H12.4 Elektriciteit en veiligheid

12.4 Elektriciteit en veiligheid
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

12.4 Elektriciteit en veiligheid

Slide 1 - Tekstslide

12.4 elektriciteit en veiligheid
12.4.1 Je kunt beschrijven hoe de elektrische installatie van een woonhuis in elkaar zit.
12.4.2 Je kunt uitleggen hoe geleiders en isolatoren in een huisinstallatie worden toegepast.
12.4.3 Je kunt beschrijven welke gevaren het gebruik van elektriciteit met zich meebrengt.
12.4.4 Je kunt uitleggen wat er precies aan de hand is bij kortsluiting en bij overbelasting.
12.4.5 Je kunt de functie beschrijven van zekeringen, aardlekschakelaars en aardleidingen.
12.4.6 Je kunt uitleggen hoe dubbele isolatie en transformatoren zorgen voor meer veiligheid.

Slide 2 - Tekstslide

12.4 Elektriciteit en veiligheid
Bert stapt van koken op gas over op elektrisch koken. 

Hij moet daarvoor wel de huisinstallatie laten uitbreiden.

 Waarom kan hij de kookplaat en de oven niet op de bestaande groepen aansluiten?

Slide 3 - Tekstslide

Kortsluiting

Slide 4 - Tekstslide

Overbelasting

Slide 5 - Tekstslide

Huisinstallatie
  • Netwerk van elektriciteitsdraden 
       in huis.
  • Splitst in (bijvoorbeeld 6) parallelle groepen
  • Elke groep heeft eigen groepsschakelaar.(zekering)
  • Je kan een groep spanningsloos maken om veilig reparaties in huis uit te voeren.
  • Bevat automatische zekeringen en aardlekschakelaar

Slide 6 - Tekstslide

(Groeps)zekering
Voor elke groep is er een aparte zekering. Deze schakelt automatisch de groep uit bij kortsluiting of overbelasting.

Dus bij een stroomsterkte > 16A

Slide 7 - Tekstslide

Aardlekschakelaar
Er zijn maximaal 4 groepen aangesloten op de aardlekschakelaar. Als er in één van deze groepen een lekstroom is worden alle groepen uitgeschakeld.

Slide 8 - Tekstslide

Elektriciteit en veiligheid
Aardlekschakelaar
De aardlekschakelaar vergelijkt de stroomsterkte in de fasedraad met die van de nuldraad.

Slide 9 - Tekstslide

Elektriciteit en veiligheid
Aardlekschakelaar
De aardlekschakelaar vergelijkt de stroomsterkte in de fasedraad met die van de nuldraad.
  • Als het verschil in stroomsterkte groter wordt dan 30 mA, schakelt de aardlekschakelaar de stroom uit.
  • Of: differentieelschakelaar

Slide 10 - Tekstslide

Randaarde/ aardleiding

extra beveiliging tegen lekstroom. 
Dit draad is rechtstreeks verbonden met de aarde. 

Slide 11 - Tekstslide

Elektriciteit en veiligheid

Slide 12 - Tekstslide

4 kleuren bedrading
Bruin - fasedraad (230 V)
Blauw - nuldraad


Groengeel - aarde
Zwarte - schakeldraad: Alleen spanning als schakelaar aan is.
Welke draden kun je veilig aanraken?
nuldraad
Waarom raak je ook de nuldraad niet aan? Omdat er een kans is dat bijv. een vorige bewoner de nuldraad en fasedraad verwisseld heeft. Dan werkt alles perfect - maar staat alle spanning op de nuldraad. 

Slide 13 - Tekstslide

Aarding

Slide 14 - Tekstslide

Enkele/dubbele isolatie
Bij een apparaat met dubbele isolatie is er een extra isolatielaag en meestal een plastic buitenkant.

Slide 15 - Tekstslide

Dubbele isolatie

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag
Maak de opgaves van 12.4
in het werkboek.
Kijk ze na.
Ben je hiermee klaar? 
Maak online alle test jezelf opdrachten
Maak dan de oefentoets online van hoofdstuk 12


Slide 17 - Tekstslide