13.3 Transport en osmose

Paragraaf 13.3 Transport en osmose
Benodigheden
- Boek
- Pen, potlood
- Laptop
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 13.3 Transport en osmose
Benodigheden
- Boek
- Pen, potlood
- Laptop

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Welkom + Dagopening
Herhalings 13.1 en 13.2 dmv toetsje 
Vervolg uitleg Osmose 
Uitleg :'13.3 Transport'
Aan de slag:

- Maken van opdracht 1 t/m 10 van paragraaf 13.3 = huiswerk
- Maken samenvattende opdr 13.1 t/m 13.3 blz 206 = optie

Slide 2 - Tekstslide

Osmose en diffusie

Diffusie= stoffen (gassen) verplaatsen zich van een hoge concentratie naar een lage concentratie 

Osmose= Water verplaatst naar de plaats met de meeste opgeloste stoffen.

Slide 3 - Tekstslide


Osmose noemen we ook wel de diffusie van water. 

'Bij osmose stroomt het water van een gebied met een lage concentratie opgeloste stoffen naar een gebied met een hoge concentratie opgeloste stoffen'

Slide 4 - Tekstslide

Osmose
Hier zie je een voorbeeld van osmose.
Aan de linkerkant zie je een U-buis met
in het midden een selectief membraan.
Zo'n selectief membraan stelt een 
celmembraan/celwand, in een cel voor.
Aan de rechterkant van de U-buis is de 
concentratie suiker hoger dan aan de 
linkerkant. Dit zorgt ervoor dat het water
zich gaat verplaatsen naar de rechterkant

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Osmose

Slide 7 - Tekstslide

leerdoelen 13.3 Transport
1. Je kunt beschrijven hoe stoffen in het lichaam van insecten vervoerd worden.
2. Je kunt beschrijven hoe stoffen in het lichaam van vissen vervoerd worden.
3. Je kunt uitleggen hoe stoffen in planten vervoerd worden.
4. Je kunt uitleggen hoe water in planten kan stromen

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

De tracheeën (vervoer van lucht met zuurstof naar cellen - en koolstofdioxide van cellen naar buiten) zijn blauw gekleurd.

Bloed van insecten vervoert geen zuurstof en CO2. Bevat geen hemoglobine. Bloed vervoert wel: voedingsstoffen en afvalstoffen.

Plaatje hiernaast:
Blauw -  tracheeën 
Rood - bloedvatenstelsel, 1 bloedvat en een hart

Slide 10 - Tekstslide

Actief transport

Passief transport

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Programma
Welkom + Dagopening
Herhaling 13.3 transport insecten en vissen
Uitleg 13.3 transport in planten
Aan de slag:

Slide 18 - Tekstslide

Herhalen bloedsomloop en transport in insecten en vissen

Maak opdracht 6, 9, 11, en 12 van de Samenvatten 
(blz 207 en 208)

10 min
overleg in tweetal mag
Na 10 min bespreken

Slide 19 - Tekstslide

Hoe transporteren planten stoffen?

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Planten
turgor
plasmolyse
grens
plasmolyse
Celwand is doorlaatbaar voor water én opgeloste stoffen

Bij celmembraan kan water naar binnen of naar buiten.
Opgeloste stof trekt water aan


Slide 22 - Tekstslide

Planten
Turgor: celmembraan drukt tegen de celwand. 
De cel is stevig en rekt iets uit

Plasmolyse: De celmembraan laat los van de celwand


Slide 23 - Tekstslide

Wortelharen om water op te nemen

Slide 24 - Tekstslide

Vaatbundels
'Pijpleidingen' 
van de plant
Houtvaten
Bastvaten

Slide 25 - Tekstslide

Bastvaten
Vervoeren water en organische stoffen  
van blad naar de rest van de plant.
Liggen aan de buitenkant van een vaatbundel.

Slide 26 - Tekstslide

Houtvaten
Vervoeren water en mineralen van wortel naar blad.
- dikke celwanden
- grote openingen
Water omhoog gepompt door: worteldruk, capillaire werking, verdamping

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Filmpje kijken uit de online omgeving: bastvaten en houtvaten.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Maximum hoogte boom
De worteldruk, verdamping en capillaire werking kennen een maximum. Dit houdt in dat er ook een fysiek maximum zit aan de hoogte van een boom. Dit is ca. 130 meter. Hoger kan een boom niet worden.

Slide 31 - Tekstslide

Samenvatting
  • De stengel verbindt de wortels met de bladeren
  • Water (en opgeloste stoffen) moeten van de wortel naar de bladeren
  • Voedingsstoffen die gemaakt zij bij de fotosynthese moeten van de bladeren naar de wortels (en andere delen bv. vruchten en zaden)

  • Door de hele plant lopen transportbuisjes
  • We noemen dit vaten
  • Deze vaten zitten in groepjes bij elkaar in vaatbundels.

  • Het transport gaat dus in twee richtingen
  • Van beneden naar boven:  water en mineralen via houtvaten
  • Van boven naar beneden: glucose en water via bastvaten

Slide 32 - Tekstslide

Aan de slag
1. Maak opdracht 11,12,13 en 14 van 13.3
2. Kijk alle gemaakte opdrachten na! nakijkboekjes liggen voorin lokaal
3. Klaar? Ga aan de slag met leren voor de toets

Slide 33 - Tekstslide

Voortplanting
Bloem
Stengel
Wortel
Water en mineralen opnemen
Glucose maken
Blad
Stoffen vervoeren en stevigheid geven

Slide 34 - Sleepvraag



Osmose: (A) beweegt altijd naar de plek met de (B) opgeloste stoffen.
A
A:water B: meest
B
A:water B:minste
C
A:opgeloste stoffen B:meeste
D
A:opgeloste stoffen B:minste

Slide 35 - Quizvraag


de concentratie opgeloste stoffen in de cel is ..... dan daarbuiten. (de cel is gekrompen)
A
lager
B
even hoog
C
hoger

Slide 36 - Quizvraag


Als je sla in een bak water legt wordt het steviger, in dressing juist slapper. Leg uit hoe dit komt.

Slide 37 - Open vraag


Petra maakt zoutoplossingen met oplopende concentraties. Ze weet niet meer of ze dit van links naar rechts of andersom had gedaan. Ze stopt frietjes van gelijke lengte in de bekers. De frietjes in de linker beker zijn het langst. Was hier de zoutconcentratie hoog of laag?
A
laag
B
kun je niet weten
C
hoog

Slide 38 - Quizvraag

Wortelharen om water op te nemen

Slide 39 - Tekstslide


Wortelharen nemen mineralen uit de bodem op in de cel. De concentratie in de cel is hoger dan in de bodem. Dit is een voorbeeld van 
A
diffusie
B
osmose
C
actief transport
D
passief transport

Slide 40 - Quizvraag

Maximum hoogte boom
De worteldruk, verdamping en capillaire werking kennen een maximum. Dit houdt in dat er ook een fysiek maximum zit aan de hoogte van een boom. Dit is ca. 130 meter. Hoger kan een boom niet worden.

Slide 41 - Tekstslide

Diffusie
Diffusie

Slide 42 - Tekstslide

osmose: patat in demiwater/kraanwater/ zoutoplossing 
osmose apparaat met membraan

Slide 43 - Tekstslide