present perfect and past simple + PP

Past Simple vs Present Perfect
Page 67 WB
1 / 29
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Past Simple vs Present Perfect
Page 67 WB

Slide 1 - Slide

Ik kan inschatten wanneer ik de past simple of de present perfect moet toepassen.
A
ik kan dit en kan het aan iemand uitleggen
B
ik kan dit
C
ik kan dit bijna
D
ik kan dit nog niet

Slide 2 - Quiz

Last night, she ... a meal for her friends.
A
has cooked
B
has
C
cooked
D
have cooked

Slide 3 - Quiz

He ... a member of his footbal club since 2017.
A
was
B
has been
C
wasn't
D
been

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Make a Past Perfect!

Slide 11 - Open question

https://www.perfect-english-grammar.com/past-perfect-exercise-1.html

Slide 12 - Slide

2021 _______ a fun year so far.
A
has been
B
wasn´t
C
was
D
hasn´t been

Slide 13 - Quiz

We _________ to reach you several times
A
has tried
B
tried
C
have tried
D
had tried

Slide 14 - Quiz

........ Tess ........ that pizza yet?
A
Did ... eat
B
Has ... eaten
C
Have ... eaten
D
Had ... eaten

Slide 15 - Quiz

I __________ (see/never) that film before

Slide 16 - Open question

Make a question with an IRREGULAR VERB for the PS and the PP

Slide 17 - Open question

Make two sentences with the Past simple and 2 with the Present Perfect

Slide 18 - Open question

dus in een zin in de past simple zien we vaak woorden als...
A
yesterday
B
five years ago
C
last week
D
this morning

Slide 19 - Quiz

in een zin in de present perfect zien we vaak woorden als
A
since
B
yet
C
for
D
already

Slide 20 - Quiz

ik kan inschatten wanneer ik de past simple of de present perfect moet gebruiken
A
ik kan dit en kan het aan iemand uitleggen
B
ik kan dit
C
ik kan dit bijna
D
ik kan dit nog niet

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Video

Homework :Pick 2 ex. Workbook:
31 p18           32 p19              38 p21         7 p27

Pick 2 vocab ex.   
 29 p 17           30 p18             37 p21

4 total :)














Slide 23 - Slide

opdracht instructie(1 van 2)
persoon 1: schrijf 3 dingen op die je in het verleden hebt gedaan en die je nu niet meer doet
persoon 2: schrijf 3 dingen op die je in het verleden bent begonnen en nu nog doet

Slide 24 - Slide

opdracht instructie 2 van 2
persoon 1: schrijf 3 Engelse zinnen in de past simple met jouw informatie
persoon 2: schrijf 3 Engelse zinnen in de present perfect met jouw informatie

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Link

Slide 27 - Link

Slide 28 - Link

check je zinnen: zijn ze correct?

Slide 29 - Slide