toetsvragen 24A blok 2

Wat is een microplanning?
A
1 les
B
een tot meerdere jaren
C
themaplan
D
periodiseringsplan
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
DidactiekMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat is een microplanning?
A
1 les
B
een tot meerdere jaren
C
themaplan
D
periodiseringsplan

Slide 1 - Quizvraag

Welke functie van een planning is niet juist?
A
steunfunctie
B
afstemmingsfunctie
C
leerfunctie
D
verantwoordingsfunctie

Slide 2 - Quizvraag

Wat is een kenmerk van een open planning?
A
flexibel
B
wordt zonder overleg opgesteld
C
gesloten
D
vooraf bepaald

Slide 3 - Quizvraag

Welke uitspraak is juist?
A
beide zijn juist
B
Open planning: flexibel, meestal recreatief en in samenspraak
C
Gesloten planning: zonder overleg opgesteld, vooral prestatiegericht
D
beide zijn niet juist

Slide 4 - Quizvraag

Alex wil een spelvorm even sterke partijen maken. Hoe kan hij deze het beste maken
A
afnummeren
B
loten
C
de kinderen zelf laten kiezen
D
Alex zelf laten indelen

Slide 5 - Quizvraag

Welke uitspraak is juist?
Bij een open planning:
A
zijn de bewegingsvormen prestatiegericht
B
is de evaluatie van de activiteit objectief en op product gericht
C
Is de lesopbouw flexibel en niet vaststaand
D
is de trainingssituatie wedstrijdgericht

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een cognitieve doelstelling?
A
De schippersslag leren
B
Spelregels kunnen benoemen
C
leren samenwerken

Slide 7 - Quizvraag

Wat is geen vorm van leren?
A
Sociaal affectief
B
Cognitief
C
individueel
D
Motorisch

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van motorisch leren?
A
leren samenwerken
B
leren vrijlopen
C
technische aandachtspunten kunnen opnoemen
D
leren kastspringen

Slide 9 - Quizvraag

Wat zijn de juiste vormen van leren?
A
Intentioneel en incidenteel
B
PIL
C
Sociaal affectief, motorisch bewegingsverloop
D
Sociaal affectief, motorisch, cognitief

Slide 10 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een motorische leerfase?
A
Verfijningsfase
B
De 3 vormen van leren
C
Organisatie

Slide 11 - Quizvraag

Welke mogelijkheden heb je in de automatiseringsfase?
A
PIL
B
CLUKS
C
Verbindingen, combinaties en verzwaringen
D
Motorisch, cognitief, sociaal affectief

Slide 12 - Quizvraag

Wat hoort op
de nummers?
A
1 = leerling 2 = commentaar
B
1 = persoon 2 = evaluatie
C
1 = feedback 2 = leerling
D
1 = persoon 2 = feedback

Slide 13 - Quizvraag

Welke aapakstrategieën ken je?
A
goed-analyserende aanpak, momentaanpak
B
algemeen-analyserende aanpak, momentopname
C
fouten-analyserende aanpak, momentaanpak
D
fouten-analyserende aanpak, momentopname

Slide 14 - Quizvraag

Welke stappen doorloop je in een fouten-analyserende aanpak?
A
merkt fouten op - analyseert de fout - trekt conclusies
B
merkt fouten op - analyseert goed - trekt feiten
C
merkt fouten op - analyseert de fout - doet nog een poging
D
merkt goed op - analyseert het ongeluk - blijft proberen

Slide 15 - Quizvraag