Week 15 - les 1 - herhalen gram H1 t/m H6

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Vandaag

• Weekdoelen week 14 ingeleverd of laten zien?
• Oefenen gram z H1 t/m H6
• Zelf oefenen/ fictieopdracht
• Vragen stellen
• Coaching

Wat is het meewerkend voorwerp?
"Gisteravond heb ik overheerlijke spaghetti gekookt voor mijn ouders"

1. ik
2. overheerlijke spaghetti
3. mijn ouders
4. voor mijn ouders

Welke verdeling in zinsdelen is juist?

1. Heb / jij / vanochtend / het brood / helemaal / ontdooid?
2. Heb / jij / vanochtend / het brood / helemaal ontdooid?
3. Heb / jij / vanochtend het brood / helemaal ontdooid?
4. Heb / jij / vanochtend het brood / helemaal / ontdooid?

Helaas kon ik gisteren een aanrijding niet voorkomen.
(bwb's =?)

1. helaas
2. gisteren, niet
3. helaas, niet
4. helaas, gisteren, niet

Welke uitspraak over het lijdend voorwerp is niet waar?

1. Het lijdend voorwerp begint nooit met een voorzetsel.
2. Het lijdend voorwerp kun je vervangen door ‘iedereen’.
3. Het lijdend voorwerp van een zin kun je vinden met de vraag ‘Wat (of Wie) + werkwoordelijk gezegde + onderwerp?’.

Benoem pv, ow, wg, lv, mv en bwb.
De brandweerman bluste alles met groot gevaar voor eigen leven.

Maak zelf een zin met een lv, mv en bwb

Neem de zin over en zet streepjes. Benoem daarna alle zinsdelen. Na de lessen zijn we meestal aan het poolen in de kantine.

Neem de zin over en zet streepjes tussen de zinsdelen. Voor mijn keelpijn heeft de arts mij antibiotica voorgeschreven.

Maak een zin met een lijdend voorwerp en 1 bijwoordelijke bepaling. Benoem ook wat wat is.

Tijd om zelf nog te oefenen!

Of aan je fictieopdracht te werken...

Of je toets even te bespreken...