H1 Voorkennis Breuken en procenten

Hoofdstuk 6 breuken maandag 11 februari 

Wat gaan we vandaag doen?

- Ophalen kennis breuken en procenten
- Maken opdrachten 15 tot en met 25. Aan het einde van deze week ( dat is woensdag) dan hebben jullie de opdrachten af gerond. Dit wordt door mij af getekend. 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 6 breuken maandag 11 februari 

Wat gaan we vandaag doen?

- Ophalen kennis breuken en procenten
- Maken opdrachten 15 tot en met 25. Aan het einde van deze week ( dat is woensdag) dan hebben jullie de opdrachten af gerond. Dit wordt door mij af getekend. 

Slide 1 - Tekstslide

Uitleg
Breuken met gelijke noeers tel je op door de tellers op te tellen. de noemers veranderen niet.
1/6 + 4/6 =
De noemers van beide breuken zijn 6. Je moet de tellers optellen. 
( 1 + 4 = 5). 
1/6 + 4/6 = 5/6

Slide 2 - Tekstslide

Een geheel kun je ook als breuk opschrijven 
Een geheel getal kun je ook als breuk opschrijven. Een pizza is in 6 stukken verdeeld. 1 pizza is gelijk aan zes stukken van 1/6 pizza. 1 pizza is 6/6. 

Slide 3 - Tekstslide

1 'hele'
3/8 + 5/8 =
Je moet breuken in een antwoord altijd zo ver mogelijk vereenvoudigen. 
4/8 : Je kan de teller en de noemer delen door 4. 

Slide 4 - Tekstslide

Breuken gelijknamig maken
Breuken gelijknamig maken betekent dat je de noemer van de breuken gelijk maakt soms kan dat door de breuken te vereenvoudigen. 

Slide 5 - Tekstslide

maak 2/8 en 3/4 gelijknamig. 
De noemer van 2/8 is 8. De noemer van 3/4 is 4. 
Je moet de noemers van de breuken gelijk maken.
Kijk of je kan vereenvoudigen.
2/8 gedeeld door 2 = 1/4.
1/4 + 3/4 = 1

Slide 6 - Tekstslide

1/5 + 3/6=
2/3 +1/6 =
6/8+1/2+

Slide 7 - Open vraag

Breuken vereenvoudigen

Breuk vereenvoudigen 

Slide 8 - Tekstslide

Van breuk naar decimaal getal
  • Hoe kun je dit uitrekenen?

1/5 

4/10

Slide 9 - Tekstslide

Welk deel is
groen gekleurd?
A
6/9
B
3/10
C
3/9
D
6/10

Slide 10 - Quizvraag

2/3 deel van 150
A
50
B
80
C
25
D
100

Slide 11 - Quizvraag

1/8 = ... %
A
13 %
B
12,5%
C
14 %
D
18 %

Slide 12 - Quizvraag

Hoeveel is 60 % van 230
A
138
B
204
C
166
D
183

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de juist uitkomst?
2/5 + 1/10 = ?
A
3/15
B
1/2
C
2,5/5
D
5/10

Slide 14 - Quizvraag

Maakwerk
Hoofdstuk 6 tot en met opdracht 25. 

Dinsdag hebben jullie hier ook twee uur de tijd voor. Succes:-)

Slide 15 - Tekstslide

Een geheel kun je ook opschrijven als breuk. De pizza is in 6 stukken verdeeld. 1 pizza is gelijk aan 6 stukken van 1/6 pizza. 1 pizza is 6/6. 

Slide 16 - Tekstslide