Planten en de bloedsomloop van insecten

De bloedsomloop van insecten
Door Floris Buchwaldt en Simon Hopstaken
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De bloedsomloop van insecten
Door Floris Buchwaldt en Simon Hopstaken

Slide 1 - Tekstslide

De bloedsomloop
- Open bloedsomloop
- Een bloedvat
- Een langgerekt hart
- Meerdere kamers
- Vanuit kop stroomt bloed vrij
- Via openingen hart komt bloed terug
- Vervoert geen bloed
- Vervoert voedingsstoffen afvalstoffen

Slide 2 - Tekstslide

Een groot verschil
Mensen hebben een gesloten bloedsomloop

- Een groot verschil tussen gesloten en open bloedsomloop
Open: vrij stromen door lichaam
Gesloten: vast door bloedvaten

Slide 3 - Tekstslide

Verschillen tussen de bloedsomloop van een mens en die van een insect
Insect:
- Open
- Geen zuurstof
- Kleurloos (Geel, Groen)
- Een bloedsomloop
- Geen longen

Mens:
- Gesloten
- Zuurstof
- Rood
- Lange en korte bloedsomloop
- Longen

Slide 4 - Tekstslide

Verschillen tussen het hart van een mens en die van een insect

Insect:
- Meer dan 2 kamers
- Geen boezems
- 1 soort van hartklep

Mens:
- 2 kamers
- 2 boezems
- 4 hartkleppen

Slide 5 - Tekstslide

Wanneer wordt een bloedsomloop een open bloedsomloop genoemd? En wanneer een
gesloten bloedsomloop?
A
Open: het stroomt vrij door het lichaam. Gesloten: loopt niet door het lichaam
B
Open: het heeft een vast stelsel waar het doorheen stroomt. Gesloten: het stroomt vrij door het lichaam.
C
Open: het stroomt vrij door het lichaam. Gesloten: het heeft een vast stelsel waar het doorheen stroomt.
D
Open: buiten het lichaam stroomt. Gesloten: als het nergens heen kan.

Slide 6 - Quizvraag

Hoe is het hart van een insect opgebouwd? Wat zijn de verschillen met de bouw van het hart
van een zoogdier?

Slide 7 - Open vraag

Wat wordt door het insectenbloed vervoerd en wat is het verschil met wat door
zoogdieren bloed vervoerd wordt?

Slide 8 - Open vraag

Waarom geeft een plant zuurstof af aan de omgeving?
-  Planten maken zuurstof door fotosynthese
-  Planten wisselen gassen uit met hun omgeving: gaswisseling 
-  Geen ademhalingsorganen
-  Huidmondjes
-  Gaswisseling hangt af van de hoeveelheid licht
1.   Licht: Bladcellen maken veel maken overdag veel zuurstof. Zuurstofconcentratie hoog. Zuurstof gaat het blad uit. 
2.   Donker: Geen licht, dus fotosynthese is er niet. Er komt dus ook geen zuurstof vrij ‘s nachts.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Gaswisseling door diffusie
-  Diffusie is het proces waarbij moleculen/stoffen van een plek met een hoge concentratie moleculen/stoffen naar een plek met lage concentratie moleculen/stoffen gaan. 
-  Als koolstofdioxide de plant in gaat, dan gaat dat naar de plekken waar er zich nog geen koolstofdioxide bevindt. 
-  Koolstofdioxide wordt gebruikt en er ontstaat zuurstof. 
-  De zuurstof gaat dan van een plek met veel zuurstof naar een plek met een minder zuurstof (naar buiten). 
-  Uitwisseling van koolstofdioxide en zuurstof is de gaswisseling.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Verschillende vaten plant in vergelijking met bloedvatenstelsel
-  Stoffentransport in een plant via vaatstelsel van de plant. 
-  Houtvaten vervoeren water en mineralen van de wortels naar de bladeren, hier ontstaat er fotosynthese. 
-  De bastvaten transporteren glucose van de bladeren naar de wortels. 
-  In het bloedvatenstelsel gebeurt dit ook deels. 
-  Je hebt hier ook verschillende bloedvaten en die bloedvaten hebben allemaal een andere functie en een ander doel. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Twee manieren waarop een woestijnplant zorgt voor voldoende vocht
-  De bladeren en stengels van veel woestijnplanten hebben een dikke, wasachtige laag. 
-  Deze wasachtige substantie bedekt niet de huidmondjes, maar wel de meeste bladeren, waardoor de plant koel blijft en verdampingsverlies wordt verminderd. 
-  Ook hebben ze heel veel wortels heel ver horizontaal, maar niet zo ver verticaal. 
-  Dit is omdat ze in de woestijn dan een groot oppervlak aan water kunnen opvangen, en zo sneller en beter aan water kunnen komen.

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeeld 
woestijnplant

Slide 16 - Tekstslide

Waarom produceren planten zuurstof?

Slide 17 - Open vraag

Wat is diffusie?
A
Het proces waarbij verschillende bloedgroepen worden uitgewisseld tussen mensen.
B
Wanneer iets vaag wordt.
C
Het proces waarbij bijvoorbeeld zuurstof van een plek met veel zuurstof naar een plek met weinig zuurstof gaat.
D
Het proces waabij zuurstof van een plek met weinig koolstofdioxide naar een plek met veel koolstofdioxide wordt getransporteerd via de spieren.

Slide 18 - Quizvraag

Welke gassen gaan de plant in, en welke gassen geeft de plant weer af aan de omgeving?
A
Koolstofdioxide in, zuurstof uit
B
Zuurstof gaat de wortels in
C
Koolstofdioxide uit, zuurstof in
D
Koolstofdioxide gaat de wortels in

Slide 19 - Quizvraag

Waarom zou je houtvaten kunnen vergelijken met slagaders (van de grote bloedsomloop) en bastvaten met aders (van de grote bloedsomloop)?
A
Houtvaten vervoeren naar plekken waar fotosynthese gebeurt net als slagaders
B
Ze hebben dezelfde vorm en grootte, en zitten ongeveer op dezelfde plek
C
Bastvaten veroeren van plekken waar fotosynthese gebeurt net als aders
D
Houtvaten vervoeren zuurstof naar de wortels net als bastvaten

Slide 20 - Quizvraag