3.1 Waarneming: je eten bederft 4H 2122

Onderzoek doen (H3)


  • 3.1 Waarneming: je eten bederft
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Onderzoek doen (H3)


  • 3.1 Waarneming: je eten bederft

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 3
3 onderdelen:
  • meer theorie over schimmels, bacteriën, virussen (in relatie tot voedselbederf), aanvullend op H2.
  • theorie over membraantransport dieren en planten
  • vaardigheden: hoe voer ik een wetenschappelijk onderzoek uit. (PO Osmose)

Slide 2 - Tekstslide

Doel 3.1
Je leert wat de oorzaak is van voedselbederf
Je leert hoe je ziekteverwekkende bacteriën en schimmels herkent
Je leert de kenmerken van een virus 
Je leert hoe bacterien, schimmels en virussen zich vermeerderen
Je leert hoe je kunt voorkomen dat bacteriën en schimmels voedsel bederven

Slide 3 - Tekstslide

Voedselbederf door micro-organismen


Alle organismen die je niet met het blote oog kunt zien...

En daar zijn er ontzettend veel van!

Slide 4 - Tekstslide

Welke herken je?

Slide 5 - Tekstslide

virus
schimmel
schimmel: gist
bacterie
lintworm
schimmel
virus

Slide 6 - Tekstslide

Voedselinfectie
Je voedsel kan bederven doordat het geïnfecteerd wordt door micro-organismen: schimmels of bacteriën.

Micro-organismen: kun je niet zien met het blote oog. Vaak wel met een lichtmicroscoop. 

Slide 7 - Tekstslide

Voedselinfectie
Schimmels of bacteriën die op voedsel gaan zitten zijn heterotroof.

Ze zijn voor hun organische stoffen afhankelijk van andere organismen.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Voedselinfectie
Schimmels of bacteriën in voedsel kunnen gifstoffen produceren: voedselvergiftiging.

Slide 11 - Tekstslide

Bacteriën
Vermeerderen zich
door ongeslachtelijke 
voortplanting (mitose) 
bij gunstige omstandigheden.
Alle bacteriën in een kolonie zijn genetisch identiek aan elkaar, ze zijn elkaars klonen.

Slide 12 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting
Alle bacterie in een kolonie zijn klonen van elkaar!

Stel, je hebt 1 bacterie die iedere 20 minuten deelt. Hoeveel bacteriën heb je dan na 60 minuten?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Gelachtelijke voortplanting
Vs
Ongeslachtelijke voortplanting

Slide 15 - Tekstslide

Bacteriën
Onder ongunstige
omstandigheden vor-
men ze sporen.
In een spore staan de levensprocessen stil. De spore vormt weer een levende bacterie als de omstandigheden weer goed zijn.

Slide 16 - Tekstslide

Wat zijn ongunstige omstandigheden voor bacteriën? Noem er minstens 2!

Slide 17 - Open vraag

Schimmels
Vormen lange draden
van 1 cellaag dik.
Die schimmeldraden heten
mycelium.
Schimmels kunnen zich ongeslachtelijk en geslachtelijk voortplanten.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Bacteriën en schimmels herkennen

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Bacteriën en schimmels herkennen

Laten groeien op een voedingsbodem.
  • Uiterlijk blote oog/ lichtmicroscoop
  • Op welke voedingsbodem groeien ze wel/ niet
  • DNA

Slide 22 - Tekstslide

Virussen

Slide 23 - Tekstslide

Virussen
Erfelijk materiaal (RNA
 of DNA) in een
eiwitmantel.
Ze vermeerderen met behulp van een gastheercel.

Leven ze?

Slide 24 - Tekstslide

Voedselinfectie voorkomen
Je voedsel kan bederven doordat het geïnfecteerd wordt door micro-organismen: schimmels of bacteriën.

Hygiënisch werken: 
  • handen wassen
  • kruisbesmetting voorkomen (scheiden)

Slide 25 - Tekstslide

Doel 3.1
Je hebt geleerd wat de oorzaak is van voedselbederf
Je hebt geleerd hoe je ziekteverwekkende bacteriën en schimmels herkent
Je hebt de kenmerken van een virus geleerd
Je hebt geleerd hoe bacterien, schimmels en virussen zich vermeerderen
Je hebt geleerd hoe je kunt voorkomen dat bacteriën en schimmels voedsel bederven

Slide 26 - Tekstslide

Begrippen 3.1
verontreiniging, micro-organismen, heterotroof, organische stoffen, voedselinfectie, voedselvergiftiging, bacteriën, ongeslachtelijke voortplanting, kolonie, klonen, sporen, schimmels, extracellulair, mycelium, geslachtelijke voortplanting, lichtmicroscoop, voedingsbodems, DNA, virussen, erfelijk materiaal, eiwitmantel, gastheercel, hygiëne 


Slide 27 - Tekstslide

Huiswerk
Maak alle opdrachten van 3.1 
1 t/m 15


Belangrijke opdrachten:
1, 9, 11, 12 en 14  (Volgende les bespreken we er 2 van)


Slide 28 - Tekstslide

Stel een vraag

Slide 29 - Woordweb