Formuleren H3 foutieve beknopte bijzin

Programma

1)  Theorie (foutieve) beknopte bijzin
2) Oefeningen

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Programma

1)  Theorie (foutieve) beknopte bijzin
2) Oefeningen

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Je leert hoe je foutieve beknopte bijzinnen kunt herkennen en verbeteren

Slide 2 - Tekstslide

Een correct voorbeeld
Op zijn rug in de hangmat liggend, las Achmed een tijdschrift.

Wie lag in de hangmat? --> Achmed.

Áchmed is ook het onderwerp van de hoofdzin, dus het komt overeen met het verzwegen onderwerp van de beknopte bijzin.

Slide 3 - Tekstslide

Na jaren in een la gelegen te hebben, hing ik de foto aan de muur.
Wat is er met deze zin aan de hand?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Video

Foutief beknopte bijzin
Bij een foutief beknopte bijzin komen het verzwegen onderwerp van de beknopte bijzin en het onderwerp van de hoofdzin niet overeen. 

Je verbetert een foutief beknopte bijzin door:
1) de bijzin volledig uit te schrijven met een onderwerp en een persoonsvorm OF 
2) door het onderwerp van de hoofdzin te veranderen, zodat dit ow gelijk is aan het verzwegen ow.

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld foutief beknopte bijzin

Na een uur in de oven te hebben gestaan, smulden de gasten van de taart. 

Goed is: 
1) Nadat de taart een uur in de oven had gestaan, smulden de gasten van de taart
2) Na een uur in de oven te hebben gestaan, werd de taart  door de smullende gasten opgegeten.

Slide 7 - Tekstslide

Foutieve beknopte bijzin of een goede beknopte bijzin?

Eindelijk thuisgekomen, ging hij meteen naar bed.
A
Foutief
B
Goed

Slide 8 - Quizvraag

Foutieve beknopte bijzin of een goede beknopte bijzin?
Lopend naar de overkant, reed de auto hem bijna aan.


A
Foutief
B
Goed

Slide 9 - Quizvraag

Foutieve beknopte bijzin of een goede beknopte bijzin?

Na koffie gedronken te hebben, reed de bus verder.
A
Foutief
B
Goed

Slide 10 - Quizvraag

Foutieve beknopte bijzin of een goede beknopte bijzin?

Na gegeten te hebben, fietsten we weer verder.
A
Foutief
B
Goed

Slide 11 - Quizvraag

Schrijf de foutieve beknopte bijzin uit tot een volledige bijzin.

Lopend naar de overkant, reed de auto hem bijna aan.

Slide 12 - Open vraag

Verbeter nu de zin door de hoofdzin aan te passen.

Na koffie gedronken te hebben, reed de bus verder.

Slide 13 - Open vraag

Hoe goed ken jij de theorie over de (foutief) beknopte bijzin?
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll

Opdracht/huiswerk
Formuleren H3 - blz. 102-103 
Maak opdracht 1 en 3 

Slide 15 - Tekstslide