H1F Zinsdelen H4 lv

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Grammatica zinsdelen

Schrijf op

Hoe vind je de ... in een zin?

(welke vraag stel je om dit zinsdeel te vinden?)

pv

ow

wg

Lesdoel vandaag

Ik kan/weet:

• het lijdend voorwerp van een zin vinden.
• zinnen met een lijdend voorwerp maken.
• het meewerkend voorwerp van een zin vinden.

Lijdend Voorwerp (Lv)

Lijdend voorwerp (lv)

• is de persoon die in de zin iets 'overkomt' of het voorwerp dat iets 'ondergaat'. 

Zo vind je het lv:

1. Noteer ow + wwg.
2. Stel de vraag wat/wie + wwg + ow? Het antwoord is het lv.

   Let op: het lv begint nooit met een voorzetsel!

Opdracht

H4 Grammatica zinsdelen 

maken opdracht 1

Schrijf alleen het lv op (niet de vraag)

Als je hiermee klaar bent, ga je verder met opdr. 2.

Vragen? Vraag het zachtjes aan je buurman of -vrouw of steek je hand op.

Wat is het lv?
Hij hangt zijn jas aan de kapstok.

1. Hij
2. zijn jas
3. aan de kapstok
4. geen lv

Wat is het lv in deze zin?
Hij heeft het formulier verzonden.

1. hij
2. heeft verzonden
3. formulier
4. het formulier

Kies de juiste plaats in de zin (A, B, C of D) waar je aan of voor kunt invullen.

A... Vanmiddag zal B... de klassenvertegenwoordiger C... jullie D... het huiswerk doorgeven.

1. A
2. B
3. C
4. D

Kies de juiste plaats in de zin (A, B, C of D) waar je aan of voor kunt invullen.

Schonk A... de barkeeper B... de wandelaars bij hun binnenkomst C... een lekker glas D... koude cola in?

1. A
2. B
3. C
4. D

Ik kan nu het lijdend voorwerp vinden.
0 = nog helemaal niet / 10 = absoluut wel

010

Ik kan nu het meewerkend voorwerp vinden.
0 = nog helemaal niet / 10 = absoluut wel

010

Hoe vind je zelf dat je vandaag in de les gewerkt hebt?

😒🙁😐🙂😃