Food or fuel les 8 6 maart 2023

Food or fuel 
Binnen = beginnen      dus....

Pak je laptop
Zoek op wat je antwoord op opdracht 28 is (schatting gistcellen)
Vergelijk je antwoord met het antwoordboek: 1010 per gram gist
En bedenk verklaringen voor een eventueel verschil!
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NLTMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Food or fuel 
Binnen = beginnen      dus....

Pak je laptop
Zoek op wat je antwoord op opdracht 28 is (schatting gistcellen)
Vergelijk je antwoord met het antwoordboek: 1010 per gram gist
En bedenk verklaringen voor een eventueel verschil!

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag....
...laten we hoofdstuk 4 even voor wat het is (antwoorden via de elo te vinden; komen we later nog op terug)

Uitleg over hoofdstuk 5, zodat je de opgaven voor donderdag makkelijker kunt maken. Fijn hè?

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk 5: Vergisting
In hoofdstuk 4 ging het over het voorbewerken van plantaardige structuren d.m.v. enzymen. Doel was/is: vrijmaken van energierijke stoffen waar 'we' iets mee kunnen. Meestal gaat het dan om GLUCOSE
In hoofdstuk 5 gaan we zien wat organismen met glucose doen, en ook een beetje hoe ze het eigenlijk maken. Het gaat veel over energie.

Slide 3 - Tekstslide

Biotechnologie
Biotechnologie (bio = leven) maakt gebruik van organismen (meestal bacteriën en schimmels) om producten te maken.

Misschien heb je wel een voorbeeld in je broodtrommeltje?

Gist wordt veel gebruikt: vergisting (zie experiment 29).
Nu eerst even iets over (gist)cellen

Slide 4 - Tekstslide

Leven op aarde: cellen!
Waar horen de gistcellen bij?
Autotroof
''Zelfvoedend''

Heterotroof
''Voedsel zoekend''

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Heterotroof
Autotroof

Slide 7 - Tekstslide

Maar...cellen dus
Er is veel overeenkomst in bouw tussen cellen van dieren, planten, schimmels, bacteriën. Bedenk zelf maar een paar verschillen.
Maar we gaan eerst even die cel herhalen:

Slide 8 - Tekstslide

Dierlijke cel

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Maak nu opdracht 30
- benoem de onderdelen 1 t/m 14
- geef van een aantal onderdelen de functie aan: van 2, 5, 6, 9, 10/12


timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide

Celstofwisseling (metabolisme)

Waar en hoe speelt energie nu eigenlijk een rol voor cellen?
Energie op celniveau

Slide 12 - Tekstslide

Anabolisme:​

Het proces waarbij de cel voedingsstoffen opneemt en opbouwt tot cel onderdelen, dit kost energie.​

 
= assimilatie (endotherm)​

Bijvoorbeeld:
fotosynthese
Katabolisme:


Het proces waarbij chemische verbindingen worden afgebroken en energie vrijkomt.​​ 



= dissimilatie (exotherm)​




Bijvoorbeeld:
celademhaling / verbranding
Metabolisme (celstofwisseling)​

Slide 13 - Tekstslide

ANABOLE PROCESSEN​
Het in elkaar zetten van stoffen, kost energie. Zoals bij fotosynthese​

Slide 14 - Tekstslide

Anabole processen in detail
Fotosynthese

Slide 15 - Tekstslide

Anabole processen


Biosynthese
Opbouw van stoffen

Eiwitten (voorbeeld)


De cel bouwt (in dit geval) aminozuren op (assimilatie) tot je een eiwit hebt. 

Slide 16 - Tekstslide

… deze energie kan weer vrijkomen, wanneer de desbetreffende stof wordt afgebroken. Enzymen helpen vaak bij het opbreken!

KATABOLE PROCESSEN

Slide 17 - Tekstslide

Glucose + zuurstof --> koolstofdioxide + water 





KATABOLE PROCESSEN
Celademhaling / verbranding

Slide 18 - Tekstslide

Wat doet de cel met de 'vrije' energie?
Dus niet de warmte die automatisch vrijkomt!
4 belangrijke toepassingen van de vrije energie
  1. Mechanische arbeid (bewegingen – spiercellen)
  2. Transport arbeid (membraan pompen – bij de meeste cellen)
  3. Elektrische energie
  4. Chemische arbeid (eiwitten opbouwen uit aminozuren)


Warmte
Nodig om als warmbloedig organisme op een constante temperatuur te blijven.


Slide 19 - Tekstslide

Wat is ATP /ADP - Adenosine Tri/ Di Fosfaat?
Het losbreken van het 3e stukje fosfaat is eigenlijk opnieuw een katabole gebeurtenis die energie opwekt.

Slide 20 - Tekstslide

ATP - ADP
Stiekem ook katabolisme







Slide 21 - Tekstslide

Waar in de cel gebeurt dit allemaal?
Fotosynthese
Bladgroenkorrels

Biosynthese
Ribosomen

Verbranding
Mitochondrium (ev)
Mitochondriën (mv)

Slide 22 - Tekstslide

Welke vorm van energie past het beste bij de volgende omschrijving:
Beweging
A
Thermische energie
B
Kinetische energie
C
Chemische energie
D
Elektrische energie

Slide 23 - Quizvraag

Plantencellen doen aan:
A
Anabolisme, katabolisme
B
Anabolisme
C
Katabolisme
D
Fotosynthese

Slide 24 - Quizvraag

Hieronder staan 2 uitspraken. Welke is/zijn juist?
1. Assimilatie kost energie
2. Dissimilatie kost energie
A
1
B
2
C
beiden
D
geen van beiden

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Link

Na deze animatie kun je opdracht 32-33-34 maken (thuis)


Opdracht 35 gaat niet door (demo) want de sensor is stuk.
Daarom nu een filmpje....
Maar kijk eerst even naar figuur 34

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Dus: gist breekt glucose af
Maar....hij weet geen raad met andere suikers, zoals xylose.
Een Delftse ontdekking van een schimmel die dat wél kon, zorgt voor grotere opbrengsten. Hoe?

Slide 29 - Tekstslide

Zo:
- In olifantenpoep: schimmel Piromyces
- die maakt enzym xylose-isomerase; kan xylose omzetten
- gen voor dit enzym ingebouwd in 'gewone' gist
- geoptimaliseerd zodat deze gemodificeerde gist ook in zuurstofloze omgeving kon groeien
(waarom is zuurstofloosheid noodzakelijk?)

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide