Ontwikkelingspsychologie (afronding)

Ontwikkelingspsychologie
- Baby (0-18 maanden)
 - Peuter (18 maanden-4 jaar)
- Kleuter (4-6 jaar)
- Schoolkind (6-12 jaar)
- Puber (12-17 jaar)
- Adolescent (17-25 jaar)
- Volwassene (25-67 jaar)
- Oudere mens (67 jaar en ouder)
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Ontwikkelingspsychologie
- Baby (0-18 maanden)
 - Peuter (18 maanden-4 jaar)
- Kleuter (4-6 jaar)
- Schoolkind (6-12 jaar)
- Puber (12-17 jaar)
- Adolescent (17-25 jaar)
- Volwassene (25-67 jaar)
- Oudere mens (67 jaar en ouder)

Slide 1 - Tekstslide

Observatiemethode

Slide 2 - Woordweb

Belang van tijdig signaleren

Achterstanden die al op jonge leeftijd ontstaan zijn later moeilijk in te halen.
Hoe eerder de achterstand gesignaleerd wordt hoe groter de kans dat er met succes aan gewerkt kan worden. 

Slide 3 - Tekstslide

Observatiemethode 
Door gebruik te maken van een observatiemethode waarin ontwikkelingslijnen zijn opgenomen heb je als PM-er snel zicht op de ontwikkeling van de kinderen (ontwikkeling op schema, voorsprong, achterstand). 

Een vaste observatiemethode en registratie is ook prettig als basis voor een gesprek met ouders/opvoeders. 


Slide 4 - Tekstslide

Observeren 
Ouders/opvoeders moeten erop kunnen vertrouwen dat hun kind bij de PM-ers in goede handen is. Van jou (PM-er) wordt verwacht dat je zicht hebt op het verloop van de ontwikkeling van de kinderen en dat je een bijdrage levert aan het doelgericht stimuleren van die ontwikkeling. 

Zicht krijgen op ontwikkeling begint bij goed kijken!

Slide 5 - Tekstslide

Kennis en vaardigheden interactief observeren:
- Kennis ontwikkeling van kinderen (ontwikkelingslijnen) en de processen
- Weten hoe het kind denkt en iets aanpakt
- Observeren, vragen stellen, interpreteren gegevens
- Op gang brengen van interactie
- Kennis ontwikkelingsmogelijkheden activiteiten + gebruik van materialen
- Open pedagogische houding 
- Reflecteren op eigen handelen

Slide 6 - Tekstslide

Ontwikkeling en leren

Elke mijlpaal is op te vatten als een tussenstation op de weg naar verdere ontwikkeling. Het bereiken van een volgende mijlpaal of tussenstation is het resultaat van zowel ontwikkeling als leren. 

Slide 7 - Tekstslide

Mijlpalen
Ontwikkelingsproces verloopt geleidelijk (langere periode).  Vorderingen niet op korte termijn vast te stellen/te meten, alleen door langere periode naar het kind te kijken. 

Ontwikkeling verloopt volgens aantal fasen/mijlpalen. Dit betekent niet dat de ontwikkeling altijd via vaste stappen verloopt. 

Een mijlpaal biedt inzicht in de ontwikkeling die het kind heeft doorgemaakt en geeft aan welke stap(pen) hij nog moet nemen. 
Kennis hierover maakt gerichte ondersteuning van dit proces mogelijk. 

Slide 8 - Tekstslide

Jonge kinderen zijn op hun best wanneer ze:
- Actief betrokken zijn
- Activiteiten met betekenis 
- Uit zichzelf gemotiveerd zijn tot ontdekken en onderzoeken
- Niet bang zijn om fouten te maken
- Kansen krijgen om problemen op te lossen 
- Eigen keuzes mogen maken

Slide 9 - Tekstslide

Ontwikkeling 
Brede veranderingen die alle aspecten van het menselijk handelen betreffen. 
De totstandkoming hiervan vraagt een langere periode van oefening en rijping + verloopt via herkenbare fasen/mijlpalen. 

Slide 10 - Tekstslide

Rijping en oefening
Veel ontwikkeling voltrekt zich 'vanzelf'. Het kind groeit en maakt allerlei ontwikkelingen door als gevolg van een natuurlijk rijpingsproces. Dit proces is vaak niet te beïnvloeden. 

Het kind is als het ware de motor achter zijn eigen ontwikkeling. 
Elk kind beschikt over een zekere aanleg, maar moet ook de wil en interesse hebben om veel te oefenen.

Slide 11 - Tekstslide

Factoren die rol spelen bij ontwikkeling en leren 

Slide 12 - Tekstslide

Basisbehoeften 

Slide 13 - Tekstslide