In deze les zitten 7 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Introductie
Leerlingen kunnen benoemen wanneer ze veel inzet tonen en wanneer dit minder is en ze kunnen zichzelf er toe aan zetten ook minder leuke opdrachten met inzet te maken
Instructies
Werkbladen
Onderdelen in deze les
Inzet
Les 31
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Werkhouding: Ik ga door, ook al is het moeilijk
Aan het eind van deze les... • leg ik uit wanneer ik me ergens voor in heb gezet,
• vertel ik wanneer mijn inzet minder is geweest en waarom
• leg ik uit hoe ik me kan inzetten, ook al is het werk minder leuk
Slide 2 - Tekstslide
Bespreek met de leerlingen wat ze aan het einde van deze les hebben geleerd
Naspelen
We gaan oefenen
Hoe werkt het?
Instructie
Let op! Nu komt er uitleg
Doe activiteit
We gaan aan het werk
Schrijf opdracht
Opdracht uit de Baaz-map
Afronding
Gezamenlijke afsluiten
Kijken
Goede kijkhouding
Luisteren
Goede luisterhouding
Overleggen
Met elkaar overleggen
Groepsgesprek
Met elkaar in gesprek
Slide 3 - Tekstslide
Bespreek en herhaal de picto's die terugkomen in de les.
Mochten de leerlingen deze al goed kennen, kun je dit overslaan.
Les 31 - Inzet
Gesprek
Opdracht
Werkblad invullen
Filmfragmenten
Slide 4 - Tekstslide
Bespreek met de leerlingen de planning van de les, wijs ze hierbij ook op de picto's bij de verschillende onderdelen
Mochten leerlingen de picto's niet meer weten, ga terug naar de vorige dia
Inzet
Slide 5 - Woordweb
Woordweb:
Met devices:
Laat de leerlingen woorden noteren inzet.
Zonder devices:
Laat de leerlingen op een post it woorden noteren bij inzet.
Bespreek de antwoorden van de leerlingen.
Als je iets leuk vindt dan is het niet zo moeilijk om goed je best te doen. Je kunt je makkelijk inzetten voor iets dat je leuk vindt of dat je belangrijk vindt.
Als je iets niet leuk vindt, wat doen je dan?
Wat kun je doen om je dan toch in te zetten en je best te doen?
Je komt altijd dingen tegen die minder leuk zijn en toch moeten worden gedaan.
Waarom doe je het toch?
Bespreek en vraag naar verschillende manier van inzetten.
Bespreek waarom inzet van belang is.
Inzet
Geef een voorbeeld van iets dat je makkelijk kunt en je ook veel inzet kunt geven
Geef een voorbeeld van iets wat niet lukt om je voor in te zetten
Wat kun je doen om je toch in te zetten?
Ik kan het goed
Uitdagend
Heeft een doel
Leuk
Betekenisvol
Belangrijk
Ik kan het niet goed
Niet leuk
Saai
Doelloos
Niet nuttig
Niet belangrijk
Slide 6 - Tekstslide
Gesprek:
Bespreek de vragen met de leerlingen.
Vraag naar concrete voorbeelden.
Bespreek de woorden die erbij horen.
Bij de vraag hoe je je toch kunt inzetten, vraag klasgenoten naar tips, schrijf deze evt op.
Laat de leerlingen de antwoorden invullen op hun werkblad.