Fictie:'Geest' les 2: vragen over het boek.

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Nederlands

    Fictie: toegepast op 'Geest'

VG 2

  P2 2023-2024

Vragen over het boek 'Geest'

Slide 3 t/m 19 gaan over het boek 'Geest'

Maak de vragen van de bladzijdes die erboven staan. De vragen bereiden je een beetje voor op de boektoets.

De theorie komt uit het boek Op Niveau: fictie blok 1 t/m 5 lessonup Fictie: toegepast op 'Geest' les 1

Ga zelf door de vragen tot waar je bent in het boek 'Geest'.

Opdracht 1: Over blz. 7 t/m 36 van het boek Geest.
Theorie:
hoofdpersonen/bijfiguren: helper/tegenstander, medespelers/figuranten

Deel 1 van het boek speelt in Amsterdam. Welke personages spelen hier een rol? Geef daarna van elke bijfiguur aan of het een helper of tegenstander is.

Opdracht 2: Over blz. 68 t/m 75 van het boek Geest.

A. Jochem is ‘op een vreemde manier jaloers’. Hoe denk je dat dat komt?

B. Nu je wat hebt gelezen over Jochem en zijn vrienden, heb je een bepaald beeld van deze groep. beschrijf hieronder hoe je denkt dat ze eruit zien:

Over deel 2: blz. 99 t/m 123
Theorie: setting (tijd + ruimte)
A. Hoe beschrijft Jochem zijn nieuwe woonplaats?

Over deel 2: blz. 99 t/m 123
Theorie: setting (tijd + ruimte)
B. Op wat voor manier verschilt Amsterdam van Schotland?

Over deel 2: blz. 99 t/m 123
C. Hoe zou jij je voelen als je in Jochems schoenen stond, als je ouders plotseling naar het buitenland zouden verhuizen?
Schrijf in minimaal 150 woorden hoe je je zou voelen en wat/wie je zou missen.

Lees blz. 144 t/m 167
Theorie: vertelperspectief
A. Wat zegt Jochem tegen zijn nieuwe vrienden dat het ergste scheldwoord in het Nederlands is?

Lees blz. 144 t/m 167
Theorie: vertelperspectief
B. Jochems oude vrienden uit Amsterdam en zijn nieuwe uit Schotland spelen allemaal een spel.
1. Wat zijn de overeenkomsten van de spellen?

Lees blz. 144 t/m 167
Theorie: vertelperspectief
B. Jochems oude vrienden uit Amsterdam en zijn nieuwe uit Schotland spelen allemaal een spel.
2. En wat zijn de verschillen?

Lees blz. 144 t/m 167
Theorie: vertelperspectief
B. Jochems oude vrienden uit Amsterdam en zijn nieuwe uit Schotland spelen allemaal een spel.
3. Hoe ervaart Jochem het spel in Amsterdam en hoe in Schotland? (Wat is zijn gevoel hierbij?)

Lees blz. 144 t/m 167
Theorie: vertelperspectief
C. Lees nog even blz. 156 door. Vanuit wie wordt het cursieve stuk verteld? En vanuit welk perspectief het standaardverhaal? Waarom heeft de schrijver dat gedaan denk je?

Lees blz. 235 t/m 247
Theorie: leeservaring, beoordelingswoorden, mening/argumenten
A. Hoe reageert Marty op zijn ontmoeting met Jochem?
En wat vindt Jochem hiervan, denk je?

Lees blz. 235 t/m 247
Theorie: leeservaring, beoordelingswoorden, mening/argumenten
B. Marty vertelt uiteindelijk wat er bij hem thuis is gebeurd. (Blz. 257 t/m 260.) Wat voor gevoel geeft dit gedeelte van het verhaal jou?

Lees blz. 235 t/m 247
Theorie: leeservaring, beoordelingswoorden, mening/argumenten
C. Is jouw mening over Marty door dit verhaal veranderd? Op wat voor manier?

Maak de volgende vragen als je het boek helemaal gelezen hebt.

A.    Het boek Geest heeft best wat kritiek gekregen in de media. Lees de onderstaande recensies. Geef per recensie aan met welke kritiekpunten je het eens of juist oneens bent. Geef argumenten bij je mening.

1.    https://www.jaapleest.nl/geest/
2.    https://www.hebban.nl/recensies/katy-hurkmans-over-geest

A. Geef per recensie aan met welke kritiekpunten je het eens of juist oneens bent. Geef argumenten bij je mening.

B. Welk liedje, film, boek of iets anders vind jij goed bij Geest passen? Kies iets wat je bij het hele boek of bij een bepaalde scène vindt passen. Leg je keuze uit en licht toe bij welk deel van het boek het past. Gebruik minimaal 150 woorden.