H7.2

Ga zitten op de plek van je plattegrond
Pak je schrift, rekenmachine en kom in de lesson up
timer
1:30
Zorg dat je spullen op tafel liggen. iPad moet in de tas blijven
Zit je niet klaar om te beginnen = te laat briefje halen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Ga zitten op de plek van je plattegrond
Pak je schrift, rekenmachine en kom in de lesson up
timer
1:30
Zorg dat je spullen op tafel liggen. iPad moet in de tas blijven
Zit je niet klaar om te beginnen = te laat briefje halen

Slide 1 - Tekstslide

Ga zitten op de plek van je plattegrond
Pak je schrift, rekenmachine en kom in de lesson up
timer
1:30
Zorg dat je spullen op tafel liggen. iPad moet in de tas blijven
Zit je niet klaar om te beginnen = te laat briefje halen

Slide 2 - Tekstslide

Planning
  • Opdrachten bespreken
  • 7.2
  • Aan de slag
  • Terugblik en afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Leerdoelen

  • Je kunt omschrijven wat de Rijksbegroting inhoudt die op Prinsjesdag wordt gepresenteerd
  • Je kunt omschrijven wat de belangrijkste inkomsten van de overheid zijn
  • Je kunt omschrijven wat de belangrijkste uitgaven van de overheid zijn

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Wat gebeurt er op Prinsjesdag?
  • In de rijksbegroting  staan alle verwachte inkomsten van de Rijksoverheid in een jaar overzichtelijk tegenover de verwachte uitgaven

  • Dit wordt gepresenteerd op Prinsjesdag, de derde dinsdag in September

  • De miljoenennota is de samenvatting van de Rijksbegroting

Slide 9 - Tekstslide

Hoe komt de overheid aan geld?
Belastingen: bij wet verplichte betalingen die burgers en bedrijven aan de overheid moeten doen

  • Directe belastingen: een deel van je inkomen, winst en vermogen sta je rechtstreeks af aan de overheid
  • Indirecte belastingen: kostprijsverhogende belastingen die je aan een winkel betaalt, waarna de winkel het weer aan de overheid afdraagt


Sociale premies: inkomsten waarmee de collectieve sector de sociale verzekeringen betaalt aan burgers die hier recht op hebben

Slide 10 - Tekstslide

Waar geeft de overheid geld aan uit?
Sociale zekerheid: een systeem dat uitkeringen dat ervoor zorgt dat mensen zonder inkomen toch geld hebben om van te leven.
  • WW: werkloosheidsuitkering
  • WIA: Wet en Inkomen naar Arbeidsvermogen
  • AOW: Algemene Ouderdomswet
  • Huursubsidie, zorgtoeslag, kinderbijslag

Zorg: zorgkosten worden vergoed

Gemeente en provinciefonds: geld voor lagere overheden

Onderwijs: alle kinderen hebben recht op onderwijs

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag
Wat ga je doen?
  • Opdrachten paragraaf 7.2
    Geen 16, 17, 20
Hoe ga je aan het werk?
  • Werk alleen of in tweetallen
  • Let op de tijd!
  • Heb je een vraag? Steek dan je hand op
Ben je klaar?
  • Lees paragraaf 7.3
  • Bezig met ander huis- en leerwerk

Slide 12 - Tekstslide

Afsluiting & terugblik
Huiswerk:
  • Opdrachten paragraaf 7.2

Volgende les:
  • Paragraaf 7.3

Slide 13 - Tekstslide

De miljoenennota is een:
A
Uitkering
B
Toelichting op de financiële begroting
C
Toelichting op de rijksbegroting
D
Een briefje van 1 miljoen

Slide 14 - Quizvraag

Sociale verzekeringen worden betaald met
A
Belastingen
B
Uitkeringen
C
Boetes
D
Premies

Slide 15 - Quizvraag

Hoeveel procent van de inkomsten bestaat uit indirecte belastingen?

Slide 16 - Open vraag