H3 Aan de slag 3.3 Wat spreken we af?

Welkom bij economie!

Hoofdstuk 3 Aan de slag

3.3 Wat spreken we af?
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij economie!

Hoofdstuk 3 Aan de slag

3.3 Wat spreken we af?

Slide 1 - Tekstslide

3.3 Wat spreken we af? 
Lesdoelen:

Aan het einde van de les:


  • Kun je uitleggen wat voltijdbanen en deeltijdbanen zijn en wat vaste banen en flexibele banen zijn;
  • Kun je uitleggen wat het verschil is tussen brutoloon en nettoloon;
  • kun je opzoeken hoeveel het minimumloon per leeftijdsgroep is;
  • kun je uitleggen hoe de Arbeidstijdenwet en de Arbowet je beschermen.



Slide 2 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een werkgever en een werknemer?

Slide 3 - Open vraag

Wat is / Wat staat er in een arbeidsovereenkomst?

Slide 4 - Open vraag

Deeltijd of voltijdbaan
Deeltijdbaan (of parttimebaan): dan werk je minder dan 35 uur per week

Voltijdbaan (fulltimebaan):
Dan werk je 35 uur of meer per week

Slide 5 - Tekstslide

Vaste, tijdelijke of flexibele baan
  • Vaste baan: Je hebt met je werkgever een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd afgesproken (geen einddatum)

  • Heb je wel een einddatum afgesproken,
    dan heb je een tijdelijke baan.

  • Een flexibele baan: Als je alleen werkt op momenten dat je
    nodig bent.
    Vaak via een uitzendbureau of als een oproepcontract.




Slide 6 - Tekstslide

deeltijdbaan 
Fulltimebaan
fulltimebaan
Je moeder werkt 24 uur in een apotheek
Jos werkt 35 uur in het ziekenhuis
De buurman werkt 36 uur als vrachtwagenchauffeur 

Slide 7 - Sleepvraag

Wat is een deeltijdbaan?
A
je werkt meer dan 35 uur per week
B
je werkt minder dan 35 uur per week
C
je werkt minder dan 60 uur per week
D
je werkt meer dan 60 uur per week

Slide 8 - Quizvraag

Als iemand een vaste baan heeft dan ......
A
werkt hij/zij 40 uur in de week
B
werkt hij/zij als een vaste invalkracht
C
werkt hij/zij met een contract wat niet eindigt
D
werkt hij/zij op een vaste werkplek

Slide 9 - Quizvraag

Wat ga je verdienen? 
                                             Wat ga je verdienen:

Brutoloon                                               (staat in je contract)

belasting en sociale premies  -   (betalen aan de overheid)

Nettoloon                                               (krijg je op de rekening)


Slide 10 - Tekstslide

€ ............
€ 400,-
€ 800,-
€ 3.500,-
Brutoloon
Nettoloon = brutoloon - inhoudingen

Slide 11 - Tekstslide

Wat moet je minimaal verdienen?
Om ervoor te zorgen dat iedereen genoeg kan verdienen om in zijn basisbehoeften te kunnen voorzien, is er een minimumloon bepaald. 

Minimumloon = het brutoloon dat een werknemer van                                                                                      21 jaar of ouder minstens moet verdienen bij een voltijdbaan.

Tussen de 15 en 21 jaar geldt het minimumjeugdloon.


Slide 12 - Tekstslide

Goed geregeld
Regels voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden, staan in de Arbowet
(arbo = arbeidsomstandigheden) Arbobeleid is alles wat de werkgever                                                         doet om de werknemers veilig en gezond te laten werken.
Bijvoorbeeld: 
  • machines moeten gekeurd en veilig verklaard zijn
  • werkplek moet veilig en gezond zijn
  • eisen aan persoonlijke beschermingsmiddelen (schoenen met                                                          stalen neuzen

Regels voor werk- en rusttijden, vind je in de Arbeidstijdenwet





Slide 13 - Tekstslide



Het minimumjeugdloon geldt vanaf ............... jaar

Slide 14 - Open vraag



het minimumloon geldt vanaf .................. jaar

Slide 15 - Open vraag

Opgave 14 blz 106:

b In welke wet vind je de regels over deze beschermende middelen?

Slide 16 - Open vraag

Opgave 15 blz 106:

a Hoeveel optredens mag zij per week doen? Vul het juiste aantal in.

Slide 17 - Open vraag

Opgave 15 blz 106:

b Tot hoe laat mag Ivana aan deze opnames meedoen?

Slide 18 - Open vraag

Afsluiting 3.3 
Lesdoelen:

Nu:

  • Kun je uitleggen wat voltijdbanen en deeltijdbanen zijn en wat vaste banen en flexibele banen zijn;√
  • Kun je uitleggen wat het verschil is tussen brutoloon en nettoloon;√
  • kun je opzoeken hoeveel het minimumloon per leeftijdsgroep is;√
  • weet je hoe de Arbeidstijdenwet en de Arbowet je beschermen.√

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk
Paragraaf 3.3
Opdracht 1 t/m leerstof 3

Slide 20 - Tekstslide

Huiswerk
Paragraaf 3.3
Opdracht 1 t/m samenvatting

Slide 21 - Tekstslide