Le passé composé

Kies de juiste vorm van het hulpwerkwoord.
Tu ... habité à Lage Zwaluwe.
A
ai
B
as
C
a
D
ont
1 / 22
volgende
Slide 1: Quizvraag
fransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Kies de juiste vorm van het hulpwerkwoord.
Tu ... habité à Lage Zwaluwe.
A
ai
B
as
C
a
D
ont

Slide 1 - Quizvraag

Les garçons ... fini leurs devoirs.
A
a
B
as
C
ont
D
avons

Slide 2 - Quizvraag

Nous ... été à Paris.
A
avons
B
avez
C
ont
D
as

Slide 3 - Quizvraag

Ma mère a ... des fleurs. (avoir)

Slide 4 - Open vraag

Elle a des vacances.

Slide 5 - Open vraag

J'... eu une bonne note.
A
ont
B
a
C
as
D
ai

Slide 6 - Quizvraag

Il ... mangé une pomme.
A
as
B
avons
C
a
D
ai

Slide 7 - Quizvraag

Vul het voltooid deelwoord van het werkwoord tussen haakjes in.
Nous avons ... un film. (regarder)

Slide 8 - Open vraag

Koppel de voltooid deelwoorden aan het juiste werkwoord.
avoir
acheter
habiter
faire
être
oublier
été
habité
fait
oublié
eu
acheté

Slide 9 - Sleepvraag

Tu as ... en vacances. (être)

Slide 10 - Open vraag

Vous avez ... du tennis. (faire)

Slide 11 - Open vraag

Klopt de passé composé in de zin?
Vous avez eu des cadeaux.
A
B

Slide 12 - Quizvraag

Elle a mangé une banane.
A
B

Slide 13 - Quizvraag

Ils sont été à Paris.
A
B

Slide 14 - Quizvraag

Nous ... nos devoirs. (faire)

Slide 15 - Open vraag

Tu ... des bonnes vacances. (avoir)

Slide 16 - Open vraag

Il ... un cadeau. (donner)

Slide 17 - Open vraag

Vous ... aux Pays-Bas. (être)

Slide 18 - Open vraag

Vous mangez du chocolat.

Slide 19 - Open vraag

Nous sommes en France.

Slide 20 - Open vraag

Tu fais tes devoirs.

Slide 21 - Open vraag


Slide 22 - Open vraag