    Hoeveel H+ionen kan de base per deeltje opnemen? 
4. Stel de reactievergelijking op.
5. Controleer de ladingen (voor en na de pijl gelijk)

Slide 12 - Tekstslide

Zelf een zuur-base reactie opstellen
1. Geef de formules van de deeltjes
2. Noteer het zuur en de base 
3. Hoeveel H+ionen kan het zuur per deeltje afstaan?    
    Hoeveel H+ionen kan de base per deeltje opnemen? 
4. Stel de reactievergelijking op.
5. Controleer de ladingen (voor en na de pijl gelijk)
Voorbeeld: Geef de reactievergelijking van de reactie wanneer een oplossing van ethaanzuur gevoegd wordt bij natronloog.

Slide 13 - Tekstslide

Vb 2: De reactie tussen een fosforzuur-oplossing en een overmaat natronloog.
  • fosforzuur (H3PO4) kan 3 H+ afstaan
  • welk reactieproduct ontstaat hangt af van de molverhouding
  • bij een overmaat wordt het maximale aantal H+ overgedragen

Slide 14 - Tekstslide

Vb 2: De reactie tussen een fosforzuur-oplossing en een overmaat natronloog.
Stap 1: H3PO4(aq), Na+(aq), OH-(aq)
Stap 2: zuur = H+ in H3PO4 
              base = OH-
Stap 3: H3PO4 kan 3x H+ afstaan
              OH- kan 1x H+ opnemen 
Stap 4: H3PO4(aq) + 3OH-(aq)→ PO43-(aq) + 3H2O(l)

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag!
  • maken vragen 1 t/m 4  

Slide 16 - Tekstslide

uitleg 7.4 deel 2
rekenen met zuur-base reacties

Slide 17 - Tekstslide

Deze les
  • herhalen vorige les 
  • uitleg deel 2: rekenen met zuur base reacties
  • zelfstandig werken H7.4: 36 t/m 44

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag!
  • maken vragen 5  en 6

Slide 19 - Tekstslide

Bereken hoeveel schoonmaakazijn je nodig hebt om 2,5 g kalkaanslag te verwijderen
  • Schoonmaakazijn heeft een molariteit van 1,3 M.
  • De reactievergelijking tussen kalk (CaCO3) en azijnzuur (CH3COOH) is:
  CaCO3 + 2 CH3COOH → Ca2+ + H2O + CO2 + 2 CH3COO-
Bereken hoeveel mL 1,3 M schoonmaakazijn je nodig hebt om 2,5 gram kalk te verwijderen

Slide 20 - Tekstslide

Bereken hoeveel schoonmaakazijn je nodig hebt om 2,5 g kalkaanslag te verwijderen
  • CaCO3 + 2 CH3COOH → Ca2+ + H2O + CO2 + 2 CH3COO-
  • 2,5 g CaCO3 geeft 2,5 (g) / 100,09 (g/mol) = 2,50.10-2 mol
  • 2,50.10-2 mol CaCO3 reageert met 2x 2,50.10-2 = 5,00.10-2 mol azijnzuur

  • 5,00.10-2 (mol) / 1,3 (mol/L) = 3,84.10-2 L = 38 mL schoonmaakazijn


Slide 21 - Tekstslide

Titratie-opstelling

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide