Goederen H3 3.6

3.6 inkoopwaarde van de omzet
Planning:
Tijd voor vragen Lifo/Fifo/VVP
Theorie uitleg 3.6 iwo en brutowinst
Opdrachten maken
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
goederenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3.6 inkoopwaarde van de omzet
Planning:
Tijd voor vragen Lifo/Fifo/VVP
Theorie uitleg 3.6 iwo en brutowinst
Opdrachten maken

Slide 1 - Tekstslide

Inkoopwaarde van
de omzet

Slide 2 - Woordweb

De omzet van een winkel is het totale aantal aan artikelen en diensten dat aan klanten verkocht is, vermenigvuldigd met hun verkoopprijs. Tegenover de verkoopwaarde (de verkoopprijs) van een artikel of een dienst staat de inkoopwaarde van de omzet.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeeld vanuit de verkochte voorraad
Maand september: Beginvoorraad: €3000 & Eindvoorraad: €850
Ingekocht 1e week september €2500
Ingekocht 2e week september €2250
Ingekocht 3e week september €2350
Ingekocht 4e week september €2650
Creditnota 4e week september €650 
Wat is de inkoopwaarde van de voorraad?
Totale waarde ingekocht in september: € 2500+2250+2350+2650-650 = 9100 
Iwo berekenen: beginwaarde + inkopen - eindvoorraad = iwo
Inkoopwaarde van de voorraad: 3000 + 9100  - 850 = €11.250



Slide 5 - Tekstslide

Bereken de iwo.

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de iwo?
1e week april€ 1.040,00 credit € 108,00
2e week april € 298,00
3e week april € 560,00
4e week april € 1.300,00 credit € 23,00
totaal april € 3.198,00 totale credit€ 131,00
Beginvoorraad april € 1.230,00
Eindvoorraad april € 850,00

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeld vanuit de omzet
De omzet van bedrijf Y is €2500 per week exclusief hoge btw. De brutowinst is €900, hoeveel is de inkoopwaarde van de omzet?

Omzet                                                  
       IWO                                                             -
Brutowinst                               €900

Hoe komen we bij de IWO?           

Slide 10 - Tekstslide

Omzet - brutowinst = iwo
€2.500-900 = €1.600

Slide 11 - Tekstslide

De omzet is €3950. De brutowinst is €2100, wat is de iwo?
A
1950
B
2100
C
1850
D
2050

Slide 12 - Quizvraag

Opdrachten maken
52 t/m 65 uit je boek

Slide 13 - Tekstslide