1.2 Gedicht

  • Mobiel in telefoontas
  • Ipad, boek en etui op tafel
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

  • Mobiel in telefoontas
  • Ipad, boek en etui op tafel

Slide 1 - Tekstslide

Luister naar een stukje van het korte verhaal Domino Day
en beantwoord de vraag.

Slide 2 - Tekstslide

Luistervraag
Wat staat er allemaal in de hal?

Slide 3 - Tekstslide

Luistervragen - de antwoorden

Een tafeltje, staande kapstok, paraplubak met een hockystick

Slide 4 - Tekstslide

Vandaag
  • Bespreken huiswerk
  • Afronden fictie
  • Inloggen bij LessonUp
  • Instructie gedicht
  • Aan de slag

Slide 5 - Tekstslide

Fictie 1.1
  • Bespreken vragen 7 & 8
  • Samenvatting fictie leerteksten

Slide 6 - Tekstslide

Fictie is...
A
Een verzonnen tekst.
B
Een tekst over iets wat echt gebeurd is.

Slide 7 - Quizvraag

Wat is geen voorbeeld van fictie?
A
Een leesboek.
B
Een stripverhaal
C
Een artikel in een tijdschrift
D
Een songtekst

Slide 8 - Quizvraag

Een artikel in een krant is?
A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 9 - Quizvraag

Een personage is?
A
Een tekenaar van een verhaal.
B
Een dier in een fabel.
C
Een schrijver van een verhaal.
D
Een persoon in een verhaal.

Slide 10 - Quizvraag

Noem twee manieren waarop een verhaal spannend kan worden gemaakt.

Slide 11 - Open vraag

Waarom geef je een beoordeling van een verhaal?

Slide 12 - Open vraag

Geef voorbeelden van beoordelingswoorden

Slide 13 - Woordweb

Geef voorbeelden van fictie

Slide 14 - Woordweb

Gedichten 1.2
  • Korte instructie
  • Lezen gedicht tekst 1
  • Maken vragen 3 t/m 6
  • Opdracht voor morgen

Slide 15 - Tekstslide

Gedicht 1.2 
Leerdoelen
In deze paragraaf leer je:
• waar je een gedicht aan herkent;
• ga je zelf een gedicht maken;

Slide 16 - Tekstslide

1.2 Leertekst: Hoe herken je een gedicht?
Een gedicht kun je herkennen zonder dat je het gelezen hebt:
  • De regels zijn kort
  • Er staat veel wit om de regels.|
     
  • Een gedicht vertelt veel met weinig woorden, 
           maar je hebt veel tijd nodig om het te begrijpen. 

Slide 17 - Tekstslide

1.2 Leertekst: Hoe herken je een gedicht?
Kenmerken die je vaak tegenkomt
  • woorden worden herhaald
  • bij het laatste woord van versregel moet je niet pauzeren maar doorlezen
  • het gedicht is opgebouwd in groepjes regels, strofes.
  • woorden aan het eind van de regel rijmen.
  • in een gedicht wordt iets op een speciale manier gezegd: een dicht gebruikt beelden.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

1.2 Gedicht Kippenpest
  • Luister naar het gedicht, en maak de opdrachten 3 t/m4
  • Bedenk een dier, persoon, plant, bloem of ding waar je een gedicht over gaat schrijven. 

Slide 23 - Tekstslide